GroenLinks

Roemenië dreigt haast ongemerkt EU binnen te glippen


16 december 2004

In de schaduw van Turkije dreigt Roemenië haast ongemerkt de EU binnen te glippen, terwijl het land daar nog niet klaar voor is. Volgens GroenLinks-europarlementariër Joost Lagendijk heeft het Europees Parlement een belangrijk drukmiddel uit handen gegeven door in een resolutie Roemenië EU-lidmaatschap aan te bieden per 1 januari 2007.

Op het gebied van corruptiebestrijding, persvrijheid en behandeling van psychiatrische patiënten moet er nog veel veranderen. Het Roemenië-rapport maakt hier ook volop melding van. Maar een meerderheid van het parlement weigerde hier de logische conclusie aan te verbinden dat Roemenië nog niet klaar is voor toetreding. "Nu het parlement voor deze resolutie heeft gestemd, wekt het bij Roemenië de verwachting dat het in maart of april ook ja zal zeggen tegen de uiteindelijke toetreding. Daardoor valt voor Roemenië de druk weg om de broodnodige veranderingen door te voeren", aldus Lagendijk.

In schaduw Turkije-debat
Belangrijkste reden is volgens hem dat de discussie over het starten van de toetredingsonderhandelingen met Turkije de aandacht van Roemenië wegneemt. Bovendien is de aandacht voor Roemenië minder doordat in mei van dit jaar tien landen tegelijk tot de EU toetraden. "Roemenië krijgt het voordeel van de twijfel omdat het op de bagagedrager van de tien net toegetreden landen zit en in de schaduw verkeert van het grote Turkije."

Partijbelangen
Daarnaast vermoedt hij dat sommige fracties in het Europees Parlement zich deels hebben laten leiden door de belangen van hun verwanten in Roemenië. Lagendijk: "Nadat in een eerder stadium de socialisten hun opvattingen al lieten bepalen door de uitslag van de Roemeense parlementsverkiezingen, lijkt het er nu op dat ook een deel van de liberalen milder is geworden na de uitslag van de presidentsverkiezingen."

Regeringsleiders
Het Roemenië-rapport van het Europees Parlement vormt een advies aan de regeringsleiders die op de EU-top van donderdag 16 en vrijdag 17 december over Roemeense toetreding beslissen. Als zij hiermee in stemmen sluiten zij hierover in de komende maanden een principe-akkoord met Roemenië. Het Europees Parlement zal zich vervolgens in april als eerste met een bindend 'ja' of 'nee' voor of tegen Roemeense toetreding uitspreken.

Aanvullend verslag
Lagendijk pleitte ervoor dat de Europese Commissie in april 2005 eerst met een aanvullend verslag zou komen over de vooruitgang in Roemenië. Als dan zou zijn gebleken dat er voldoende hervormingen waren doorgevoerd, had een principe-akkoord alsnog kunnen worden gesloten. Vervolgens zou het parlement zich op zijn vroegst in september hebben uitsproken over Roemeense toetreding. Maar een meerderheid van het Parlement oordeelde dat Roemenië ondanks zware gebreken rijp is voor EU-lidmaatschap.


---

Bijdrage Joost Lagendijk namens de Groenen/EVA-fractie - waar GroenLinks deel van uitmaakt.
Roemenië-debat, Europees Parlement, 15 december 2004

Voorzitter, collega's, laat het duidelijk zijn: dit is geen debat tussen voor- en tegenstanders van de toetreding van Roemenië tot de Europese Unie. Ook mijn fractie heeft geen principiële bezwaren tegen het Roemeens lidmaatschap, zelfs niet per 1 januari 2007.

Dit is wel een debat tussen degenen die vinden dat Roemenië klaar is, dat er alleen nog wat vlekjes moeten worden weggewerkt, en degenen - en daarbij reken ik mezelf - die vinden dat Roemenië niet klaar is en dat daarom op dit moment niet ja kan worden gezegd. Ik ben eerlijk gezegd verbaasd over de opstelling van sommige fracties. Dezelfde collega's die vanmorgen bij de stemming en discussies over Turkije - een land dat aan het begin van de onderhandelingen staat - terecht heel veel waarde hebben gehecht aan de mensenrechten, zijn in het geval van Roemenië - een land dat aan het eind is van de onderhandelingen - bereid om ongeveer alles door de vingers te zien als het gaat om dezelfde criteria van Kopenhagen. Er zijn ook nog collega's in het Parlement wier zicht op de werkelijkheid eerlijk gezegd wat wordt vertroebeld door het feit dat partijgenoten wellicht bij laakbare zaken zijn betrokken, of omdat ze hopen dat na de voorbije verkiezingen in Roemenië alles opeens heel anders zal worden. Hoop op verbetering is prima, maar laten we alsjeblieft niet naïef zijn. De problemen in Roemenië zijn groot, zo groot zelfs dat wat mij betreft nu zonder aarzeling niet ja kan worden gezegd.

Twee voorbeelden. De situatie van journalisten, van de media in Roemenië, is de laatste jaren niet verbeterd, maar verslechterd. Het aantal aanvallen op kritische journalisten is toegenomen en de kritiek van die journalisten hield vaak verband met corruptiezaken. Alle NGO's, alle organisaties die we altijd zo prijzen - Transparency International, het Open Society Institute, de OESO - komen allemaal met één boodschap: corruptie is nog steeds een heel groot probleem in Roemenië, onderschat het niet. Natuurlijk zal iedereen hier zeggen dat corruptie moet worden bestreden. Maar hoe serieus is een partij die de meerderheid heeft in het Roemeense parlement en waarvan een partijlid en voormalig minister een jaar geleden moest aftreden wegens corruptie, en nu vice-voorzitter is van diezelfde partij en kandidaat voor de senaat?

Het voorgaande kan, samen met de rapporten van Amnesty International over de werkelijk abominabele behandeling van psychiatrische patiënten, wat mij betreft slechts tot een conclusie leiden, namelijk dat Roemenië nog even moet wachten. Daarom wil ik de Commissie de volgende vraag stellen. Waarom stelt de Commissie volgend voorjaar bijvoorbeeld geen apart verslag op over de zaken waarover iedereen, ook de rapporteur, zich zo druk maakt, namelijk persvrijheid, corruptie, onafhankelijkheid van de rechterlijke macht? De Commissie maakt wel een verslag over eventuele problemen aangaande mededinging, maar wil aan problemen met mensenrechten geen nieuw verslag wijden. Waarom zou staatssteun een struikelblok kunnen zijn en mensenrechten niet?

En voor hen die zeggen - en dat is ook een commentaar op de Commissie en het voorzitterschap - dat we nog altijd de uitstelclausule voorhanden hebben waarmee we de toetreding van Roemenië een jaar kunnen uitstellen, wil ik duidelijk stellen dat die uitstelclausule alleen door de Raad worden ingeroepen, met eenparigheid van stemmen. Met andere woorden: er hoeft in de Raad maar één land te zijn dat er niet in wil meegaan en het gebeurt niet. En het gebruiken van gekwalificeerde meerderheid? Het spijt me, maar dat kan alleen op een aantal specifieke terreinen, en daartoe hoort bijvoorbeeld persvrijheid niet.

Ik vind dat het Parlement zijn macht niet uit handen mag geven door nu ja te zeggen en in maart logischerwijs ook. Het Parlement moet zichzelf serieus nemen. Ik citeer uit een grote Nederlandse krant: 'Met vriendelijkheid zonder eerlijkheid wordt Europa misschien wel groot, maar het is groei zonder inhoud, grootheid zonder innerlijke kracht'. Collega's, de kracht van de Europese Unie zit in principes die voor iedereen gelden, ook voor politieke medestanders.

«