Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 2509 LV Den Haag der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33

Uw brief Ons kenmerk
ASEA/LIV/2004/81836

Onderwerp Datum
Inkomensbeeld 2005 14 december 2004

Tijdens de behandeling van de Begroting van SZW op 9 december jongstleden heb ik toegezegd u het laatste beeld te geven van de ontwikkelingen die zich voordoen in de nominale ziekenfondspremie, en de verwerking daarvan in het koopkrachtbeeld.

Inmiddels heeft de minister van VWS in overleg met mij in zijn brief van 14 december het meest actuele beeld inzake de ontwikkeling van de nominale ziekenfondspremie geschetst. De betreffende brief treft u als bijlage aan. In die brief wordt verwezen naar de premiestelling van de ziekenfondsen zoals die tot nu toe bekend is. Deze bedragen betreffen de nominale premie zonder rekening te houden met een no-claim teruggaaf. Dit is te verklaren omdat de ziekenfondsen nu nog geen zicht hebben op de teruggaaf die zij na afloop van het jaar aan hun verzekerden gaan terugbetalen. Dit hangt af van de individuele zorgconsumptie. De gemiddelde teruggaaf, die begin 2006 daadwerkelijk zal worden ontvangen, is wel verwerkt in het koopkrachtbeeld 2005 zoals geschetst in mijn brief van 7 december. In de begroting van SZW staat dit op pagina 245 ook toegelicht: "De teruggaaf over 2005 wordt pas na afloop van het jaar uitgekeerd. Omdat het betrekking heeft op het jaar 2005 wordt in de gepresenteerde cijfers het voordeel van de teruggaaf relevant geacht voor het koopkrachtbeeld 2005." Ook het CPB heeft hier in de toelichting bij de koopkrachtberekeningen in de MEV 2005 aandacht aan besteed. Op pagina 113 van de MEV gaat het CPB in een "box" ook in op de achtergrond van de keuze de no-claimteruggaaf te betrekken bij de koopkrachtberekeningen voor 2005. Het CPB verwijst daarbij naar de boeking van andere posten die niet altijd in het jaar zelf tot uitbetaling komen. Huishoudens met bijzondere bijtel- en aftrekposten, zoals eigen woningforfait, hypotheekrente, buitengewone uitgaven of vermogen moeten na afloop van het jaar aangifte doen. Ondanks het bestaan van voorheffingen en voorlopige teruggaven vindt er meestal na afloop van het jaar nog een verrekening met de fiscus plaats. Het NIBUD rekent in zijn berekeningen de no-claimteruggaaf ook toe aan het jaar 2005.

Daarnaast heb ik in het Algemeen Overleg met de Vaste Kamercommissie SZW gesproken over het niet-gebruik van verschillende regelingen en de aanpak hiervan.

2

In mijn brief van 17 september heb ik aangegeven wat gedaan is ten aanzien van de bekendheid van de compenserende maatregelen. Tijdens de begrotingsbehandeling vorige week heb ik aanvullend op dit punt de volgende toezeggingen gedaan. In de eerste plaats heb ik de toezegging van staatssecretaris Wijn van Financiën herhaald dat geld dat overblijft van de buitengewone uitgavenregeling voor deze regeling beschikbaar blijft. Dit in afwijking van de normale begrotingsregels. Ik heb die toezegging van mijn kant aangescherpt door aan te geven dat wij nogmaals zullen proberen de beschikbare regeling onder de aandacht van de doelgroep te brengen. Ik heb daarbij aangegeven dat 1 april 2005 daarvoor een belangrijke deadline is, omdat voor die tijd de aangifte over 2004 gedaan moet zijn. Overigens geldt dat belastingplichtigen tot 2007 de mogelijkheid hebben om een T-biljet over 2004 in te dienen.
Om de regeling onder de aandacht van de doelgroep te brengen moeten we andere communicatiekanalen aanboren. Ik zal met uitvoerders als Belastingdienst, UWV en SVB maar ook met maatschappelijke organisaties, zoals de ouderenbonden, overleggen over de te bewandelen weg. Ik heb van de Staatssecretaris van Financiën begrepen dat er op dit vlak reeds allerlei activiteiten ontwikkeld worden. Zo is er op 16 december a.s. een bijeenkomst met intermediairs, waaronder de vak- en ouderenbonden. Tussen half en eind januari komen een aantal producten beschikbaar om de burger en de intermediair te helpen een aangifte in te vullen. Uiteraard zal de Belastingdienst bij de aangiftecampagne over 2004 opnieuw wijzen op de mogelijkheid van aftrek voor buitengewone uitgaven en de TBU.

In de tweede plaats hebben we gesproken over de bijzondere bijstand. Hier is toegezegd dat Staatssecretaris van Hoof na overleg met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten via een brief de gemeenteraden zal wijzen op de wenselijkheid om specifiek beleid te voeren in de bijzondere bijstand voor chronisch zieken en gehandicapten. Dit geldt specifiek voor de mogelijkheid van een collectieve aanvullende verzekering voor minima.

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(mr. A.J. de Geus)