PLATFORM BETA EN TECHNIEK

PLATFORM B/T: 22 acties voor bèta en techniek in 2005

22 Acties voor bèta en techniek in 2005

Onderwijsinnovatie en samenwerking binnen onderwijs en bedrijfsleven centraal

Het Platform Bèta/Techniek gaat in 2005 22 actiepunten uitvoeren. De ministers van OCW en EZ hebben de plannen daarvoor vastgesteld en naar de Tweede Kamer gestuurd. De acties in 2005 zijn vooral gericht op nieuwe ideeën voor aantrekkelijker onderwijs, het samenwerken tussen onderwijsinstellingen en bedrijfsleven en het verbeteren van loopbaanperspectieven van bèta-technische kenniswerkers. De inspanningen in het kader van het Deltaplan Bèta/Techniek in 2004 en 2005 beslaan ruim 31 miljoen euro.

De ambitie van Nederland is om binnen afzienbare tijd tot de top van de Europese kenniseconomie te behoren. Dat vraagt om investeringen in kennis en in talenten van mensen. Het kabinet heeft in het Deltaplan Bèta/Techniek de ambitie geformuleerd om het potentieel aan bèta en techniek talent in Nederland te verhogen met 15 % in 2010. Sinds 1 juli 2004 is het Platform Bèta en Techniek actief en ontwikkelt samen met het onderwijsveld en bedrijfsleven tal van activiteiten. Deze worden jaarlijks door de ministers van OCW en EZ vastgesteld.

Het Deltaplan stimuleert onderwijsinstellingen om het onderwijs aantrekkelijker te maken en stimuleert werkgevers om banen en carriereperspectieven voor bètas en technici te verbeteren. Alle inspanningen zijn gericht op het versterken van de hele keten van primair onderwijs tot in de arbeidsmarkt.

Activiteiten in het kader van het Deltaplan zijn in belangrijke mate al ingezet in 2004. In 2005 worden deze voortgezet en geïntensiveerd. Hieronder enkele in het oog springende acties.

Verbreding techniek basisonderwijs
In het primair onderwijs wordt het programma Verbreding Techniek Basisondewijs drastisch uitgebouwd. In 2005 zullen 500 scholen zijn benaderd om techniek structureel in hun onderwijsprogramma op te nemen. De eerste 100 scholen zijn inmiddels gestart met het programma. De ambitie is dat in 2010 2500 scholen technisch onderwijs structureel hebben opgepakt en dat veel kinderen zo al vroeg een positieve attitude ten aanzien van techniek ontwikkelen.

Vernieuwend bètaonderwijs
In het voortgezet onderwijs zijn enkele spraakmakende initiatieven gestart die helpen het bètaonderwijs aantrekkelijker te maken. Het Technasium in Groningen, Technotalent in Den Haag, Bètapartners en Hisparc in Amsterdam, Junior College in Utrecht en Natuurtalent in Alkmaar zijn voorbeelden waarin netwerken van scholen, hoger onderwijs, onderzoeksinstellingen en bedrijfsleven samen aan innovatief bètaonderwijs werken. Deltapunt zal in 2005 verder op zoek gaan naar scholen die succesvol werken aan een bètaprofiel en hen stimuleren hun kennis en ervaringen met nieuw bètaonderwijs te delen met collega scholen. Het doel is dat in 2007 eenvijfde van de middelbare scholen een bètaprofiel heeft.

Jet-Net
Ook in 2005 zal het Platform het succesvolle Jongeren en Technologie Netwerk ondersteunen om het netwerk uit te breiden. In Jet-Net werken inmiddels ruim 15 grote bedrijven en ruim 100 scholen samen in het techniekonderwijs. Er staan ingenieurs van bedrijven voor de klas, scholen gaan op excursie bij bedrijven en er wordt samen lesmateriaal ontwikkeld. De komende jaar zal Jet-Net werken aan een landelijke dekking van bedrijven en scholen die in een regionale setting gaan samenwerken.

Experiment Bètabeurs
In het hoger onderwijs is het experiment met de bètabeurs van start gegaan. Acht universiteiten en tien hogescholen zijn positief beoordeeld op hun plannen om bètastudenten te binden aan de studie om zo het rendement van de studies te verhogen. De instellingen mogen 1500 euro toekennen aan de student die in het derde jaar 80% van de studiepunten heeft behaald. De bonus is bedoeld als stimulans om door te studeren en de studie af te ronden. Instellingen zijn vrij in wijze waarop ze het bedrag aan de studenten uitkeren: sommigen instellingen hebben in de projectvoorstellen aangegeven dat zij laptops zullen verschaffen, anderen steken het in studiebeurzen voor buitenlandse stages en weer anderen keren het cash uit. Veel bètastudenten verlaten voortijdig hun studie, de bètabeurs beoogd dit te verminderen. In 2007 zal worden geëvalueerd wat het effect is van de regeling.

HBO-SPRINT
In 2005 is 7 miljoen extra beschikbaar zijn in het HBO voor programma Sprint. Sprint staat voor: Stimuleringspremies innovatieve techniekprogrammas. Iedere hogeschool met een techniekopleiding kan deelnemen met een plan om het technisch onderwijs te innoveren. Ook kunnen zij op basis van een gezamenlijke thematische plannen extra financiering krijgen. Het gaat dan bijvoorbeeld om kennisuitwisseling en gezamenlijke innovatieprojecten.

Regionale Actieplannen Bèta/techniek
In diverse innovatieve industriele kerngebieden worden met regionale overheden, het onderwijs en het bedrijfsleven Actieplannen voor bèta/techniek opgesteld. In Brabant Zuidoost is een actieplan opgesteld om de Brainport Eindhoven te versterken met een impuls in het onderwijs. Ook in Twente, Zuid-Limburg en in Rotterdam worden regionale Actieplannen opgesteld.

Publiek-private mobiliteit onderzoekers
Eén van de mogelijkheden om bestaande kennis maatschappelijk en economisch beter te benutten is de mobiliteit van kenniswerkers tussen onderzoek en bedrijfsleven te bevorderen. Ook wordt zo het loopbaanperspectief van onderzoekers en R&D-ers aantrekkelijker. Het ministerie van EZ start met pilots, de Casimir-projecten. Deltapunt zal deze monitoren in 2005 een grootschaliger opzet ontwikkelen. NWO zal de experimentenregeling uitvoeren. Voor de experimenten is in 2005 3 miljoen beschikbaar.

NEMO, World year of Physics
In 2005 steunt het Platform activiteiten die kinderen en jongeren techniek en wetenschap laten beleven.
Het Platform steunt het NEMO en de science centra ten behoeve van inspanningen richting het primair onderwijs. In het kader van de World Year of Physics zullen tal van activiteiten plaatsvinden die natuurkunde en de bètavakken centraal stellen.