Persberichten
18 januari 2005
Persoonsgebonden aanpak uitgebreid
Het Openbaar Ministerie in Rotterdam gaat in 2005 de inmiddels bekende
persoonsgebonden aanpak (PGA) uitbreiden naar plegers van
geweldsmisdrijven en jeugdige (potentiële) criminelen en
overlastgevers. Dat betekent dat het OM een zover mogelijk
gestandaardiseerde maar toch persoonsgebonden werkwijze invoert voor
jongeren die met de politie in aanraking komen, en mensen die verdacht
worden van een geweldsmisdrijf.
Met de persoonsgebonden aanpak is het afgelopen jaar uitgebreid
ervaring opgedaan bij de aanpak van veelplegers, de PGA-700, genoemd
naar het bij aanvang geschatte aantal van 700. Voor deze veelal
verslaafde plegers van veel voorkomende kleine criminaliteit werden in
2003 vijf trajecten, waarvan drie justitiële, ontwikkeld. Aan alle
trajecten werd een hulpverleningstraject gekoppeld. Met meer of minder
succes is inmiddels ruim de helft van de veelplegers in een
(justitieel of hulpverlenings)traject opgenomen. 273 van hen zijn
voorgeleid; sommigen van hen al meerdere keren.
Voor jeugdigen en geweldplegers is in 2004 een start gemaakt met de
daadwerkelijke invoering van de PGA. In 2005 zullen deze PGAs volledig
operationeel worden.
Voor wat betreft jeugdigen richt de PGA zich op meer- en veelplegers
en op de zeer jonge (12 tot 14-jarige) ernstige geweldplegers. De PGA
houdt in dat voor de betrokken jongere een traject wordt opgezet en
ingezet waarbij alle justitiële ketenorganisaties hun medewerking
verlenen in een plan van aanpak. De aanpak zal gericht zijn op
gedragsverandering. Al vóór de strafrechtelijke interventie maar ook
daarna moet er aandacht zijn voor de gehele problematiek rondom het
kind. Daarbij spelen ook (deel)gemeentelijke diensten en instellingen,
bijvoorbeeld op het gebied van de leerplicht en overlast, een
belangrijke rol.
In de PGA-Jeugd wordt nadrukkelijk aansluiting gezocht bij de al
bestaande JCO-structuur. JCO staat voor Justitieel Casusoverleg, een
tweewekelijks overleg in elke politiedistrict waarin criminele
jongeren en jongeren in de gevarenzone besproken worden.
In 2005 moeten alle JCOs op dezelfde manier gaan werken, ondersteund
door het JCO support system, een volledig geautomatiseerd systeem
waarin betrokken organisaties kunnen kijken en invoeren. Het systeem
heeft inmiddels landelijk de aandacht getrokken. Werkt het goed dan
kan het ook landelijk ingevoerd worden.
Geweld en geweldplegers kennen zowel een domeingerichte, bijvoorbeeld
preventief fouilleren, als een persoonsgerichte aanpak. Op grond van
reecidivepatronen zal vantevoren bepaald worden welke plegers binnen
de PGA-Geweld gaan vallen. Komt iemand die op de PGA-Geweldlijst staat
in aanraking met de politie, dan moet al voor een deel duidelijk zijn
wat er met deze persoon moet gebeuren, en welke ketenpartner of
hulpverleningsinstelling dat eventueel gaat doen. Een voorbeeld van
iemand die op de PGA-Geweld terecht komt is een recidiverende pleger
van huiselijk geweld.
Overigens doen zich ook bij de PGA-700 nog enige wijzigingen voor. Zo
bestaat er sinds oktober een nieuwe maatregel die aan veelplegers van
kleine criminaliteit kan worden opgelegd. Het gaat hier om de
ISD-maatregel op grond van de Wet plaatsing in een inrichting voor
stelselmatige daders (Wet ISD). Deze ISD komt in de plaats van de
SOV-maatregel en vormt hierop een uitbreiding omdat hij niet alleen
voor verslaafden geldt. Hij houdt in dat een zeer actieve veelpleger
als bijzondere maatregel maximaal twee jaar in een gevangenis
geplaatst kan worden. De maatregel is in Rotterdam al enige malen
opgelegd.
Openbaar Ministerie