FNV zet in 2004 verlies om in ledenwinst
De FNV heeft in 2004 een aanvankelijk fors verlies van 10.000 leden weten om te zetten in een bescheiden winst van 250. Het totaal van Nederlands grootste vakcentrale komt daarmee op 1.220.931. Kijkend naar de 16 afzonderlijke bonden is de ontwikkeling van het ledental niet eenduidig: winst en verlies wisselen elkaar af.
Na een slecht eerste kwartaal kroop de FNV in mei langzaam uit het dal. Een opwaartse ontwikkeling die zich vooral in de (actie)maanden september en oktober in versterkte mate voortzette.
ABVAKABO FNV kreeg er met 4295 de meeste leden bij en komt uit op 369.330. Ook onderwijsbond AOb groeide flink met 1774 naar 75.306 leden. FNV Bondgenoten zette een aanvankelijk verlies van bijna 4000 leden om in een winst van 1089. Met een totaal van 469.597 blijft hij daarmee de grootste FNV-bond.
Teruglopende werkgelegenheid en oplopende werkloosheid zijn de voornaamste redenen voor het verlies van FNV Bouw (-5050). Die staat nu op een totaal van 145.206. Ook de Horecabond (-1371) en FNV KIEM (-1684) hebben last van de recessie en tellen respectievelijk 22.690 en 45.521 leden.
Lichte verliezen zijn er bij enkele kleinere bonden zoals de FNV Vrouwenbond
(-408), FNV Kappersbond (-311), journalistenbond NVJ (-178), zeeliedenbond FWZ (-136) en de profvoetballers van de VVCS (-27). Maar winst is er bij de politiebond NPB (+522) en FNV Sport (+38).
De ZZP-bonden (zelfstandigen zonder personeel) doen het goed. FNV Zelfstandige Bondgenoten groeide met 1089 (+18%) naar 6232 leden. En FNV Zelfstandigen Bouw verzacht de misère in deze sector met een groei van 1461 (+44%) naar een totaal van 4801 leden.
De peilperiode loopt om administratieve redenen van 1 december 2003 tot 1 december 2004.
10 januari 2005
FNV