FNV BOUW

Hoog tijd voor opheldering brand Catshuis

Nu het einde van het jaar nadert, vindt FNV Bouw het hoog tijd voor duidelijkheid over de brand in het Catshuis waarbij een schilder om het leven kwam. Er zijn sindsdien ruim zeven maanden verlopen en nog is het dossier over dit bedrijfsongeval niet openbaar. FNV Bouw heeft het Ministerie van Justitie in een brief om opheldering gevraagd. Verder wil de bond weten of er inderdaad thinner is gebruikt, onder welke omstandigheden en onder wiens verantwoordelijkheid.

FNV Bouw wil weten hoe de verantwoordelijkheid voor de werkomstandigheden verdeeld was; de bond veronderstelt dat zowel opdrachtgever Rijksgebouwendienst als de werkgever van de schilder hierin een stem hadden. Direct na het ongeval, op 15 mei 2004, zei FNV Bouw dat er grondig onderzoek nodig was naar de toedracht. De bond kon toen niet vermoeden dat dit na ruim zeven maanden nog niets zou hebben opgeleverd. Een verklaring voor het uitblijven van een rapport wordt evenmin gegeven.
FNV Bouw sloot destijds niet uit dat vluchtige oplosmiddelen gebruikt waren die voor gebruik binnenshuis verboden zijn. Op de dag van de brand sprak de brandweer van 'thinner', dat giftig, explosief en brandgevaarlijk is. Voor dit type middelen geldt sinds januari 2000 dat ze voor gebruik binnenshuis vervangen moeten worden door oplosmiddelarme producten. Het ongeval in het Catshuis onderstreept de noodzaak alert te zijn op veiligheid en gezondheid van werknemers, aldus FNV Bouw; vandaar dat de bond ook wil weten of voor de werkzaamheden in het Catshuis een V&G-plan was gemaakt.

VOOR DE REDACTIE,