Federale regering Belgie
PB-Tsunami ramp: vereenvoudiging procedure vermiste personen
(2005-01-04)
Persdienst Eerste Minister
Tsunami ramp: vereenvoudiging van de procedure voor de vaststelling
van het overlijden van vermiste personen
Een interkabinettenwerkgroep heeft zich deze namiddag op de Kanselarij
van de Eerste Minister gebogen over de vereenvoudiging van de
procedure voor de vaststelling van het overlijden van vermiste
personen. De regering is van mening dat de procedure voor vermiste
personen, conform artikel 115 van het Burgerlijk Wetboek, waarbij de
familieleden van de vermiste personen pas na vier jaren een verklaring
van afwezigheid kunnen bekomen, te omslachtig en langdurig is voor de
specifieke situatie die zich opdringt voor de vermisten van de tsunami
ramp. Het is de wens van de regering voor de nabestaanden van de ramp
in Zuid-Oost Azië een regeling uit te werken die enerzijds tegemoet
komt aan de verzuchtingen van de familieleden om een snel uitsluitsel
te krijgen over vragen, zoals wat met de bezittingen,
(levens)verzekeringen en voogdij moet gebeuren, maar anderzijds ook
waarborgen inhoudt tegen mogelijke fraude.
Zonder vooruit te lopen op de definitieve tekst van het wetsontwerp
dat nog deze maand door de Minister van Justitie zal worden voorgelegd
aan de Ministerraad, wordt uitgegaan van een regeling die gebaseerd
zou zijn op de wet van 20 augustus 1948 betreffende de verklaring van
overlijden en van vermoedelijk overlijden voor de oorlogslachtoffers
en de slachtoffers van de deportatie tijdens de tweede wereldoorlog.
Deze ad hoc wettelijke regeling zou een procedure voorzien waarbij de
Rechtbank van Eerste Aanleg, op verzoek van de familie en/of
nabestaanden, een vonnis kan vellen dat gelijkstaat met de
vaststelling van een overlijdensakte. De Rechtbank van Eerste Aanleg
zal zich pas kunnen uitspreken na een onderzoek door het Openbaar
Ministerie in samenwerking met de Diensten van de FOD Buitenlandse
Zaken. In de praktijk zal de Ambassade of het Consulaat van de laatste
verblijfplaats van de vermiste, na onderzoek, een akte van verdwijning
opmaken, waarna het Federaal Parket aan de Lokale Parketten vraagt een
toetsingsonderzoek te verrichten bij de familie in België.