VVD



21 jan 2005 - VVD: klant moet koning zijn bij energiebedrijven

In een spoeddebat over de energiemarkt dat op woensdag 19 januari plaatshad, pleitte VVD-Tweede-Kamerlid Paul de Krom voor meer klantvriendelijkheid bij energiebedrijven. In het debat zei hij: ,,Het is niet aanvaardbaar dat consumenten in Nederland het slachtoffer zijn van incompetente energiebedrijven die hun zaakjes niet voor elkaar hebben.'' De Krom drong bij minister Brinkhorst aan op meer helderheid in de problemen bij energiebedrijven zoals Nuon. De VVD wil dat de huidige problemen voor de zomer zijn opgelost. Mocht dit niet zo zijn wil De Krom weten wat de minister van plan is te doen om de zaken op orde te krijgen. Hieronder treft u de spreektekst van De Krom.

Ondanks alle eerdere geruststellende signalen van de bedrijven hebben de grote energiebedrijven hun zaken nog steeds niet op orde. Veel mensen in Nederland zijn terecht boos over de gang van zaken.

Een krant schreef 'het siert Nuon dat het openlijk zegt dat het een rommeltje is. Maar dat is dan ook het enige positieve. Het is gênant dat het zover heeft kunnen komen'. Ik voeg daar nog iets positiefs aan toe: klanten praten tegenwoordig wél terug, en klanten kunnen in tegenstelling tot vroeger bij Nuon weglopen en naar een ander overstappen.

Het moet helder zijn waar de verantwoordelijkheid voor de administratieve rommel bij de energiebedrijven ligt. En dat is in de eerste plaats bij de directies en in de tweede plaats bij de commissarissen van de bedrijven. Het Rijk managed die bedrijven niet, het Rijk is ook geen eigenaar. De bedrijven zélf moeten worden aangesproken.

De directies van de bedrijven moeten doen waarvoor de worden betaald; goed voor hun klanten zorgen. Voor paniek is volstrekt geen reden, maar voor het bagatelliseren van de problemen voelt mijn fractie niets. De VVD-fractie wil nu maar 1 ding en dat is dat de problemen écht snel worden opgelost. Het is niet aanvaardbaar dat consumenten in Nederland het slachtoffer zijn van incompetente energiebedrijven die hun zaakjes niet voor elkaar hebben. Maar kennelijk is de positie van de grote bedrijven nog comfortabel genoeg om niet voor elke klant te vechten. Versterking van de concurrentie en de marktwerking is het beste middel om daar iets aan te doen.

De minister heeft ons een brief gestuurd, maar mijn fractie vindt die onvoldoende. Een groot aantal vragen blijft over.

1. Waarop zijn de percentages gebaseerd die de omvang van de problemen weergeeft? Waar komen die gegevens vandaan? Hoe weten wij dat de problemen toch niet groter zijn dan hier wordt weergegeven? Die signalen zijn er wel. De problemen die er nog zijn moeten snel, volledig en betrouwbaar in kaart worden gebracht.

2. De meest effectieve methode om bedrijven te mobiliseren is als de klanten stemmen met hun voeten. Of anders gezegd; overstappen naar een andere leverancier. Maar dan moet switchen foutloos verlopen en dat is ook niet altijd het geval. En zijn de consumenten voldoende op de hoogte dat zij naar een andere leverancier kunnen overstappen? Is de consumentenvoorlichting wel voldoende?

3. De Dte moet zijn prioriteiten goed leggen. Ik hoor van kleine energieleveranciers dat de Dte hen boven op de huid zit, eindeloze lijsten moeten worden ingevuld om tevoren aan te tonen dat de prijzen niet te hoog zijn. Zo wordt de toetreding van nieuwkomers en dus de marktwerking ontmoedigd. Prioriteit voor de Dte moet zijn om de echte problemen aan te pakken en dat is het probleem van de foutieve administratie. Ik wil ook weten wat er met de klachten die bij Dte binnenkomen gebeurt. In hoeveel tijd worden ze behandeld en opgelost? Dte moet die informatie publiek maken

4. Vóór april moet het grootste deel van problemen zijn verholpen. Mijn fractie wil graag een uitgewerkt en geloofwaardig actieplan tegemoet zien.

5. Mijn fractie wil dat consumenten inzicht hebben hoeveel foute rekeningen er maandelijks worden gestuurd, hoeveel tijd het kost om de problemen op te lossen etc. Met andere woorden: consumenten hebben recht om te weten waar ze op kunnen rekenen en hoe de prestaties van de energiebedrijven zijn. Ik pleit dus voor een soort scorebord, dat publiek wordt gemaakt. Wil de Minister dit bevorderen?

6. Mijn fractie wil ook dat de minister duidelijk maakt wat hij gaat doen als de zaak in de zomer nog steeds niet op orde is.