Toespraak door dr. Bernard Bot,
Minister van Buitenlandse Zaken van het Koninkrijk der Nederlanden
Universiteit van de Nederlandse Antillen, Willemstad 20 januari 2005
Dames en heren,
Ik ben de Directie Buitenlandse Betrekkingen en de Universiteit van de Nederlandse Antillen erkentelijk voor de mogelijkheid u vandaag iets te vertellen over de belangwekkende ontwikkelingen die zich momenteel binnen de Europese Unie voordoen. Vanzelfsprekend komen wij vanavond te spreken over de vraag of die ontwikkelingen zich ook zullen laten voelen op de benedenwindse en bovenwindse eilanden van de Nederlandse Antillen en Aruba.
Zoals u weet ben ik als permanent vertegenwoordiger bij de Europese Unie in Brussel jarenlang een trouw behartiger geweest van de Koninkrijksbelangen en niet in de laatste plaats ook van de belangen van de Nederlandse Antillen en Aruba. U heeft bij mijn afscheid destijds op een bijzonder warme manier blijk gegeven van uw waardering voor mijn inspanningen in Brussel. Als minister van buitenlandse zaken heb ik deze lijn willen doortrekken. En dat betekent de koninkrijksbelangen zo goed mogelijk
behartigen, zowel binnen als buiten de Europese Unie. Daarbij teken ik meteen aan dat de belangen van het Koninkrijk en de belangen van de Unie als geheel steeds vaker samenvallen.
(De idee Europa)
Dit kennismakingsbezoek als minister van Buitenlandse Zaken, wat dus eigenlijk geen kennismakingsbezoek is, komt op een belangrijk moment in de geschiedenis van de Europese Unie. Die geschiedenis begon met het verdrag van Rome van 1957, waar het Verdrag tot de Europese Economische Gemeenschap werd ondertekend. Dat wil zeggen; drie jaar na de ondertekening van het Statuut van het Koninkrijk. Nu is er een tweede Verdrag van Rome, het grondwettelijk verdrag dat op 29 oktober jl. door alle 25
lidstaten werd ondertekend.
Met 25 lidstaten, ruim 450 miljoen inwoners en een gezamenlijk Bruto Binnenlands Product van tienduizend miljard euro vormt de Europese Unie één van de grootste economische blokken ter wereld. De Europese Unie zal nog verder groeien. Roemenië en Bulgarije zullen binnen enkele jaren toetreden. En met Kroatië en Turkije zullen de toetredingsonderhandelingen waarschijnlijk volgend jaar beginnen. Bovendien beperkt de Europese Unie zich niet tot het continent Europa: zij omvat ook gebieden in andere
delen van de wereld. De zogeheten "ultraperifere gebieden" zijn in de ogen van alle 25 lidstaten onlosmakelijk verbonden met de Europese Unie.
De band die de lidstaten van de EU aan elkaar bindt is veel sterker dan alleen een streven naar economisch gewin. De Europese Unie heeft vrede, democratie en de rechtstaat in al haar lidstaten verankerd. De Unie is een in het respect voor de universele waarden verankerde rechtsgemeenschap.
Alle lidstaten, groot en klein, houden zich aan dezelfde spelregels. Kandidaat-lidstaten moeten aantonen dat spel te kunnen en te willen spelen. Juist daarom is de prestatie zo indrukwekkend van nieuwe lidstaten als Polen, Hongarije en de Tsjechische Republiek, die zich nog maar kort geleden ontworstelden aan het communistische juk, daarmee hun nationale soevereiniteit en trots herwinnend, en vervolgens vorig jaar toetraden tot de Europese Unie.
Het toont ook aan hoe groot de aantrekkingskracht van de Europese Unie is. Steeds meer landen zijn bereid een flinke dosis soevereiniteit in te leveren, omdat ze weten dat daar heel veel tegenover staat en ze hun eigenheid niet hoeven op te geven.
(De EU en de UPG's)
Erasmus schreef eens: "Afstand scheidt enkel de lichamen, niet de geesten". Als dat in zijn tijd al waar was, dan is dat nu nog meer het geval. In deze wereld van internet, e-mail en mobiele telefoons wordt geografische afstand steeds onbeduidender. Bepalend is de mentale afstand, of liever, de mentale nabijheid die mensen ten opzichte van elkaar voelen.
Via het Koninkrijk hebben ook de Nederlandse Antillen en Aruba een relatie tot de Europese Unie, zij het een andere dan Nederland. De vele veranderingen in de wereld - en zeker ook in de EU - zullen invloed hebben op die relatie. Aan beide zijden van de oceaan wordt nagedacht over hoe die toekomstige verhouding moet zijn.
Hierover is al veel geschreven en gezegd. Ik zal niet alles herhalen. Laat ik mij nu beperken tot de kern: alle opties voor de toekomstige verhouding tussen de Nederlandse Antillen en Aruba en de EU liggen op tafel.
Het rapport van de Commissie Van Beuge dient als achtergrond voor besluitvorming hierover in de Nederlandse Antillen en Aruba. Het zal u niet onbekend zijn dat de Nederlandse regering haar visie op deze toekomst heeft vastgelegd in het Hoofdlijnenakkoord.
Ik heb begrip voor het grote dilemma waar de Nederlandse Antillen en Aruba voor staan in hun keuze voor de toekomstige verhouding tot de Europese Unie. Wat zal op langere tijd de status "Landen en Gebieden Overzee" nog betekenen? Aan de andere kant: kunnen de Nederlandse Antillen en Aruba, als zij "ultraperifeer gebied" zouden zijn, wel hun eigen karakter in het Koninkrijk en de EU behouden?
De band met de EU moet ook worden gezien in het licht van de vraag of de Nederlandse Antillen en Aruba zich willen profileren als vooruitgeschoven post van de Europese Unie in dit deel van de wereld. Het antwoord op die vraag zal onder andere afhangen van de overweging of er reële alternatieven zijn, met name op het gebied van integratie in de regio.
Bij het maken van de uiteindelijke afweging moet men ook bedenken dat binnen de Europese Unie, en zeker ook bij de Europese Commissie, de sympathie voor "Landen en Gebieden Overzee" minder groot is dan voorheen. En dat hier risico's aan zijn verbonden hoef ik u niet uit te leggen.
Dat hangt met name samen met de kwestie van de buitengrenzen van de Europese Unie en bepaalde, tijdelijke concessies op het gebied van de rechtenvrije invoer van quota aan landbouwprducten.
Houdt u voorts in gedachten dat tussen Europese integratie en nationale soevereiniteit niet per se een tegenstelling bestaat. De lidstaten bundelen hun nationale soevereiniteit en krijgen daar in materiële zin meer greep op hun lot voor terug. Het komt dus uiteindelijk neer op wat ik zou willen omschrijven als een "gedeelde autonomie". En is dat niet waar het uiteindelijk om draait?
Het EU-motto "eenheid in verscheidenheid" verwijst naar de wens van de lidstaten om één te zijn waar dat nuttig is, maar van elkaar te blijven verschillen waar dat wenselijk is. Ook Nederland, hoezeer het zich ook inspant voor de Europese integratie, is gehecht aan die verscheidenheid.
Hoe de gedachtenvorming in de Nederlandse Antillen en Aruba ook uitvalt - en ik hoop dat we die spoedig zullen vernemen - de uitkomst zal veel grotere gevolgen hebben dan een eenvoudige rekensom doet vermoeden. De EU is veel meer dan een batig of nadelig financieel saldo op de korte termijn. Het gaat vooral om een keuze voor een bepaalde positie van het land in de wereld en in de regio en de daaraan verbonden kansen op de langere termijn. En niet minder om een keuze voor een bepaald model van
economische, maatschappelijke en rechtstatelijke ontwikkeling.
(De nieuwe grondwet)
Eerder sprak ik over belangwekkende ontwikkelingen binnen de EU. Waarschijnlijk is dit een understatement.
Naast de uitbreiding van de Unie vindt immers ook een verdere verdieping van de integratie plaats. Het in Rome ondertekende grondwettelijk verdrag staat bij de burger bekend als de Grondwet voor Europa.
Die grondwet wijzigt of beëindigt de Nederlandse grondwet niet; evenmin wordt het Statuut voor het Koninkrijk daardoor geraakt of gewijzigd. Niettemin is de Grondwet voor Europa een majeure stap in de Europese integratie:
- Dit ene, nieuwe verdrag zal het doolhof van de oude verdragen vervangen.
- Er is een heldere bevoegdheidsverdeling tussen datgene wat de Europese Unie collectief doet en wat de lidstaten ieder afzonderlijk doen.
- Het nationale voorzitterschap zoals Nederland dat de afgelopen zes maanden bekleedde zullen wij niet meer meemaken: er komt een vaste voorzitter van de Europese Raad voor in de plaats en verder zullen de voorzitterschappen worden bekleedt door "landenteams".
- De Commissie zal kleiner worden, de lidstaten zullen niet in iedere Commissie een Commissaris leveren.
- Er zal in toenemende mate gestemd worden bij gekwalificeerde meerderheid, de veto's verdwijnen verder.
- De derde pijlerstructuur wordt opgeheven. Dus geen aparte structuur pijler meer voor Justitie en Binnenlandse Zaken, Europees Veiligheids- en Defensiebeleid, en Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid.Een aantal veranderingen is ook voor ons als Koninkrijk van wezenlijk belang. Een zichtbare vernieuwing op buitenlandspolitiek terrein die er uitspringt is de aanstelling van een Europese minister van Buitenlandse Zaken.
Deze nieuwe belangrijke speler in Europa zal al het buitenlands optreden van de Unie coördineren. Meer dan nu het geval is zal Europa dan met één stem kunnen spreken op het internationale toneel, of het nu gaat om hulp voor de slachtoffers van de Tsunami in Azië, het bevorderen van democratische hervormingen of om conflictbeheersing. Als alle lidstaten meewerken, want het blijft een unanimiteitskwestie.
Derhalve gaat de buitenlandse politiek van het Koninkrijk niet verloren en hoef ik ook niet voor mijn baan te vrezen! De lidstaten zelf zullen blijven besluiten over de voorstellen van die Europese minister van Buitenlandse Zaken. Er blijft in elke lidstaat een noodzaak voor een eigen minister van Buitenlandse Zaken.
(Referendum)
Velen van u zullen zich nu afvragen: loopt hij niet op de zaken vooruit? Die grondwet is toch nog geen realiteit? U heeft gelijk. Hoewel de regeringen de grondwet in Rome met veel ceremonieel hebben ondertekend, moeten alle nationale parlementen die grondwet nog bekrachtigen. Litouwen en Hongarije, alsmede het Europees Parlement, hebben dat trouwens al gedaan.
Maar in veel andere lidstaten waaronder Nederland, als de Eerste Kamer akkoord gaat, zal er een referendum gehouden worden over dit verdrag. Het Nederlandse referendum dient als een advies aan de Tweede Kamer.
Ik ben ervan overtuigd dat een positieve uitslag in Nederland mogelijk is. Maar ik ben er ook zeker van dat voor een positieve uitslag veel werk zal moeten worden verzet. Vaak zijn "nee-stemmers" sterker gemotiveerd, en daardoor wellicht ook makkelijker te mobiliseren dan de "ja-stemmers".
De Spanjaarden hebben voor hun eigen "ja-campagne" onze volksfilosoof Johan Cruyff al ingeschakeld. Een van zijn bekendste wijsheden - "je gaat het pas zien als je het doorhebt" - is ook van toepassing op de Europese integratie. Dat hebben de Spanjaarden dus goed gezien. Hun referendum volgende maand wordt de eerste belangrijke testcase.
Ook de Nederlandse regering zal zich actief opstellen. Wij zullen de burgers ervan proberen te overtuigen dat deze grondwet een aanzienlijke verbetering is voor Europa, voor het Koninkrijk en voor de burger! "Wij hebben het door" en we willen het alle burgers laten zien.
Dames en heren,
Ik hoop dat ik u hiermee enig inzicht heb kunnen geven in wat er gaande is op het Europese continent. En ik hoop dat wij het eens zijn dat wat in Europa gebeurt ook zeer relevant is voor de Nederlandse Antillen en Aruba.
De Europese Unie staat symbool voor een breed palet aan culturen, identiteiten en talen. Ook de Caraïbische cultuur is rijk aan invloeden.
Gevraagd naar zijn inspiratiebronnen, zei José Capricorne eens over zijn geliefde Curacao: "Wij zijn hier opgevoed met een enorme rijkdom aan beelden. Een mystieke wereld vol verhalen en visioenen, die een mengsel is van Spaanse, Afrikaanse en Hollandse invloeden, van katholicisme en oud volksgeloof. Daar kun je uit putten." Hij voegde daar aan toe: "Ik ben een man uit het Caraïbische gebied, met een eigen Caraïbische cultuur."1
De Nederlandse Antillen en Aruba, staan voor belangrijke beslissingen. De sleutel tot een oplossing ligt misschien besloten in de woorden van Capricorne. In een steeds kleiner wordende wereld zullen mensen en samenlevingen steeds vaker dragers zijn van een meervoudige identiteit. Laat daarom niet de angst voor het verlies van eigenheid, maar de winst van gedeelde saamhorigheid, die ons steeds heeft verbonden, de leidraad zijn bij het bepalen van uw toekomst, die tegelijk ook de onze is.
Dank u.
===
Ministerie van Buitenlandse Zaken