van vernieuwd ORET programma
MOL-landen en watersector profiteren van vernieuwd ORET programma
Persbericht
Den Haag, 25 januari 2005
De minister voor Ontwikkelingssamenwerking Van Ardenne heeft het
startsein gegeven voor het vernieuwde ORET-programma
(OntwikkelingsRelevante Export Transacties). De belangrijkste
vernieuwingen zijn het Waterluik en de uitbreidingen van de
landenlijst en van de mogelijkheden voor kennisoverdracht.
Het programma helpt ontwikkelingslanden met het importeren van
kapitaalgoederen en diensten waarover zij zelf niet beschikken en die
cruciaal zijn voor de ontwikkeling van het land. Het gaat om
investeringen, onder andere op het gebied van energie, weg- en
waterbouw en sociale infrastructuur. Deze zijn veelal omvangrijk en
kostbaar en daardoor moeilijk te financieren.
Vier belangrijke uitbreidingen
Het vernieuwde programma kent vier belangrijke uitbreidingen.
* Nieuw en innovatief onderdeel is het Waterluik. Schoon drinkwater
is cruciaal voor de ontwikkeling van een land. Voor het eerst kan
ORET sectorspecifiek worden ingezet voor investeringen in
drinkwatervoorzieningen en sanitatie. Met het Waterluik kan een
financieringsvraag uit deze sector tailor made worden bediend.
* De ORET-landenlijst is uitgebreid met de Minst-Ontwikkelde Landen
(MOL-landen). Voor deze specifieke categorie landen heeft
bovendien `ontbinding' plaatsgevonden. Afnemers hebben zo meer
vrijheid omdat ze kunnen kiezen voor een leverancier in Nederland
maar ook in een ander land. Hiermee is er dus ook ruimte voor
"zuid - zuid" leveranties.
* De landenlijst is bovendien uitgebreid met verschillende landen
die niet horen tot de MOL-categorie.
* Er is meer aandacht en financieringsruimte gereserveerd voor
kennisoverdracht, in het bijzonder op het gebied van management,
onderhoud en beheer. De extra financiering kan bijvoorbeeld worden
gebruikt ter versteviging van het project en het management of om
externe deskundigen langduriger bij projecten te betrekken. Dit
vergroot het succes van het project en daarmee het effect van de
investering op langere termijn.
Beter inspelen op de vraag naar financiering
Als uitvoerder van het programma is FMO intensief bij de nieuwe opzet
betrokken geweest. FMO verwacht met de vernieuwde ORET-regeling beter
te kunnen inspelen op de vraag naar financiering van
infrastructuurprojecten in ontwikkelingslanden.
Jaap Wientjes (FMO): "Méér mogelijkheden, méér maatwerk, nieuwe
partners, méér landen en een hogere duurzaamheid. Al met al is dit
goed nieuws voor toekomstige infrastructuurprojecten in
ontwikkelingslanden. Wij verwachten dat vraag en concrete realisatie
dichter bij elkaar komen."
Jaarlijks is met het ORET-programma, dat wordt uitgevoerd door FMO,
circa 100 miljoen euro gemoeid.
Intensievere samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven
De uitbreidingen komen voort uit de wens van de minister om de
samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven op het gebied van
ontwikkelingssamenwerking te verbeteren. Vorig jaar maart heeft
minister Van Ardenne daartoe zes actiepunten aangekondigd. De
vernieuwing van het ORET-programma is daar een direct gevolg van.
Het ORET-programma
Het al jarenlang succesvolle ORET-programma ondersteunt
ontwikkelingslanden met deel-financieringen bij
infrastructuurprojecten of bij de aanschaf van kapitaalgoederen of
diensten. Doel is om de lokale omstandigheden voor de ontwikkeling van
commerciële activiteiten te verbeteren, werkgelegenheid te creëren en
verbeteringen op het gebied van milieu te ondersteunen. De
ondersteuning wordt aangevraagd door het bedrijf dat de transactie wil
uitvoeren. Daarop wordt een schenking toegekend aan het
ontwikkelingsland en gebruikt voor directe betalingen aan de
leverancier. Het programma wordt uitgevoerd door FMO in opdracht van
het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken.
Meer informatie :
Nederlandse Financierings-Maatschappij voor Ontwikkelingslanden N.V.
(FMO)
Petra de Boer
Adviseur PR & Communicatie
Tel: 070 314 97 13
Mobiel: 0622 56 30 47
E-mail: p.de.boer@fmo.nl
Website: www.fmo.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken