Sluiting van woning te Leeuwarden geschorst. Verstoringen openbare
orde niet aangetoond
Leeuwarden, 3 januari 2005 - De bestuursrechter van de rechtbank
Leeuwarden heeft een besluit van de burgemeester van Leeuwarden om een
woning te sluiten vanwege verstoringen van de openbare orde,
geschorst. De burgemeester had gebruik gemaakt van de speciale
bevoegdheid van artikel 174a van de Gemeentewet. De bewoners van het
pand hebben hiertegen bezwaar gemaakt en een bestuursrechtelijk kort
geding aangespannen.
De rechter vindt dat de burgemeester niet heeft aangetoond dat er
sprake is van overlast die veroorzaakt wordt vanuit de woning van
betrokkenen.
De rechter overweegt dat het sluiten van een woning een zeer vergaande
maatregel is, die zorgvuldig moet worden voorbereid. Het gaat hier
immers om een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer, die door art. 10
van de Grondwet wordt beschermd. Het dossier dat door de burgemeester
is aangelegd, bevat volgens de rechter te weinig concrete en
belastende informatie afkomstig van politie, verhuurder en anderen.
Bovendien zijn er recente verklaringen van stadswachten en
buurtbewoners, waaruit zou blijken dat er vanuit de woning van
betrokkenen geen overlast wordt veroorzaakt. Er zijn naar het oordeel
van de rechter dan ook onvoldoende controleerbare feiten en
omstandigheden naar voren gekomen die het besluit kunnen dragen.
De uitspraak is mondeling gedaan op 31 december 2004. Het betekent dat
de sluiting van de woning, die gepland was voor maandag 3 januari 2005
om 10:00 uur, niet doorgaat. De burgemeester zal zich nu eerst
inhoudelijk moeten uitlaten over het bezwaarschrift van de bewoners en
-zo nodig- een nieuw besluit moeten nemen.
LJ Nummer
AR8583
Gerechtelijke organisatie