Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag
Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44
2513 AA 's-GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33
www.szw.nl
Contactpersoon Uw Brief 14 december 2004
Doorkiesnummer 2040504770
E-mail Ons kenmerk AAM/BR/04/88239
Datum 14 januari 2005
Onderwerp Kamervraag van het lid De Wit
./. Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid De Wit (SP) over reïntegratie in
Oost-Groningen.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(H.A.L. van Hoof)
Ons kenmerk AAM/BR/04/88239
Datum 14 januari 2005
2040504770
Vragen van het lid De Wit (SP) aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
over reïntegratie in Oost-Groningen. (Ingezonden 14 december 2004)
Vraag 1:
Wat is uw oordeel over de feiten die zijn gepresenteerd in het TV-programma "De vier van
vier miljoen? 1).
Antwoord 1:
De gepresenteerde feiten zijn niet nieuw, het banenplan van de streekraad Oost- Groningen is
eerder in de publiciteit geweest. Op 11 juni 2004 heeft u van mijn voorganger een brief
ontvangen naar aanleiding vragen die het kamerlid Bruls heeft gesteld over dit plan van Oost-
Groningen. (Tweede Kamer, 2003-2004, aanhangsel van de handelingen 2030414680) Voor
commentaar op de gepresenteerde feiten van dit project, verwijs ik graag naar die antwoorden,
waarvan de inhoud nog steeds actueel is.
Daarnaast is in de uitzending gezegd dat er 2 miljard euro voor gemeenten beschikbaar zou
zijn. Dit is niet correct. Er staat ongeveer 2 miljard euro ten behoeve van reïntegratie op de
SZW begroting. Hiervan is 1, 6 miljard beschikbaar voor gemeenten (W-budget in het kader
van de WWB). Een belangrijk deel van deze 1,6 miljard ligt nog vast in gesubsidieerde banen
op grond van oude regelingen als WIW en ID. Van het totaal aan gemeentelijke
reïntegratiebudgetten is in 2003 ongeveer 80% besteed aan gesubsidieerde arbeid (WIW, ID).
De overige 20% is besteed aan andere interventies (trajecten) ten behoeve van reïntegratie
(realisatiecijfers).
Vraag 2:
Komt het voor dat reïntegratiebedrijven bij de aanbesteding succespercentages noemen die
niet overeenstemmen met de werkelijkheid?
Antwoord 2:
Het is mij niet bekend of er reïntegratiebedrijven zijn die met eerder behaalde
succespercentages schermen die niet overeenstemmen met de werkelijkheid. Wel is het juist -
zo blijkt uit het trendrapport dat de Tweede Kamer op 6 december heeft ontvangen (Tweede
kamer, 2004-2005, 28 719, nr.3) dat de transparantie van de reïntegratiemarkt nog te wensen
overlaat. Er is weinig zicht op resultaten, prijzen en kwaliteit van reïntegratie. Verder is er
nauwelijks informatie over de kwaliteit en resultaten van kleine en middelgrote aanbieders.
UWV publiceert elk kwartaal de meest recente plaatsingsprecentages van bedrijven die een
contract hebben met UWV.
In het trendrapport wordt geconcludeerd dat met name UWV in steeds grotere mate beschikt
over noodzakelijke infromatie over resultaten en kwaliteit van reïntegratiebedrijven. Bij
---
Ons kenmerk AAM/BR/04/88239
Datum 14 januari 2005
gemeenten is dit minder het geval omdat zij minder lang en minder grootschalige ervaring
hebben met het inkopen van reïntegratie.
Overigens staat het de opdrachtgever die plaatsingsresultaten gebruikt als criterium bij de
gunning vrij om aan het reïntegratiebedrijf referenties te vragen die de eerder gerealiseerde
plaatsingspercentage kunnen bevestigen. Ook door het gebruik van resultaatfinanciering kan
een gemeente risico's die samenhangen met het noemen van succespercentages door
reïntegratiebedrijven, die niet overeenstemen met de werkelijkheid, tot een minimum
beperken.
Ten aanzien van de prestaties van reïntegratiebedrijven zijn op dit moment de volgende
gegevens openbaar beschikbaar:
· Zowel RWI en Borea publiceren op hun sites resultaten van onderzoek naar de
tevredenheid van opdrachtgevers en cliënten met betrekking tot reïntegratiebedrijven.
· Borea presenteert daarnaast ook de gemiddelde plaatsingsresultaten van
reïntegratiebedrijven die deelnemen aan het Borea Keurmerk Reïntegratie. Deze
resultaten worden uitgesplitst naar soort opdrachtgever.
· De UWV publiceert de resultaten van de reïntegratiebedrijven, die door UWV zijn
gecontracteerd, op haar site.
Voor verdere verbetering van de transparantie zijn de volgende ontwikkelingen relevant:
· Dit jaar zal de RWI starten met een pilot voor een database van contracten tussen
gemeenten en reïntegratiebedrijven (inclusief verantwoordingsrapportages). Deze pilot
wordt gerealiseerd in samenhang met zowel de Reïntegratiemonitor en anderzijds met
het nog te implementeren meldpunt gemeentelijke aanbestedingen.
· De RWI heeft met de UWV afgesproken dat de Reïntegratiemonitor wordt uitgebreid
met de plaatsingsresultaten van de door UWV gecontracteerde reïntegratiebedrijven.
· RWI en Borea hebben afgesproken met ingang van 2005 samen te gaan werken met
betrekking tot het tevredenheidsonderzoek onder opdrachtgevers en cliënten en de
publicatie van de resultaten.
Daarnaast hebben partijen op de reïntegratie- en arbomarkt aangegeven met ingang van 2005
de huidige en toekomstige transparantieinstrumenten (waaronder een prestatiebenchmark op
het niveau van individuele reïntegratiebedrijven) intensief te willen samenwerken. Een plan
van aanpak hiertoe zal uiterlijk 1 april 2005 worden gepresenteerd.
Vraag 3:
Komt het voor dat mensen in de sociale werkvoorziening in Oost-Groningen langer dan zes
maanden werken met behoud van uitkering?
Antwoord 3
Het is mij niet bekend hoe lang mensen in de sociale werkvoorziening in Oost-Groningen
werken met behoud van uitkering. Uitgangspunt zou moeten zijn dat werken met behoud van
uitkering een onderdeel is van een traject gericht op uitstroom naar reguliere arbeid en om die
reden een tijdelijk karakter heeft. Of aan dit uitgangspunt voldaan wordt is ter beoordeling aan
de gemeenteraden.
---
Ons kenmerk AAM/BR/04/88239
Datum 14 januari 2005
Vraag 4:
Komt het voor dat bij het reïntegratiebureau IWA Work Impuls mensen langer dan zes
maanden in arbeidstherapie zijn met behoud van uitkering en dat het opzeggen van de
arbeidstraining leidt tot een korting op de uitkering?
Antwoord 4
Het inzetten van arbeidstherapie kan een onderdeel zijn van een reïntegratietraject.
Afhankelijk van de persoonlijke situatie van de bijstandsgerechtigde en zijn afstand tot de
arbeidsmarkt kan de termijn waarvoor dit onderdeel wordt ingezet variëren.
Bijstandsgerechtigden behouden uiteraard hun uitkering als zij werken aan hun reïntegratie.
Het opzeggen van een arbeidstraining kan, afhankelijk van de persoonsspecifieke situatie,
worden opgevat als het beëindigen van de medewerking van de bijstandsgerechtigde aan
reïntegratie. Als dit onder de hoede van een reïntegratiebureau gebeurt, dan meldt het
reïntegratiebureau dit aan de gemeente. De gemeente bepaalt dan of en zo ja hoe de
uitkeringsgerechtigde eventueel gesanctioneerd wordt. De gemeente heeft haar sanctiebeleid
vastgelegd in een afstemmingsverordening. De WWB regelt dat het college overeenkomstig
de afstemmingsverordening de bijstand verlaagt (artikel 18 lid 2). De duur en de hoogte van
de verlaging worden door de gemeente in de verordening geregeld.
Vraag 5:
Is het waar dat een aantal gemeenten in Oost-Groningen geen gebruik meer maakt van
reïntegratiebedrijven? Waarom?
Antwoord 5:
Ten aanzien van het realiseren van reïntegratiewerkzaamheden zijn gemeenten voor een deel
van het werkbudget vrijgesteld van de uitbestedingsverplichting. Het gaat om een bedrag van
100.000 plus 30% van het Werkbudget na aftrek van allerlei kostenposten (artikel 6 lid 4
van de Regeling SUWI). Ook hoeven gemeenten werkzaamheden die voortvloeien uit
gesubsidieerd werk alsmede vergelijkbare voorzieningen tot 1-1-2007 niet uit te besteden.
(artikel 15 van de Invoeringswet WWB). Voor veel kleinere gemeenten betekent dit dat zij
slechts een klein percentage van het werkbudget verplicht op de reïntegratiemarkt moeten
uitbesteden.
Uit het derde Trendonderzoek dat in december naar de Tweede Kamer is verstuurd blijkt dat
eenderde van de gemeenten ook in het niet uitbestedingsplichtige deel van het Werkbudget
gebruik maakt van openbare aanbestedingen ("De reïntegratiemarkt langs de meetlat van
SUWI" november 2004, 3.4.3, blz. 36).
Ik heb geen zicht welke gemeenten dit ook daadwerkelijk doen. De gemeentelijke accountant
toetst de rechtmatige uitvoering van de uitbestedingsverplichting.
---
Ons kenmerk AAM/BR/04/88239
Datum 14 januari 2005
Vraag 6:
Wat vindt u van de uitspraken van het lid van het College van de Algemene Rekenkamer de
heer de G. de Jong, in dit TV-programma?
Antwoord 6:
.
Uit navraag bij de Algemene Rekenkamer blijkt dat de Algemene Rekenkamer geen rapport
heeft uitgebracht dat specifiek ingaat op gemeentelijk reïntegratiebeleid. De uitspraken van de
heer De Jong zijn - volgens de Algemene Rekenkamer- geënt op de rapportage over het CWI
en UWV "Bemiddeling en reïntegratie van werklozen" van de Algemene Rekenkamer dat op
3 november jl. aan de Tweede Kamer is aangeboden. Volgens de Algemene Rekenkamer is
bij het formuleren van de uitspraken gezocht naar parallellen tussen de situatie bij UWV en
CWI en gemeenten.
De uitspraken in het TV-programma laat ik voor rekening van de heer De Jong.
Vraag 7:
Wilt u de bovenstaande vragen beantwoorden voor donderdag 16 december a.s.?
Antwoord 7:
De antwoorden zullen u voor afloop van het kerstreces bereiken.
1) Zembla, 9 december 2004
---
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid