Wageningen Universiteit

Persbericht Wageningen Universiteit: nr 126, 16 december 2004

Prof. Frans Brom in oratie:

Integer optreden belangrijk voor wageningse ingenieur en master

Afgestudeerden van Wageningen Universiteit kunnen niet zonder behoorlijke kennis van en vanzelfsprekende aandacht voor ethiek. Dat is voor Wageningse ingenieurs en masters extra belangrijk omdat op de terreinen waarop zij werkzaam zijn - landbouw, dierenwelzijn, voeding en milieu -veel ethische vragen aan de orde zijn. Dat zegt prof. dr. F.W.A. Brom bij de aanvaarding van zijn ambt als bijzonder hoogleraar Ethiek van de levenswetenschappen aan Wageningen Universiteit op 16 december 2004.

"Kennis van en aandacht voor ethiek en morele vragen is voor Wageningse ingenieurs van belang omdat zij daarmee in staat zijn zelf morele oordelen te vormen en vooral daarover met anderen, die mogelijk tot andere oordelen komen, van gedachten te wisselen." zegt prof. Brom in zijn inaugurele rede 'Met Rede Twisten. Over Morele Problemen in de Levenswetenschappen': "Het is voor studenten belangrijk om te leren morele argumenten te formuleren en om te leren deze argumenten kritisch te doordenken. Kennis van de ethiek kan Wageningse professionals daarbij helpen. In de ethiek gaat het er om verschillende perspectieven en verschillende ethische invalshoeken te leren onderscheiden en met die kennis een eigen oordeel te vormen en het oordeel van anderen te leren begrijpen."

DIERENRECHTEN
Brom wijst erop dat zelfstandig leren denken juist in een democratie van belang is: "Te vaak wordt bij het zoeken van het ethisch aanvaardbare gekeken naar wat de opvatting van de meerderheid is. Maar ook meerderheden kunnen zich vergissen. Neem bijvoorbeeld morele rechten van dieren. Volgens sommige enquêtes is er een meerderheid in Nederland voor morele dierenrechten. Ik vind dat het toekennen van morele rechten aan dieren onwenselijk is. Een rechtenmoraal is een gelijkheidsmoraal. Rechten hebben tot doel om de emancipatie van fundamenteel gelijkwaardige mensen te bevorderen. Dat is bij dieren niet het geval. Daarnaast verschillen dieren onderling en verschillen de situaties waarin ze zich bevinden sterk. Dat betekent dat je deze verschillen moet verdisconteren in allerlei nuanceringen van eventuele dierenrechten. Dat leidt tot een onwenselijke uitholling van het rechtenbegrip. Ten slotte is het aanknopingspunt van rechten verkeerd. Het begint bij het dier, terwijl je dierenbescherming mijns inziens moet beginnen bij de verantwoordelijkheid van de dierhouder." Respect voor het oordeelsvermogen van mensen is nog niet het zelfde als respect voor hun oordeel. Over dat oordeel mag je, nee moet je soms, met rede twisten, aldus Frans Brom

KLV
De bijzondere leerstoel die Brom bezet is ingesteld door het Wageningen Universiteits Fonds op initiatief van de Koninklijke Landbouwkundige Vereniging. Brom zegt hierover: "Ik ben er trots op dat de alumnivereniging het initiatief tot deze bijzondere leerstoel genomen heeft. Dat maakt duidelijk dat ik niet als een opdringerige buitenstaander kom, die ze hier wel eens mores zal leren. Ik kom op verzoek om met mijn kennis en kunde het eigen oordeelsvermogen van Wageningers te ondersteunen. In mijn rede hoop ik te laten zien hoe de ethiek dat kan."

Prof.dr. Frans W.A. Brom (1963) is naast zijn bijzonder hoogleraarschap in Wageningen verbonden als onderwijsdirecteur van het Ethiek Instituut van de Universiteit Utrecht. Hij studeerde theologie en wijsbegeerte van het recht in Amsterdam en promoveerde in de ethiek aan de universiteit Utrecht op Onherstelbaar Verbeterd. Biotechnologie bij dieren als een moreel probleem.