Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid
Actualiteit
Conjunctuurmeting bouwnijverheid december 2004
---
Groei orderportefeuille bouwnijverheid
De omvang van de orderportefeuille in de bouwnijverheid is eind december 2004 met 3% (0,2 maand) gegroeid naar 6,9 maanden. Figuur 1 laat zien dat de orderportefeuille in de burgerlijke- en utiliteitsbouw met ruim 4% toenam tot 7,5 maanden. Beide subsectoren hadden hier hun aandeel in. In de woningbouw is de orderportefeuille met 0,2 maand omhoog gegaan terwijl in de utiliteitsbouw de orderportefeuille toenam met 0,3 maand.
De orderportefeuille in de grond-, water- en wegenbouw groeide met bijna 7% naar 4,7 maanden (zie figuur 2). De grootste groei vond plaats in de grond- en waterbouw; de orderportefeuille groeide hier van 4,5 maanden naar 4,9 maanden. In de wegenbouw nam de orderportefeuille met 0,3 maand toe tot 4,5 maanden.
Ondanks bovenstaande resultaten zijn de bouwbedrijven eind december 2004 niet minder negatief in hun oordeel over de bouwconjunctuur dan voorgaande maanden. Per saldo beoordelen meer bedrijven het onderhanden werk klein dan groot. In de b&u vindt één op de vijf bedrijven het onderhanden werk klein voor de tijd van het jaar; in de gww geldt dit voor één op de drie bedrijven.
Ruim 20% van de bouwbedrijven ondervindt stagnatie van het onderhanden werk. Als grootste stagnatieoorzaak wordt, evenals in voorgaande maanden, ook in december 2004 het uitblijven van orders genoemd. Slechts 2% van de bedrijven in de gww verwacht de komende maanden een uitbreiding van het aantal personeelsleden. Vier op de tien gww-bedrijven denkt juist dat het personeelsbestand zal inkrimpen; in de wegenbouw geldt dit zelfs voor ruim de helft van de bedrijven. In de b&u is het aandeel bedrijven dat in omvang verwacht toe te nemen (11%) groter dan het aandeel dat een personeelsinkrimping verwacht (9%).
Ook voor wat betreft de prijsontwikkelingen is er een verschil in uitkomsten per sector. In de b&u verwacht 18% een stijging van de afzetprijzen terwijl 2% een prijsdaling voorspelt. Van de gww-bedrijven verwacht 6% dat de prijzen zullen stijgen; 11% verwacht een prijsdaling.
Deze gegevens blijken uit de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van december 2004 van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid. Deze meting wordt uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie. Aan de conjunctuurmeting verlenen ruim 400 hoofdaannemingsbedrijven met meer dan tien personeelsleden hun medewerking.
Tabel 1
bouwnij-
b&u
gww
verheid
Bedrijvigheid
+ *)
8
9
4
=
78
77
81
-
14
13
15
Onderhanden werk
+
11
13
5
=
66
67
61
-
23
20
34
Onderhanden werk in mnd productie
6,9
7,5
4,7
Voortgang onderhanden werk
- geen stagnatie
78
80
74
- stagnatie als gevolg van
. onvoldoende orders
15
14
20
. weersomstandigheden
4
4
4
. personeelsvoorziening
0
0
0
. materiaalvoorziening
1
1
0
. onderaannemers
0
0
0
. overige oorzaken
1
1
2
Verwachte personeelsbezetting
+
9
11
2
=
76
80
61
-
15
9
38
Verwachte prijsontwikkeling
+
15
18
6
=
81
80
83
-
4
2
11
*) + toename
= blijft gelijk
- afname
bron: EIB
Tabel 2
woning-
utiliteits-
wegen-
grond- en
bouw
bouw
bouw
waterbouw
Bedrijvigheid
+ *)
9
9
2
5
=
78
77
85
77
-
13
13
13
18
Onderhanden werk
+
16
9
9
2
=
66
68
67
55
-
17
22
24
43
Onderhanden werk in mnd productie
8,5
6,5
4,5
4,9
Voortgang onderhanden werk
- geen stagnatie
79
80
74
73
- stagnatie als gevolg van
. onvoldoende orders
14
13
18
22
. weersomstandigheden
4
4
5
3
. personeelsvoorziening
0
0
0
0
. materiaalvoorziening
1
1
1
0
. onderaannemers
0
0
0
0
. overige oorzaken
1
1
2
2
Verwachte personeelsbezetting
+
12
10
1
3
=
80
80
48
73
-
9
10
51
24
Verwachte prijsontwikkeling
+
19
16
8
4
=
79
81
81
84
-
2
2
10
12
*) + toename
= blijft gelijk
- afname
bron: EIB