UWV
UWV, AMC, VUmc starten kenniscentrum verzekeringsgeneeskunde
24 januari 2005
UWV, het AMC en het VUmc gaan een kenniscentrum voor de
verzekeringsgeneeskunde oprichten. In dit kenniscentrum vindt een
continue uitwisseling plaats tussen de praktijk bij UWV en het
wetenschappelijk onderzoek. Doel van het kenniscentrum is het verder
bevorderen van de kwaliteit en de wetenschappelijke onderbouwing van
de verzekeringsgeneeskunde. Dit staat in de samenwerkingsovereenkomst
Interuniversitair Kenniscentrum Verzekeringsgeneeskunde die UWV, het
AMC en het VUmc vandaag hebben ondertekend. Minister De Geus van
Sociale Zaken en Werkgelegenheid juicht de samenwerking van harte toe
en zal de ontwikkelingen en resultaten gedetailleerd volgen.
De samenwerking biedt UWV de mogelijkheid te investeren in de
vakmatige en wetenschappelijke kwaliteiten van haar
verzekeringsartsen. In het kenniscentrum worden wetenschappelijk
onderbouwde methoden, richtlijnen en hulpmiddelen ontwikkeld.
Voorbeelden daarvan zijn evaluatiemethoden voor de praktijk, methoden
ter bevordering en bewaking van de kwaliteit en evidence based
medicine voor de verzekeringsartsen. Deze methoden en richtlijnen
kunnen de verzekeringsartsen van UWV in de praktijk gebruiken en
toetsen op kwaliteit, effectiviteit, validiteit en bruikbaarheid. UWV
wordt daartoe ingericht als academische werkplaats. Voor het
kenniscentrum levert UWV menskracht, ervaring en statistische
gegevens. Het AMC en het VUmc leveren wetenschappelijke inbreng van de
hoogleraren, wetenschapscommissies en onderzoekers op het gebied van
de verzekeringsgeneeskunde. Daarnaast komt de verzekeringsgeneeskunde
nog uitgebreider aan de orde in de co-schappen en in het onderwijs aan
basisartsen in opleiding tot verzekeringsgeneeskundige.
Themas die in het kenniscentrum aan de orde komen, zijn onder meer de
oorzaken en gevolgen van gezondheidsgerelateerde
arbeidsongeschiktheid, het voorkomen en terugdringen van deze
arbeidsongeschiktheid en de gevolgen van nieuwe wetgeving voor de
verzekeringsgeneeskunde. De samenwerking met de universitair medische
centra wordt in eerste instantie aangegaan voor een periode van vijf
jaar.