AGS

AGS bepleit brede aanpak kennisverbetering

Ruimte voor expertise
Expertisecentrum gevaarlijke stoffen voor provincies en gemeenten

AGS bepleit brede aanpak kennisverbetering

De Adviesraad Gevaarlijke Stoffen (AGS) beveelt in zijn vandaag uitgebrachte advies 'Ruimte voor expertise' aan de afstemming tussen beleidsterreinen en kennisgebieden van externe veiligheid structureel te verbeteren. In zijn advies pleit hij voor het versterken van de basiskennis bij ambtenaren die betrokken zijn bij de planvorming in de ruimtelijke ordening, vergunningverlening, handhaving en rampenbestrijding. Multidisciplinaire samenwerking op deze gebieden acht de Adviesraad van belang. De AGS komt tot nog twee aanbevelingen, namelijk de oprichting van een Expertisecentrum gevaarlijke stoffen voor provincies en gemeenten en het bevorderen van onderzoek.

Al in juni 2004 signaleerde de Adviesraad het spanningsveld tussen ruimtelijke ordening en gevaarlijke stoffen en de effecten daarvan op het externe-veiligheidsbeleid. Toen kondigde de Adviesraad aan hierover een advies op te stellen aan mevrouw minister Dekker van VROM. Met het vandaag aan haar uitgebrachte advies komt de Adviesraad hieraan tegemoet.

Kennis bij uitvoering schiet te kort
De Adviesraad signaleert dat niet alle provincies en gemeenten over voldoende kennis en kunde beschikken. Voorzitter prof. dr ir J.G.M. Kerstens van de AGS stelt dat de toenemende decentralisatie, zowel in de ruimtelijke ordening (Nota Ruimte) als op vervoerskundig gebied (Nota Mobiliteit), andere eisen stelt aan functionarissen bij provincie en gemeente: 'Door deze nieuwe eisen bestaat er behoefte aan meer deskundigheid bij decentrale overheden. We moeten in Nederland toe naar een landelijk geldend minimaal kennisniveau. Om deze basiskennis te waarborgen, zullen kwaliteitseisen gesteld moeten worden aan de competenties van de betreffende functionarissen in termen van kennis, vaardigheden, ervaring en houding. Dit komt neer op periodieke training en bijscholing van de betreffende functionarissen, waarbij ze ook leren beleidsterreinoverstijgend met elkaar samen te werken.' Daarnaast geeft de Adviesraad de minister in overweging om ook eisen te stellen aan de procesgang bij de besluitvorming, zoals bij de vergunningverlening. Volgens Kerstens kan dit bereikt worden door toetsingscriteria te formuleren en door kwaliteitsborging in te bouwen.

Specialistische kennis bundelen door Expertisecentrum De Adviesraad constateert dat specialistische kennis verspreid aanwezig is over kennisinstituten met verschillende missies en aandachtsgebieden. De toegankelijkheid van die kennis is niet gegarandeerd. Daarom stelt de Adviesraad - naast het op peil brengen van de basiskennis - als tweede aanbeveling de oprichting van een expertisecentrum voor. Dit centrum, dat een samenwerking van bestaande kennisinstituten is, moet specialistische kennis bundelen, zoals complexe risicoanalyse en technische risicobeheersing. Provincies en gemeenten kunnen bij het centrum terecht met vragen over gevaarlijke stoffen bij planvorming in ruimtelijke ordening, vergunningverlening, handhaving en rampenbestrijding. Kerstens: 'De komst van een expertisecentrum is noodzakelijk. In januari 2005 debatteert de Tweede Kamer over de Nota Ruimte. De discussie over deze nota heeft zich de afgelopen maanden geconcentreerd rond de sturingsfilosofie. Dat is wel begrijpelijk, maar veilig omgaan met gevaarlijke stoffen verdient ook aandacht. De geringe politieke aandacht voor
externe-veiligheidsaspecten van het ruimtelijke beleid baart ons zorgen. Er is mij veel aan gelegen als de politiek de komst van het expertisecentrum onderschrijft. Want zonder de steun van het rijk komt het initiatief niet van de grond.'

Meer onderzoek gewenst
De derde aanbeveling betreft de aandacht voor onderzoek. De Adviesraad acht zowel praktijkgerichte kennisonwikkeling als fundamenteel onderzoek van belang voor het bevorderen van het veilig omgaan met gevaarlijke stoffen, waarbij bijzondere aandacht wordt gevraagd voor de interactie tussen de kennisgebieden. Voor de Adviesraad ligt hier ook een taak. 'De ontwikkeling van kennis en kennisstroom zijn essentieel om in te kunnen spelen op de huidige en toekomstige vraagstukken. Wij zullen vanuit ons werkprogramma hieraan voortdurend aandacht besteden', aldus Kerstens.

Over de Adviesraad
De Adviesraad Gevaarlijke Stoffen is op 1 juni 2004 ingesteld. De Adviesraad is een onafhankelijk adviesorgaan, gefundeerd op de Kaderwet adviescolleges (1996). Hij telt een voorzitter en tien leden, die elk beschikken over vakkennis over een aspect van de risicobeheersing in samenhang met gevaarlijke stoffen. De Adviesraad brengt gevraagd en ongevraagd advies uit aan regering en Staten-Generaal over beleid en wetgeving. De onafhankelijke beleidsadviezen van de AGS zijn gericht op externe veiligheid, ruimtelijke ordening, transportveiligheid, arbeidsomstandigheden, rampenbeheersing en volksgezondheid. De Adviesraad heeft ook als taak het signaleren en onderzoeken van ontwikkelingen die van belang zijn voor het huidige en toekomstige beleid ten aanzien van gevaarlijke stoffen. De AGS adviseert over beleid, maar maakt het niet zelf; dat is de verantwoordelijkheid van de overheid.