Partij van de Arbeid


Den Haag, 15 december 2004


Vragen van het lid Arib (PvdA) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport


over belemmerende regelgeving inzake kankeronderzoek


1. Klopt het bericht dat wetenschappelijk onderzoek in Europa naar nieuwe medicijnen tegen vormen van kanker, evenals nieuwe behandelingen tegen deze ziekten, grotendeels tot stilstand zijn gekomen door steeds strenger wordende regelgeving?


2. Kunt u aangeven welke vormen van onderzoek zwaar onder de strenger wordende regelgeving lijden en welke vormen hier geen hinder van hebben ondervonden?


3. Klopt de bewering in het bericht dat steeds meer onderzoekers de toenemende belemmerende regelgeving en verslagleggingsplichten als belemmering voor het eigen werk ervaren en als gevolg daarvan steeds vaker het bijltje erbij neer gooien?


4. Welke gevolgen hebben deze ontwikkelingen voor de kankerpatiënten?


5. Herinnert u zich eerdere vragen over kankeronderzoek waarin reeds problemen werden gesignaleerd die het voortbestaan van het kankeronderzoek in gevaar zouden brengen? Wat is tussen toen en nu gebeurd om met name ook jonge onderzoekers bij het onderzoek naar vormen van kanker te betrekken? Hoe verhouden de ontwikkelingen zich zoals in de Telegraaf is geschetst, met uw inspanningen voor het behoud van kwalitatief goed kankeronderzoek in Nederland?


6. In hoeverre beïnvloedt de EU-regelgeving en de regelgeving van de individuele lidstaten de continuïteit van het Nederlands kankeronderzoek? Wat gaat u in Nederland en in Europees verband ondernemen om het voortbestaan van kwalitatief hoogwaardig onderzoek naar kanker in Nederland te garanderen?


De Telegraaf van 15 december 2004 Kankeronderzoek stokt door regelbrij


Vragen van het lid Arib op 4 juni 2002 over kankeronderzoek