Ministerie van Economische Zaken


http://www.minez.nl

Aanpassingsvermogen Nederlandse economie noodzakelijk

Ministerie van Economische Zaken
Persbericht
14 januari 2005

HERSTEL VERTROUWEN EN VERSTERKING AANPASSINGSVERMOGEN NEDERLANDSE

ECONOMIE NOODZAKELIJK

Het economische beleid voor de komende tijd zou vooral in het teken moeten staan van een combinatie van verdere structurele hervormingen en herstel van vertrouwen op korte en middellange termijn. Het trage economische herstel in Nederland maakt duidelijk dat een versterking van de veerkracht van de Nederlandse economie noodzakelijk is. Alles moet op alles worden gezet om de schokbestendigheid en het vermogen om soepel te reageren op externe ontwikkelingen te vergroten. Hervormingen zijn nodig, maar het draagvlak daarvoor kan worden vergroot door het schetsen van een helder perspectief en boter bij de vis te geven. Dat schrijft secretaris-generaal van Economische Zaken Jan Willem Oosterwijk vandaag in zijn traditionele nieuwjaarsartikel in het blad Economisch Statistische Berichten (ESB).

Conjunctuur en arbeidsmarkt
De huidige periode van laagconjunctuur in Nederland is zowel in historisch opzicht als in internationaal perspectief uitzonderlijk. Ons land lijkt een economie met een gebrekkig aanpassingsvermogen, zowel in goede als in slechte tijden. Herstel van de veerkracht van de economie is daarom van groot belang. De verslechtering van de concurrentiepositie wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door een sterke toename van de loonkosten (waaronder de pensioenpremies). De trage aanpassing van de loonkosten leidt er toe dat Nederland het minst van alle EU-landen heeft kunnen profiteren van de aantrekkende wereldhandel. Tijdens de periode van hoogconjunctuur is er ook niet genoeg gedaan om mensen die in collectieve regelingen als WAO en Bijstand zitten, te stimuleren de arbeidsmarkt op te gaan. Nodig is een arbeidskostenontwikkeling (inclusief pensioenpremies) die verantwoord is in het licht van de concurrentiepositie. Concreet betekent dit dat de sociale partners ook na 2005 uiterst terughoudend zullen moeten zijn.

Pensioenen en budgetten
Voor wat betreft de pensioenen geldt dat met het oog op de betaalbaarheid en het vergroten van de schokbestendigheid naar andere aanpassingsmechanismen moet worden gekeken (bijvoorbeeld overgang naar middelloon en een hogere uittredingsleeftijd). Ook het sterker betrekken van de huidige gepensioneerden in het 'delen van de pijn' zal nodig kunnen zijn, vooral als de toename van de premie een te zware wissel op de werkenden gaat trekken. Daarnaast is het ongewenst als sociale partners te ruim gebruik maken van de mogelijkheid via de achterdeur van het ouderdomspensioen de huidige prepensioenregelingen de facto te handhaven. Bij de toepassing van het Financieel Toetsingskader voor de pensioenen zal een goede afweging moeten worden gemaakt tussen zekerheid enerzijds en economische overwegingen anderzijds. Op budgettair gebied is het voor de tweede helft van de kabinetsperiode van belang dat de overheidsfinanciën meer in lijn kunnen worden gebracht met het Hoofdlijnenakkoord, zowel ten aanzien van het EMU-saldo als de lastenontwikkeling. Dit betekent dat inspanningen ten behoeve van het tijdspad voor het terugbrengen van het EMU-saldo naar 'close to balance or in surplus' moeten worden afgewogen tegen het deels ongedaan maken van de additionele lastenverzwaring ten opzichte van het Hoofdlijnenakkoord. Zowel veerkracht als vertrouwen zouden hiermee gediend zijn.

Boter bij de vis
Hervormingen lonen. Zo laat het CPB in zijn vergezichtenstudie zien dat alleen de combinatie van doorgaande integratie van wereldmarkten en hervormingen van de collectieve sector de voorwaarden schept voor een groei van de economie die qua niveau vergelijkbaar is met de welvaartsgroei in de afgelopen decennia. Hervorming van de publieke sector gaat vaak gepaard met een overheveling van verantwoordelijkheden van de publieke naar de private sector. De acceptatie van de beweging van publieke naar private verantwoordelijkheden kan worden versterkt door een evenredige verschuiving van financiële middelen. Boter bij de vis zoals Oosterwijk het noemt. Dat betekent lagere premies als bij het tot stand brengen van een meer activerend stelsel van sociale zekerheid vermindering van kosten wordt gerealiseerd, en lagere belastingtarieven bij de beperking van de fiscale facilitering van pensioenen. In de afgelopen jaren waren echter veel van de hervormingsbaten nodig voor de redressering van de overheidsfinanciën, gegeven de achteraf bezien uitbundige budgettaire intensiveringen onder Paars-II. Hiervan gaat echter wel een dubbelzinnig signaal uit: de burger ervaart de hervormingen namelijk als lastenverzwaringen en het kabinet laadt de onterechte verdenking op zich de structurele hervormingen slechts als alibi te gebruiken voor het doorvoeren van bezuinigingen.

Perspectief en transitie
Daarnaast is een helder en uitnodigend perspectief noodzakelijk voor het maatschappelijke draagvlak voor structurele hervormingen. Een goed zicht op toekomstig beleid van de overheid is nodig om burgers in staat te stellen deze keuzes op een verantwoorde wijze te maken. Een helder perspectief voor de woningmarkt in combinatie met een verstandig transitiepad lijkt voor een komende kabinetsperiode noodzakelijk om de onzekerheid over de toekomst van de hypotheekrenteaftrek te reduceren. Een houdbare transitie is eveneens van belang voor wijzigingen in het stelsel van oudedagsvoorziening. De overheid staat hierbij voor de uitdaging de burger op basis van een integraal, houdbaar en betrouwbaar transitietraject in de gelegenheid te stellen te anticiperen op veranderingen in het stelsel van oudedagsvoorziening. Het kabinet zou de resterende helft van haar regeerperiode moeten benutten om een samenhangende visie te formuleren voor verdere institutionele vernieuwing, die als basis kan dienen voor een vervolg-groeiagenda van het volgende kabinet.

Meer informatie
Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u terecht bij Postbus 51, telefoon 0800 - 6463951, e-mail: ezinfo@postbus51.nl. Voor journalisten: Paula de Jonge, persvoorlichter, telefoon (070) 379 75 52, e-mail: A.T.M.deJonge@minez.nl

14 jan 05 11:50