European Commission

IP/04/1479

Brussel, 14 december 2004

Commissie vraagt Nederland de wetgeving inzake de liberalisering van het internationale goederenvervoer per spoor volledig te implementeren

De Commissie gaat vandaag over tot gerechtelijke vervolging van Nederland, dat heeft nagelaten nationale maatregelen mee te delen voor de tenuitvoerlegging van de drie richtlijnen van het spoorweginfrastructuurpakket voor 2001. Doel van deze wetgeving is de markt voor internationaal goederenvervoer per spoor open te kunnen stellen en grensoverschrijdende transportverrichtingen efficiënter en beter op tijd te doen verlopen. De Commissie zal blijven streven naar voor geheel Europa gelijke voorwaarden op dit gebied, en wil bereiken dat het railvervoer doeltreffender met het vervoer over de weg kan concurreren.

De Commissie richt een met redenen omkleed advies aan Nederland, omdat dit land verscheidene van de uitvoeringsbesluiten en -maatregelen van de op 23 april 2003 goedgekeurde Nederlandse spoorwegwet ter omzetting van het spoorweginfrastructuurpakket in bepalingen van nationaal recht, niet heeft meegedeeld. Het pakket moest uiterlijk op 15 maart 2003 in nationale wetgeving zijn omgezet (zie IP/03/378). Het met redenen omkleed advies is de laatste stap voordat er bij het Hof van Justitie een formele klacht wordt ingediend.

Op grond van het spoorweginfrastructuurpakket voor 2001 dienen de lidstaten het internationaal vrachtvervoer toegangsrechten te garanderen tot het trans-Europees netwerk voor goederenvervoer per spoor, op basis van gemeenschappelijke beginselen tarieven vast te stellen voor het gebruik van infrastructuren, en transparante en billijke regels en procedures vast te stellen voor de toewijzing van treinpaden.

---

Bestaande uit de Richtlijnen 2001/12/EG, 2001/13/ EG en 2001/14/ EG