D66 kan zich vinden in de analyse en de conclusies van de Commissie
Duivestijn. De Democraten vinden dat de aanbevelingen van de Commissie
direct van toepassing zijn voor de Zuiderzeelijn, de snelle verbinding
naar het Noorden waar D66 al eerder twijfels over heeft geuit. Ook wil
D66 dat er vaker voorafgaand of tijdens een project een parlementair
onderzoek of parlementaire enquête wordt gehouden.
Kamerlid Boris van der Ham: `Grote infrastructurele projecten lopen
regelmatig uit op een drama. Er heerst vaak een machocultuur, in de
eerste plaats bij het ministerie van Verkeer en Waterstaat.
Bestuurders en ambtenaren worden verblind door de grootsheid en
schoonheid van een project en hebben geen interesse meer voor de
kleine lettertjes, budgetten, rendement en wenselijkheid'.
Informatie aan de Kamer
D66 is vooral tevreden over de aanbeveling om het recht van de Kamer
op informatie te vergroten. Al eerder pleitte de Democraten ervoor een
spreek- en verschijningsplicht van ambtenaren bij hoorzittingen van de
Kamer in te stellen. Ook de aanbeveling van de commissie Duivesteijn
voor een eigen onderzoeksbureau van de Kamer is een oude wens van D66.
D66 wil op één punt verder gaan dan de commissie: bij grote projecten
zou vaker een parlementair onderzoek vooraf gehouden moeten worden. In
voorkomende gevallen sluit D66 zelfs een parlementaire enquête vooraf
niet uit. `Nu wordt er vaak na afloop van een project een enquête
gehouden, als alles al is misgegaan. De Kamer heeft het recht om
voorafgaand aan een beslissing een onderzoek te houden, maar dat is de
afgelopen jaren in onbruik geraakt. Wij willen het instrument als
preventief middel nieuw leven inblazen'. Van der Ham zal bij de
bespreking van het rapport hiertoe een voorstel indienen.
Betuwelijn
D66 ziet haar kritiek van de afgelopen jaren op de gang van zaken rond
grote infrastructurele projecten bevestigd in de conclusies van het
rapport. Vanaf 1997 uitten de Democraten bij monde van Kamerlid
Francine Giskes kritiek op de Betuwelijn. Tot nog in 2003 heeft D66
geprobeerd om het project te keren. Toen in 1999 duidelijk werd dat
1/6 deel van de goederenstroom niet vanaf Rotterdam op de Betuwelijn
terecht zou komen, hebben de Democraten geprobeerd het project opnieuw
ter discussie te stellen. Zo heeft de fractie in 2000 een motie
ingediend om te komen tot een verplichtingenstop, zodat de politiek de
Betuwelijn kon heroverwegen. Moties van die strekking haalden echter
nooit een kamermeerderheid. Van der Ham: `Het ministerie van Verkeer
en Waterstaat, maar ook de meerderheid in de Tweede Kamer heeft een
ziekelijke neiging om te stoppen met nadenken als een project eenmaal
op de rails staat. Een serieuze heroverweging heeft niet
plaatsgevonden ook waar dat broodnodig was. Het is triest dat we
gelijk krijgen dat beleidsmakers in een tunnelvisie terecht waren
gekomen'.
Zuiderzeelijn
De aanbevelingen van de Commissie Duivesteijn zijn volgens D66 goed
bruikbaar bij de besluitvorming rond nieuwe infrastructuurprojecten.
Van der Ham: `Het eerste project dat zich daar voor leent is de
Zuiderzeelijn. D66 heeft daar vorig jaar al grote twijfels geuit. Onze
twijfels zijn intussen alleen maar versterkt. Er moet een snelle
verbinding komen naar het noorden van ons land, maar ook nu zien we
dat mensen zich blind staren op het eenmaal ingezette traject. Zowel
ambtenaren als noordelijke bestuurders hebben er ten onrechte een
prestigeproject van gemaakt. D66 wil beslissingen op grond van
rationele overwegingen. Dat is de les die de hele politiek uit het
rapport-Duivesteijn zou moeten trekken'.
15-12-2004 14:21
D66