Meer informatie: dienst Interne en Externe Communicatie, tel. 071-5273282
Dit is een gezamenlijk persbericht van de Stichting De Beauvoir en de
Universiteit Leiden
Leiden 19 januari 2005
Ouders die hun peuters voorlezen voorkomen leesproblemen op school
Op vrijdag 21 januari 2005, tijdens de Nationale Voorleesdagen, houdt
prof.dr. Adriana Bus haar oratie aan de Universiteit Leiden. Zij
spreekt over het belang van het voorlezen voor de leesontwikkeling
van peuters en kleuters. Er is minder kans op leesproblemen en
dyslexie als ouders hun jonge kinderen voorlezen. En kleuters met een
taalachterstand leren van een nieuw soort prentenboeken: levende
boeken met filmpjes en muziek op de computer.
Met hulp van de ouders ontwikkelen kinderen van jongs af aan het
begrip van geschreven taal. Doordat ouders hun babys en peuters
voorlezen en geduldig ingaan op vragen ontwikkelen jonge kinderen hun
woordenschat, maar ook het begrip van zinnen en verhalen, en de manier
waarop verhalen zijn gestructureerd. Later, bij het leren lezen en het
begrijpend lezen op school, zullen kinderen die zijn voorgelezen
minder problemen ondervinden. Het ministerie van OCenW schat dat
100.000 kinderen tussen 2 en 5 jaar een verhoogd risico hebben op
leesproblemen. Het onderzoek van prof.dr. Adriana Bus toont aan dat
als ze van jongs af aan zouden worden voorgelezen, 64% van deze
risicokinderen toch goed leert lezen. Zonder voorlezen leert slechts
36% probleemloos lezen.
Een actuele vraag is welke invloed media als televisie,
computerspelletjes en andere interactieve media hebben op de
leesontwikkeling van peuters en kleuters. Op scholen in de Haagse
Schilderswijk en het Laakkwartier introduceerde de onderzoeksgroep van
Bus met steun van de Stichting Lezen zogenaamde levende boeken,
prentenboeken op de computer waarvan de prenten met filmpjes en muziek
tot leven komen. Allochtone kleuters met een kleine woordenschat leren
weinig van gewone prentenboeken doordat ze te veel woorden en zinnen
niet begrijpen. De levende boeken blijken wel te zorgen voor een
groter verhaalbegrip, en daardoor ook voor een grotere woordenschat en
grammaticale kennis. Door een half uur kijken leerden deze kleuters
zes nieuwe woorden, ruim de helft van het aantal dat ze er gemiddeld
per week bijleren. Prof. Bus kondigt daarom verdere experimenten aan
onder kleuters waarin de samenhang van televisiekijken en leren lezen
onder de loep wordt genomen.
De oratie van mw. prof. dr. A.G. Bus is op vrijdag 21 januari 2005 om
16.15 uur in het Academiegebouw, Rapenburg 73, Leiden. Bus is
bijzonder hoogleraar Ontluikende Geletterdheid aan de Faculteit der
Sociale Wetenschappen van de Universiteit Leiden. Het is een nieuwe
leerstoel, die aan de universiteit is gevestigd vanwege Stichting de
Beauvoir.
Adriana Bus (1951) studeerde pedagogiek aan de Universiteit van
Amsterdam en psychologie aan de Freie Universität Berlin. Ze
promoveerde aan de Rijksuniversiteit Groningen en was enige tijd als
universitair hoofddocent aan deze universiteit verbonden. Als
gastonderzoeker en
gastdocent werkte zij aan enkele universiteiten in de V.S. Sinds 1990
is zij universitair hoofddocent aan de Universiteit Leiden. Bus heeft
een indrukwekkende lijst wetenschappelijke publicaties op haar naam in
internationale tijdschriften, en is naast haar wetenschappelijke werk
actief als adviseur van maatschappelijke organisaties op haar
vakgebied.
Stichting de Beauvoir is halverwege de jaren negentig opgericht en
stelt zich ten doel de deelname van vrouwen in de hogere
wetenschappelijke posities aan universiteiten te bevorderen. Eén van
de activiteiten van de Stichting is het vestigen van bijzondere
leerstoelen, een belangrijke tweede is de positie van vrouwen in de
wetenschap onder de aandacht te brengen.
---