RAAD V DIERENAANGELEGENHEDEN

Raad:immunosterilisatie geschikt alternatief castratie varkens

Onverdoofde, chirurgische castratie van varkens is vanuit een gezondheids-en welzijnsperspectief onwenselijk. De Raad voor Dierenaangelegenheden heeft zich op eigen initiatief gebogen over de vraag of immunosterilisatie een geschikt alternatief is voor het onverdoofd, chirurgisch castreren van varkens. De Raad concludeert daarbij dat immunosterilisatie een voor de productiesector geschikt alternatief is dat de voorkeur verdient boven de huidige wijze van castreren.

Chirurgische castratie wordt toegepast om te voorkomen dat varkensvlees bij de bereiding berengeur vertoont. Berengeur is een urine- en zweetachtige geur, die door consumenten in Nederland, maar ook door buitenlandse consumenten, als zeer onaangenaam wordt ervaren. Omdat consumenten het mogelijk vrijkomen van berengeur bij de bereiding van vlees onacceptabel vinden, zijn supermarkten en slagers weinig geneigd het vlees van niet-gecastreerde varkens af te nemen.

Onverdoofde, chirurgisch castratie kent een aantal bezwaren. Zo worden het welzijn en de intrinsieke waarde van het dier aangetast, veroorzaakt het acute stress en pijn bij het dier en treedt er groeivertraging op. Ook neemt de kans op infecties toe, waardoor gezondheidsproblemen kunnen optreden, met een groter medicijngebruik als mogelijk gevolg. Varkenshouders vinden bovendien het uitvoeren van castratie een onaangenaam karwei.

In geval van immunosterilisatie wordt door het opwekken van een reactie van het immuunsysteem het hersenhormoon GnRH weggevangen. Daardoor kunnen de testikels van jonge mannelijke varkens zich niet ontwikkelen en kan de voornaamste stof die berengeur veroorzaakt, androstenon, niet aangemaakt worden. Bij de bereiding van vlees, afkomstig van varkens die immunosterilisatie hebben ondergaan, kan dus geen berengeur optreden.

In zijn advies concludeert de Raad dat immunosterilisatie een voor de productiesector geschikt alternatief is dat de voorkeur verdient boven de huidige wijze van castreren. Daarmee sluit de Raad andere alternatieven, zoals detectie van berengeur aan de slachtlijn, het seksen van sperma en wijzigingen in het houderijmanagement, niet op voorhand uit. Ook ziet de Raad immunosterilisatie niet als de meest wenselijke oplossing voor het probleem van castratie van varkens. Wel constateert de Raad dat andere alternatieven op dit moment (nog) niet toereikend zijn om de berengeur adequaat te kunnen bestrijden.

De Raad wijst er tenslotte op dat de volgende factoren bepalend zijn voor een eventuele succesvolle toepassing van immunosterilisatie in de nabije toekomst:
Acceptatie van het product van immunogesteriliseerde varkens door de consument en retail;
Aanwezigheid van een wettelijke basis voor immunosterilisatie; De afwezigheid van negatieve implicaties voor de productie; Het in Europees verband regelen van een totaal verbod op onverdoofde, chirurgische castratie;
Het erkennen van immunosterilisatie als een geschikt alternatief voor onverdoofde, chirurgische castratie.

24 januari 2005

Mededeling voor de pers:
Nadere informatie over het advies van de Raad voor Dierenaangelegenheden is te verkrijgen bij dr. drs. Ingeborg D. de Wolf (tel: 070 3785266; e-mail: info@rda.nl). U kunt het advies ook opvragen bij het Bureau van de Raad voor Dierenaangelegenheden (tel:
070 3785266); het advies is daarnaast te vinden op de website van de Raad voor Dierenaangelegenheden (www.rda.nl en
www.raadvoordierenaangelegenheden.nl).

De Raad voor Dierenaangelegenheden is een overlegplatform van organisaties en deskundigen, dat de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit adviseert over strategische vraagstukken op het gebied van de gezondheid en het welzijn van gehouden dieren. Hij baseert zich daarbij op de meest recente ontwikkelingen in de wetenschap en houdt rekening met de opvattingen die leven in de Europese, en in het bijzonder de Nederlandse, samenleving. De Raad ontleent zijn bestaansrecht aan artikel 2 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, waarin is bepaald dat er een raad voor dierenaangelegenheden dient te zijn. In de Raad participeren vertegenwoordigers van belangen-organisaties, de wetenschap, het bedrijfsleven en de overheid.

24 jan 05 13:31