Productschap Vis


Datum:22 december 2004

NOORDZEEVissers begrijpen uitkomsten visserijraad niet

Rijswijk, Vandaag is in Brussel een akkoord bereikt over de vangsthoeveelheden voor 2005 en de verdere aanpak van het herstel van het kabeljauwbestand. Voor het vijfde opeenvolgende jaar wordt de platvissector beperkt in zijn visserijmogelijkheden. Bij de pelagische sector doet vooral de korting van de makreelvisserij zeer. Al met al overheerst het beeld dat de uitkomst van deze visserijraad een verdere uitholling betekent van de platvisketen in Nederland, die zich door eerdere beperkingen toch al op een laag niveau bevond. "Het lijkt misschien een klaagzang, maar het scholquotum was al historisch laag. Elke verdere vermindering doet gewoon erg veel pijn", aldus Gerard van Balsfoort, directeur van het Productschap Vis. "De vissers zien op zee elke week weer dat er juist zo veel schol aanwezig is. Een vermindering is dus gewoonweg niet uit te leggen. En dat betekent bovendien dat schol niet mag worden aangevoerd en dus overboord moet. Dat kan niet de bedoeling zijn".

TAC en quota

Schol en tong zijn voor de Nederlandse Noordzeevissers de belangrijkste soorten. De maximaal toegestane vangsthoeveelheden (TACs) zijn vastgesteld op respectievelijk 59.000 ton voor schol (2004: 61.000 ton) en 18.600 ton voor tong (2004: 17.350 ton). Voorts zijn de kleinere, maar voor Nederland belangrijke platvis TACs, - zoals tarbot, rog, griet en tongschar - wederom gekort; ditmaal met 8%. Voor schol betekent deze korting de vijfde op rij en komt de TAC daarmee op een nieuw historisch dieptepunt te liggen. Dit is opmerkelijk aangezien de internationale biologen dit najaar hebben geconcludeerd dat het scholbestand zich al 10 jaar stabiel beweegt op een niveau tussen het minimum- en het veilig geachte niveau. Herstelmaatregelen worden daardoor niet nodig geacht, wel goede beheermaatregelen. Hiertoe heeft de Nederlandse visserijsector dit najaar het initiatief genomen voor een eigen scholmanagementplan. Hoewel de door Nederland voorgestelde maatregelen grotendeels zijn overgenomen in het officiële advies van de Regionale Adviesraad Noordzee, is het teleurstellend dat hiervan niets is terug te vinden in de uitkomsten van deze visserijraad.

Een verhoging van de vangstmogelijkheden voor tong was volledig in de lijn van de verwachtingen, maar gezien de gunstige situatie van het bestand (en het positieve biologische advies) lag een hogere TAC dan nu is vastgesteld voor de hand. Met de verlaging van de TACs voor de kleinere platvissoorten wordt het totale economische perspectief voor de Nederlandse platviskolom verder aangetast. Ook betekent de uitkomst van de visserijraad een verdere druk op het Nederlandse co-management stelsel dat sedert 1993 succesvol functioneert.

Voor de Nederlandse trawlersector zijn vooral de pelagische bestanden horsmakreel, haring, makreel en blauwe wijting van belang. De meeste pelagische visbestanden zijn gezond. Daarom is het teleurstellend dat de visserijraad heeft besloten (in overleg met Noorwegen) de TAC voor makreel met 23% te verlagen naar 420.000 ton (2004: 545.500). Makreel is vooral ook economisch een belangrijk bestand voor de trawlersector. Gelukkig wordt de TAC voor horsmakreel op het niveau van dit jaar gecontinueerd (137.000 ton), ondanks een zeer laag TAC voorstel van de Europese Commissie. Ook bestaat tevredenheid over de verhoging van het blauwe wijtingquotum en het haringquotum in de Noordzee.

Kabeljauwherstelplan

De verdere invulling van herstelmaatregelen voor het kabeljauwbestand vormden wederom een moeilijk punt op de agenda. Onder dreiging van het instellen van permanent gesloten gebieden op de Noordzee zijn de visserijministers akkoord gegaan met een verdere beperking van het aantal beschikbare zeedagen met één dag voor alle vlootsegmenten die kabeljauw vangen of bijvangen. Uitermate wrang is evenwel dat het resultaat van het visserij-akkoord zodanig is dat de Nederlandse platvisvloot, die minder dan 5% kabeljauw bijvangt, in 2005 de facto evenveel dagen ter beschikking zal hebben als de Britse kabeljauwvloot die gericht op kabeljauw vist. Ook is het teleurstellend dat voor de platvisvloot die met grote mazen vist (en dus met een verwaarloosbare bijvangst van kabeljauw) geen apart zeedagenregime is vastgesteld met extra zeedagen. Voor dit deel van de platvisvloot dat ver weg op de Noordzee zijn visgronden heeft, zal het aantal dagen knellend blijven.


*****

Dit is een persbericht van het Productschap Vis, de Nederlandse Vissersbond, de Federatie van Visserijverenigingen, de Redersverenging en de Visfederatie op de uitkomsten van de Visserijraad, waar de vangstmogelijkheden voor 2005 zijn vastgesteld.

Voor meer informatie kunt u bellen met Evelyne Esveld van het Productschap Vis, telefoon 070 3369 640 of mobiel 06 144 39 038.