VVD



Inbreng Jan Geluk bij wetgevingsoverleg Nota Ruimte

Nota Ruimte, VVD inbreng Jan Geluk

Wetgevingsoverleg, 17 januari 2005

Embargo tot uitspreken tekst. Alleen gesproken woord geldt!

Thema's


1 Algemeen. 1

2 Sturingsfilosofie. 2
Afbakening taken tussen provincies en gemeenten. 3
3 Ontwikkelingsgericht in plaats van restrictief beleid. 3 Dertig procent van de nieuwbouw in bestaand stedelijk gebied. 4
4 Hindermacht naar ontwikkelkracht 4

5 Veiligheid water 5

6 VVD instrument "Voor wat Hoort wat". 6

7 Overig. 6
Almere A6 A9. 7
Schiphol 7
Zwolle 7
Recreatie. 7
Landbouw - EHS. 7


1 Algemeen

Grote waardering heeft de VVD-fractie voor de wijze waarop de noodzakelijke en gewenste verandering in planologie in Nederland in de Nota Ruimte wordt vormgegeven. Het dirigistische, van bovenaf sturende beleid, van de ruimtelijke ordening naar een systeem van ruimtelijke ordening waarbij publieke en private partijen verantwoordelijk of mede verantwoordelijk worden gemaakt, spreekt de VVD fractie zeer aan.

Goed dat er gekozen wordt de concurrentiepositie centraal te stellen. Niemand zal ontkennen dat het allereerst noodzakelijk is geld te verdienen om het dan uit te geven aan het zo noodzakelijke groen en grijs. Verbetering van de concurrentiepositie is een actueel punt: Wat gaat de regering doen aan de mogelijkheid om de havens in Nederland met elkaar samen te laten werken? Antwerpen hierbij betrekken heeft vele voordelen, waaronder die van logistieke en infrastructurele aard.

Terecht dat ook de greenports worden genoemd. De belangrijkste trekkers van de land- en tuinbouw, met een wezenlijke inbreng voor het BNP. Een samenleving laat zich in de liberale visie niet vormen of "maken". Zij ontwikkelt zichzelf. Van boven opgelegde sturing werkt in principe belemmerend. Wij zijn hiermee beland in de principiële discussie over sturingsplanologie en ontwikkelingsplanologie.

Bij deze twee begrippen gaat het om een juiste balans, een goede mix te vinden waarmee je de ontwikkelingen maximaal ondersteunt. Ingrijpen is niet nodig als de overheid vooraf goede afspraken heeft gemaakt. Voor liberalen staat de verantwoordelijkheid van de burger centraal. Liberalen hebben een rotsvast vertrouwen de kracht van de lagere overheden. Helderheid - ook voor de burgers - is daarbij geboden.

Ruimte is een collectief goed, wat traditioneel vanuit een liberaal perspectief als enige grondslag wordt geaccepteerd voor overheidsingrijpen. Maar: doe dit vooral zo dicht mogelijk bij de burger! De lagere overheden dus. Wij steunen dus van harte de decentralisatiegedachte. Van belang vindt de VVD integraal beleid. Het is funest voor Nederland als departementaal en sectoraal wordt gedacht en gewerkt. Verkokering móet stoppen. Deze Nota biedt daartoe goede aanzetten. De VVD hoopt ook dat deze lijn blijvend kan worden voortgezet. Graag hoor ik ook of dit beleid door de aanwezige bewindslieden ook zo wordt gevoeld.

Wij vinden het van het grootste belang dat er binnen een half jaar na vaststelling van de Nota Ruimte door het Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen afspraken worden vastgelegd omtrent de wijze waarop en de periode waarbinnen de beleidsuitspraken van deze Nota in hun ruimtelijke plannen worden overgenomen. De voortgang dient jaarlijks te worden besproken in een bestuurlijk overleg. Tevens dienen afspraken omtrent de handhaving te worden opgesteld. Wilt u dit toezeggen?


2 Sturingsfilosofie

Provincies en gemeenten krijgen terecht veel meer bevoegdheden. De VVD heeft echter geen behoefte aan twaalf regionale "Pronkjes", die elk op hun manier gemeenten aansturen. Welke zekerheid kunt u ons geven dat dit niet gebeurt? Graag wil ik wel van de minister horen hoe zij denkt in te grijpen bij gemeenten en provincies die niet voldoen aan zaken zoals omschreven in de PKB Nota Ruimte. Gaat u dan ingrijpen? En hoe gaat u dat doen? Heeft u daar de wettelijke bevoegdheid voor? Zo nee, waarin moet dat dan geregeld worden?

Gemeenten zullen zeker ook een turn-around proces moeten doormaken. Meer zelfstandigheid, betekent ook grotere verantwoordelijkheid. Enige zorg heeft onze fractie wel of het ambtenarencorps van de gemeenten in staat zal zijn de nieuwe taak op te pakken. Men zou daarbij kunnen denken aan het vormen van projectbureaus, die voor clusters van gemeenten als kennisbron fungeren. Dit bespaart gemeenten veel dubbel werk en veel geld. Terwijl de gemeentelijke autonomie niet in het gedrang komt. Wil de minister zo ver gaan?

Steden kennen tegenwoordig flink wat problemen. Zo wordt het bedrijfsleven meer en meer uit de steden gedreven. Dit heeft grotendeels te maken met het te weinig rekening houden met de vestigingswensen van de ondernemers. Dit krijgen we ook te horen van het MKB Nederland. Het MKB doet dan ook enkele zinnige voorstellen, die u ongetwijfeld kent. Deelt u deze ideeën? Zo hebben wij met MKB zorgen over ontwikkelingen waarbij steeds meer gebouwd wordt langs de snelwegen of knooppunten daarvan. Daar verrijzen dan de grote winkels. Deze ontwikkelingen verhinderen de gewenste ontwikkeling van krachtige steden. Willen wij de steden krachtig maken, dan moeten wij wel bereid zijn er wat aan te doen! Graag zou ik van de minister willen weten of dit gemeentelijke beleid is of dat het onder u dan wel de Nota Ruimte ressorteert? Dit heeft weer te maken met de scheiding in verantwoordelijkheden tussen het rijk en de lagere overheden.

De VVD vindt het bijvoorbeeld van belang dat het Stedelijk Knooppunt Maastricht/Heerlen/Sittard-Geleen, nu het een nationale status heeft, ook rijksbetrokkenheid krijgt. Bent u van mening dat dergelijke projecten rijkssteun c.q. -betrokkenheid onontbeerlijk is? Graag meer duidelijkheid hierover.

Zorgen maakt onze fractie zich wel over de rol van de burger bij het verkrijgen van zeggenschap bij nieuwe woningen. Regelmatig wordt daar over gesproken. Nota mensen wensen wonen. Heeft de minister de intentie dit ook na de Nota Ruimte uit te voeren. Hoe denkt u dat dan te gaan uit voeren?

Op het gebied van RO zijn zeer veel sectorale inspecties - regelfetisjisten. Dit is een echte hindermacht! Bij milieuwetgeving is dit nationaal geregeld en werkt het goed. Waarom zou je dat bij de RO wetgeving niet ook centraal regelen? Handhaven wordt dan ook gemakkelijker.

Afbakening taken tussen provincies en gemeenten

Een manco van de Nota is het gebrek aan een duidelijke afbakening tussen provincies en gemeenten. Er is thans onduidelijkheid over.

De VVD heeft een heldere visie:

1) Laat de stedelijke gemeenten c.q. agglomeraties zelf hun bouwprogramma bepalen
2) Provincie aanvaardt gemeentelijke plannen als gegeven en zal het laatste woord hebben
3) Het groene gebied niet volbouwen. Voor de kleine plattelandsgemeenten zal daarom wèl een contingentering mogen gelden, afgestemd op de eigen aanwas met daarboven een nader af te spreken plus.
4) De locaties voor bedrijfsterreinen zijn een taak voor de provincies en/of stedelijke agglomeraties.

De vrees voor een te hoge woningproductie is ongegrond. Er zal vanzelf een balans ontstaan - daar heeft eenieder belang bij. De woningbouw zal stijgen in grootte en in kwaliteit. Kortom: de provincies gaan over de Ruimtelijke Ordening en de gemeenten over de Volkshuisvestiging. Wil de minister deze duidelijke taakverdeling onderschrijven?


3 Ontwikkelingsgericht in plaats van restrictief beleid.

De VVD-fractie is blij met de keuze van het kabinet voor een meer ontwikkelingsgericht in plaats van restrictief beleid. Het eerste wat een overheid bij een ruimtelijke wens van burgers en bedrijven moet zeggen is niet: 'van dit kan niet' maar: 'wij gaan de mogelijkheden voor u op een rij zetten om dit te realiseren'. Ontwikkelingen proberen mogelijk te maken! Hier is een ware cultuuromslag bij het rijk, maar zeker en vooral bij provincies en gemeenten voor nodig. De regering zet met deze nota de eerste stap. Maar wat kan de minister doen wanneer blijkt dat lagere overheden de keuze voor een ontwikkelingsgerichte houding niet maken? De planbureaus waarschuwen voor een trage en stroperige beleidsvorming als gevolg van de Nota Ruimte. Doordat de drie overheidslagen bij bijna elk onderwerp betrokken zijn is bestuurlijke vervlechting onontkoombaar. Bovendien is de verantwoordelijkheidsverdeling niet duidelijk, waardoor je vraagtekens kunt plaatsen bij de effectiviteit van het ruimtelijke beleid. De VVD-fractie wil van de minister graag een reactie op dit door de planbureaus gesignaleerde spanningsveld.

Het Rijk dient naar onze mening de provincies en de gemeenten algemene richtlijnen mee te geven. Noem ze handvatten, richtlijnen, planontwerpen, waarnaar gehandeld moet worden. Niet om te betuttelen, maar om kwaliteit te borgen en snelheid te kunnen maken. Met nadruk zeg ik hier dat dit kaders moeten zijn en geen gedetailleerde uitwerking, dat moeten de lagere overheden immers zelf doen. Wij vragen daar de aandacht van de regering voor. In de Nota komen deze instrumenten nauwelijks uit de verf. Gaarne uw reactie hierop.

Dertig procent van de nieuwbouw in bestaand stedelijk gebied.

De opdracht om 30% van de nieuwbouw in bestaand stedelijk gebied te bouwen zal, denk ik, op korte termijn een grote belemmering blijken voor de groei van de woningproductie. Daar, waar dat mogelijk is, moet een goed gebruik van lege plekken in stedelijk gebied worden aangemoedigd. Maar de ontwikkeling van binnenstedelijke plannen kost veel meer tijd en vooral ook geld dan het bouwen in de buitengebieden. Naar de mening van de VVD fractie dient op korte termijn daarom de 30%-norm als streven te gelden en niet als eis.


4 Hindermacht naar ontwikkelkracht

Wij zijn het geheel eens met de wens van minister Dekker om van hindermacht naar ontwikkelkracht te gaan. Maar is het overal zo eenvoudig? Hoe doe je dat bijvoorbeeld bij deVogel- en Habitat richtlijn? Er zijn op dit moment grote problemen met deze richtlijn. Ze zouden wel eens, uw zo belangrijke wens om op korte termijn voldoende woningen te bouwen, ernstig kunnen verstoren. U kent de voorbeelden: industrieterreinen kunnen niet ontwikkeld worden, haven bij Vlissingen, Amsterdam IJburg, Heerlen, ammoniak zonering en ga zo maar door.

Gemeenten kunnen er ook wat van: zoals bijvoorbeeld een gemeente met, buitenbakkenbeleid of een Vlaggenmasten verordening. De kroon wordt gespannen door een gemeente waar het via de AVP niet wordt toegestaan om een tochtige koe in staat ter dekking aan te bieden op een bepaalde afstand van de openbare weg! Hindermacht, lijkt me zo.

Voortdurend krijgen wij ook te maken met de toenemende juridisch afdwingbare milieueisen m.n. uit Europa. Na het Vogel- en Habitatrichtlijneffect komt nu met de Stedelijke Luchtkwaliteit de ruimtelijke ontwikkeling van de dichtbevolkte delen van ons land ernstig onder druk te staan. Daardoor ontstaat onzekerheid en zal b.v. van binnenstedelijk bouwen niet veel terecht komen. Ik wees al eerder op de 30% operatie. In UNSEEN EUROPE van het Ruimtelijk Plan Bureau zijn meer van dit soort risico's genoemd. Denk b.v. ook aan de uitvoering van de Kaderrichtlijn Water. Over het algemeen houdt de Nota Ruimte onvoldoende rekening met de Brusselse regels, die deels door hetzelfde ministerie mede worden voorbereid. Dit is een ernstig punt voor de minister, dat zij zelf in recente toespraken ook heeft onderkend. Maar wat denkt zij hier aan te gaan doen?

Wat betreft het bedrijventerrein de Hoeksche Waard zijn wij van mening dat een terrein van ca 180 ha voorlopig voldoende zal zijn. In de omgeving van Dordrecht ligt nog een fors terrein braak. Algemeen zijn wij van mening dat de infrastructuur eerst in orde moet zijn voordat bedrijven- of woningbouwterreinen operationeel worden.


5 Veiligheid water

De VVD fractie heeft een aantal opmerkingen over de positie van water in de nota Ruimte en dan met name de risico's hiervan. De publicatie van het RIVM "Risico's in bedijkte termen " kan ik u allen aanbevelen te lezen. Sterker nog, het zou verplichte kost moeten zijn voor alle Kamerleden. De risico's van overstromingen blijven in Nederland altijd aanwezig en moeten niet worden onderschat. We hebben de afgelopen weken onder andere in Azië kunnen zien wat de vernietigende kracht van water kan zijn en dat onverwachte natuurrampen zich altijd kunnen aandienen en verraderlijk zijn. Nederland is in de afgelopen jaren kwetsbaarder geworden voor het gevaar van overstromingen. De bevolking is flink gegroeid, wat de kans op grotere aantallen slachtoffers heeft doen toenemen. De kans op overlijden van een grote groep mensen door een overstroming is veel groter dan bij alle externe risico's zoals gasexplosies, chloortreinen, neervallende vliegtuigen, oliebranden, kerncentrales bij elkaar gevoegd! Ook het economische risico is aanmerkelijk toegenomen door de grotere economische groei na 1953. Het huidige veiligheidsbeleid tegen overstromingen leidt daardoor niet tot het veilige en bewoonbare Nederland zoals ook in de Nota Ruimte wordt gesteld. Dit komt voornamelijk doordat we nog steeds de norm uit 1960 hanteren. Feitelijk voldoet op dit moment 15% van de waterkeringen- dijken - duinen niet aan deze norm. Van 35% weten wij dit niet. Dit is de Kamer overigens bekend, wij hebben met elkaar vorig jaar vastgesteld dat dit voor 2015 wordt aangepast, waarmee slechts voldaan zal worden aan de oude norm uit 1960. Overigens bereiken ons geluiden dat het Hoogwaterbeschermingsprogramma door financiële beperkingen uit zal lopen! Is dit zo minister?

Drie belangrijke opmerkingen wil ik maken:

1.
De VVD wil niet het beeld opwekken dat onze kust niet veilig is. Zij is nog nooit zo sterk geweest, maar wij willen een verhevigde aandacht voor de risico's. Deze worden in de toekomst onaanvaardbaar hoog. In Engeland bijvoorbeeld wordt dit risico vooral bij de burgers zelf neergelegd. In Nederland kan je je daar niet tegen verzekeren. Wij willen dat de overheid hier iets aan doet. De belangrijke vraag moet gesteld worden of wij deze maatregelen voldoende achten voor de periode tot 2030? Is dit veiligheidsbeleid niet achterhaald door de economische expansie? Iedereen past toch ook zijn verzekering aan de grootte van zijn huis aan? Investeren in de toekomst is belangrijk, maar beschermen is nog belangrijker!

Juist nu het kabinet inzet op versterking van de Randstad doet zich dit nog meer voelen. Het is opvallend dat het kabinet dit veiligheidsbeleid niet laat meewegen. In de Zuid-Hollandse kust zit een aantal zwakke plekken, maar ook de problemen bij de rivierdijken in Zuid-Holland moeten wij niet onderschatten. Waar moet het water van de rivier heen als de zeespiegel stijgt? Uitloop in zee wordt dan immers moeilijk! Wij vragen dan ook aan de regering om de risicoanalyse van 1960 opnieuw te maken. Wij hebben daarvoor een Adviescommissie Water - die daar zelf ook op wijst, die eventueel aangevuld kan worden met specialisten op dit gebied.

Hierop aanhakend, wil ik wederom aandacht vragen voor een kustuitbreiding bij Zuid-Holland. Zij staat thans niet opgenomen in de Nota Ruimte. Gelet op het wat ik net zei, is dit merkwaardig. De VVD heeft hierover een zeer breed aangenomen motie bij de begrotingsbehandeling vorig jaar ingediend. De ruimte is echter niet gereserveerd! Veiligheid, natuur, tegengaan verzilting, recreatie, en dergelijke kunnen middels een PPS constructie worden gediend . Wij zullen in tweede termijn met een amenderende motie komen om dit zeker te stellen. De mensen en de economie verdienen goede bescherming!

Een derde punt is het belangwekkende advies dat de Adviescommissie Water heeft uitgebracht. Zij komt tot drie tekortkomingen in de Nota Ruimte:
1- De uitvoeringsagenda legt onvoldoende koppeling tussen vaak regionale waterdoelstellingen en verstedelijking op economische activiteiten. Gevaar korte termijn denken ligt hierbij op de loer.
2- Er ontbreekt een relatie tussen het regionale watersysteem en het hoofdwatersysteem. Met name bij economisch sterke gebieden is deze relatie cruciaal.
3- In de uitvoeringsagenda wordt vooral aandacht geschonken aan verharding / verstedelijking zonder daarbij rekening te houden met het watersysteem.

Graag hoort de VVD van de regering in dit debat de toezegging dat met deze zwaarwegende adviezen bij verdere wetgevingstrajecten rekening zal worden gehouden. Ik denk hierbij aan het advies om het kostenveroorzakersbeginsel bij de waterparagraaf op te nemen in het Besluit op de Ruimtelijke Ordening.


6 VVD instrument "Voor wat Hoort wat"

Met het VVD instrument 'Voor wat hoort wat' willen wij een constructieve bijdrage leveren aan het hart van de discussie in de nota ruimte. De VVD wil met dit plan gebiedsontwikkelaars extra bouwrechten geven in ruil voor het investeren in maatschappelijke belangen, zoals water, natuur, recreatie en landschap. De VVD fractie is niet blind voor de vrees dat de te verwachten hogere opbrengst van bouwgrond de ook noodzakelijke investeringen in 'groene' functies onder druk zal zetten. Wij willen daarom dat de waardevermeerdering bij bestemmingswijziging van 'groen' naar 'rood' mede wordt ingezet voor de realisering van voren genoemde maatschappelijke functies. Groen en blauw stellen ons voor enorme opgaven. Alleen al voor waterberging moeten miljarden worden geïnvesteerd. Bij bestemmingswijziging moet tussen groen en rood een evenwichtige belangenafweging plaatsvinden. Daarom dit 'instrument van gebiedsontwikkeling. De realisering van bebouwing moet worden opgenomen in een 'structuurvisie' voor het te ontwikkelen gebied. Daarin moet ook staan hoeveel hectares groene en blauwe functies dienen te worden ontwikkeld. Over dit integrale plan moet de overheid onderhandelen met gebiedsontwikkelaars. De projectontwikkelaar moet gebiedsontwikkelaar worden. Laten wij hiervoor de creativiteit en financiën van de particuliere sector gebruiken! Gemeenten kunnen dit niet allemaal zelf. Deze integrale aanpak zal ook draagvlak onder de bevolking creëren. Het instrument is bruikbaar in zowel landelijke als stedelijke gebieden, maar vooral goed bruikbaar in de randgemeenten van grote steden. In onze ogen hoort dit opgenomen te worden in de Nota Ruimte. Graag wil ik hier een motie over indienen.


7 Overig

Al enkele malen hebben we met de Staatssecretaris V en W gesproken over de saldo nul benadering voor de rivier de Maas. Ontwikkelingen met name bij de recreatie staan nu stil. Kan de minister toezeggen dat zij dit principe zo snel mogelijk gaat hanteren waarbij de ruimte die de rivier wordt ontnomen elders wordt gecompenseerd?

Almere A6 A9
Van belang vindt de VVD het snel realiseren van de aanleg van de verbinding tussen de A6 en de A9. Almere kan wat ons betreft uitgaan van de hoge groeivariant. Dit levert immers de minste problemen op. Ik sluit mij hierbij aan bij de woorden van de CDA woordvoerder.

Schiphol

Problemen zijn er rond de 20 Ke contour rond Schiphol. Dol graag zouden wij de woorden "direct gelegen aan de 20 Ke contour"uit de Nota willen schrappen. Ziet de regering hier mogelijkheden toe? Wij beseffen dat wij mogelijk hiermee de luchthaven geen dienst bewijzen en dus een standpunt zouden innemen wat in enigermate haaks staat op de uitgangspunten van de Nota. Als je er goed over nadenkt kom je tot de conclusie dat mensen er wel willen wonen, dat dit ook moeten kunnen, maar dat deze mensen via de milieuwetgeving direct eisen kúnnen stellen wat weer allerlei aanspraken mogelijk maakt. Wil je het probleem oplossen dan is er maar één mogelijkheid en dat is aanpassing van de wet en regelgeving, zodat het niet meer mogelijk is in dit gebied die aanspraken te maken. Ziet de regering hier mogelijkheden toe om voorstellen hieromtrent op korte termijn de Kamer te doen toekomen?

Zwolle

De VVD vindt de positie van Zwolle van groot belang. Belangrijker dan dat nu wordt aangegeven in de Nota Ruimte. Wij nodigen de minister uit om de tekst in de Nota Ruimte zodanig te wijzigen dat Zwolle financieel-economisch als ook ruimtelijk-instrumenteel wordt gestimuleerd en geëquipeerd. Verder vragen wij ons af hoe de stedendriehoek na de aangenomen motie bij Pieken in de Delta nu wordt opgenomen in de Nota Ruimte. Wil de minister hier op ingaan?

Recreatie

Merkwaardig vindt de VVD de onderbelichte rol van de recreatie. Dit is groeisector nummer één in Nederland en een ruimtegebruiker van formaat. Graag nodigen wij de regering uit hier bij de Nota Ruimte meer aandacht te besteden. Recreatie is immers ook nog eens een belangrijke versterking van het platteland!

Landbouw - EHS

Zorgelijk vindt de VVD het punt van de vrijkomende agrarische bebouwing. Een wijziging van het bestemmingsplan van agrarisch naar burgerbewoning levert problemen op. Óf de wijziging wordt door de gemeente niet ingezet, óf de bijliggende agrariër maakt bezwaar. Zodoende zijn veel woningen onverkoopbaar. Is de regering bereid op korte termijn met voorstellen te komen door aanpassing de milieuwetgeving in combinatie met de Wet Ruimtelijke Ordening waarbij dit probleem wordt opgelost en bestaand gebruik wordt gerespecteerd? Het probleem van de vrijkomende agrarische bebouwing wordt steeds nijpender.

De VVD wil graag het belang van de innovatieve land- en tuinbouw ook in stedelijke gebieden zoals de Randstad nog eens onderstrepen Een vitaal platteland is, in de ogen van de VVD, van zeer groot belang voor Nederland. Er moet genoeg ruimte geboden worden, het mag niet zo zijn dat er teveel beperkt wordt. Hier is draagvlak voor bij zowel agrariërs als bij andere partijen. Niet vergeten moet worden dat de agrarische sector een belangrijke bijdrage levert aan de economie van Nederland. Maar ook niet, dat deze sector in een belangrijke transitiefase zit.

Na lezing van de paragraaf Natuur in de Nota en later enkele brieven daarover duizelde het mij voor ogen. EHS, 1op 1 begrensde beheersgebieden, ruime jas gebieden volledig zwevende natuurgebieden en vlakdekkend botanisch beheersgebieden. Ik droomde weg en zag de minister voor mij als Alladin op zijn vliegend groene tapijt... Het blijkt dat de ruime jas gebieden alleen al ongeveer de helft van Nederland op slot zetten door een "Nee, tenzij beleid". Een geweldige bureaucratie. Minister zet uw tapijt aan de grond en haal dit uit de Nota, het staat haaks op een vitaal platteland en de ontwikkelingsgedachte en belemmerd ook nog eens de vorming van de EHS. Er dient nog ongeveer 100.000 ha gebied gevonden te worden om tot 728.500 ha EHS te komen in 2018. Wij stellen voor om ongeveer een factor 2 te gebruiken om hiermee voldoende zoekruimte te vinden. Hierop kan een planologische bescherming plaatsvinden die onomkeerbare processen voorkomt. Daarnaast vinden wij het van belang om "groen voor rood" ontwikkelingen in EHS en overige natuurgebieden mogelijk te maken.. Dit geeft financieel winst en vooral ook winst voor de natuur.

Voorzitter, Nederland heeft ontwikkeling nodig om onze welvaart te behouden. Wij moeten deze ontwikkelingen de ruimte geven. Deze Nota geeft daarvoor naar de mening van de VVD in belangrijke mate richting aan voor de komende 20-30 jaar.


---- --