Gemeente Hoorn
Hoorn sluit dossier bouwfraude af
Persbericht d.d.: 14 december 2004
Met een aantal disciplinaire maatregelen en een plan van aanpak om
integriteit blijvend te verankeren in de organisatie, sluit de
gemeente Hoorn het dossier bouwfraude intern af.
Burgemeester en wethouders van Hoorn hebben besloten twee ambtenaren
een schriftelijke berisping te geven en vijf ambtenaren een
waarschuwing. Twee ambtenaren zijn ontslagen.
Tijdens de parlementaire enquête bouwnijverheid, in november 2002,
werd Hoorn er door klokkenluider A. Bos van beschuldigd dat ten minste
acht ambtenaren van de gemeente over de schreef zijn gegaan bij het
aannemen van giften. Omdat Bos weigerde namen te noemen - en ook de
Parlementaire Enquêtecommissie geen namen mocht noemen - kwam de hele
ambtelijke organisatie van Hoorn in het verdachtenbankje te staan.
Toen de gemeente ook bij Justitie geen gehoor vond voor de signalen
die ze zelf had, restte geen andere mogelijkheid dan zelf onderzoek te
laten doen. Met dit (externe) onderzoek wilde de gemeente de waarheid
boven water halen en schoon schip maken. Ruim veertig (oud-)
ambtenaren en (oud-)bestuurders werkten aan het onderzoek mee.
In maart dit jaar maakte de gemeente het (geanonimiseerde) rapport
Onderzoek bouwfraude van Deloitte Bijzonder Onderzoek &
Integriteitsadvies volledig openbaar. Verder besloot het college over
een aantal zaken de niet-anonieme, achterliggende informatie op te
vragen met het oog op eventueel te nemen arbeidsrechtelijke
maatregelen.
Bovendien werd een gedragscode voor ambtenaren ingevoerd. Er waren al
gedragscodes voor burgemeester, wethouders en raadsleden. Ook werd
besloten een plan van aanpak te maken om het onderwerp integriteit
permanent en in de praktijk van alledag invulling te geven. Dat plan
van aanpak is nu door B. en W. vastgesteld.
Ontslag
Naar aanleiding van het onderzoeksrapport hebben B. en W. over een
aantal zaken bij de onderzoekers informatie opgevraagd. Ze hebben ook
zelf nader onderzoek laten doen. In mei 2004 hebben B. en W. besloten
een projectmanager te ontslaan. Dit vanwege het onderhouden van te
nauwe banden met aannemers, onder andere door nachtclub- en
bordeelbezoek op kosten van een aannemer. In juli van dit jaar
schortte de voorzieningenrechter het strafontslag op, totdat B. en W.
een beslissing hebben genomen over het bezwaarschrift dat de betrokken
ambtenaar heeft ingediend tegen zijn ontslag.
Vandaag hebben B. en W besloten het bezwaarschrift ongegrond te
verklaren. Daarbij had het college te maken met twee tegenstrijdige
adviezen van de Hoor- en Adviescommissie Bezwaarschriften. B. en W. is
geadviseerd om, gezien die tegenstrijdigheid, beide adviezen buiten
beschouwing te laten. Op grond van aanvullende onderzoeksgegevens en
een uitgebreid juridisch advies hebben B. en W. besloten het ontslag
door te zetten.
Op 15 maart 2002 had de gemeente al aangifte gedaan tegen de directeur
van de voormalige sector Gemeentewerken wegens een vermoeden van
ambtelijke corruptie. In januari 2004 liet het landelijk parket weten
dat zij de betrokken ambtenaar strafrechtelijk gaat vervolgen wegens
ambtelijke corruptie. Daarmee kwam voor de gemeente de informatie
beschikbaar op grond waarvan B. en W. hem konden ontslaan.
Overige disciplinaire maatregelen
Uit de opgevraagde informatie en het aanvullende onderzoek is
gebleken, dat in totaal negen ambtenaren in het verleden wel eens of
meermalen hebben deelgenomen aan club- of bordeelbezoek, onder wie de
twee medewerkers die zijn ontslagen. Daarnaast is er sprake van drie
oud-ambtenaren van wie eveneens clubbezoek is vastgesteld. Zij werken
al geruime tijd niet meer bij de gemeente.
In twee gevallen gaat het om ambtenaren die tijdens het onderzoek zelf
melding van dit nachtclubbezoek hebben gemaakt en daar op eigen
initiatief en/of al lang geleden mee zijn gestopt. Zij hebben een
schriftelijke berisping gekregen. Dit is een disciplinaire maatregel
uit het ambtenarenrecht, waartegen bezwaar mogelijk is.
Vijf medewerkers hebben een waarschuwing gekregen.
Bij het bepalen van de te nemen maatregelen heeft meegewogen welke
functie de betrokkenen hadden, welke functionele relatie zij met de
bouwbedrijven hadden, hoe frequent de te persoonlijke contacten waren,
of het om individuele contacten ging, en of zij zich met hun
activiteiten in een chantabele positie plaatsten.
Uit het in maart openbaar geworden onderzoek was al duidelijk
geworden, dat veel van de feiten zich hebben afgespeeld in de jaren
tachtig en begin jaren negentig.Zwaarderefeitenhebbenzichde
laatste jaren volgens de onderzoekers niet voorgedaan. Aan de cultuur
van fêteren is met de eerste signalen over mogelijke ambtelijke
corruptie direct een einde gekomen.
Bouwbedrijven
De gemeente heeft in de afgelopen periode beleid ontwikkeld voor haar
rol als opdrachtgever bij aanbestedingen. Dat beleid gaat verder dan
de voorstellen van de VNG aan haar leden. Zo zullen de bouwbedrijven
aangesloten moeten zijn bij de Stichting Bevordering Integriteit
Bouwbedrijven. Daarnaast biedt de wet Bevordering
Integriteitbeoordeling Openbaar Bestuur (BIBOB) mogelijkheden om te
voorkomen dat de gemeente zaken doet met dubieuze partners. Bedrijven
die niet akkoord gaan met een screening in het kader van de wet BIBOB
worden uitgesloten. Ten slotte wordt bezien of bouwbedrijven die in
het kader van de bouwfraude over de schreef zijn gegaan, kunnen worden
uitgesloten. Over dit laatste punt wint de gemeente juridisch advies
in.
De gemeente heeft zich al eerder aangesloten bij de Stichting Regres.
Deze stichting probeert namens een groot aantal gemeenten in Nederland
de financiële schade te verhalen bij bouwbedrijven die hebben
deelgenomen aan verboden prijsafspraken en die daardoor de prijs van
bouwprojecten onnodig hebben opgedreven.
Bestuurders
Uit het in maart openbaar geworden onderzoek van Deloitte kwam naar
voren dat in Hoorn in de jaren tachtig en negentig zowel bij
ambtenaren als (toenmalige) bestuurders een cultuur van smeren en
fêteren bestond, waarvan achteraf kan worden vastgesteld dat deze niet
wenselijk was. Er was sprake van nauwe relaties tussen bestuurders en
bouwbedrijven. Van strafbare feiten was volgens de onderzoekers geen
sprake.
De gemeenteraad heeft naar aanleiding van het verschijnen van het
rapport gesproken over een "zwarte bladzijde" die met het onder ogen
zien van dat verleden kan worden omgeslagen. De raad heeft bij die
gelegenheid bovendien uitgesproken vertrouwen te hebben in de aanpak
van het college voor de verdere afhandeling.
Het openbaar ministerie in Alkmaar, dat direct na de publicatie van
het onderzoek de beschikking heeft gekregen over het volledige
rapport, ziet daarin geen aanleiding voor verder onderzoek in het
kader van strafrechtelijke vervolging. Dit geldt voor zowel
(oud-)ambtenaren als (oud-)bestuurders.
Plan van aanpak
Met het plan van aanpak Integriteitbeleid: Hoorn, zien en niet zwijgen
gaat Hoorn een permanente inspanning aan om een integere organisatie
te zijn en te blijven. De aanpak is gericht op zowel de organisatie
als geheel (cultuur en structuur) als de integriteit van individuele
medewerkers en bestuurders. Daarbij gaat het om naleving van regels,
maar ook om eigen verantwoordelijkheid en bewustwording. Instrumenten
die worden ingezet, zijn gericht op het voorkomen van
integriteitschendingen en het aanpakken van overtredingen. Er komen
onder andere dilemmatrainingen (morele oordeelsvorming) voor
medewerkers en bestuurders. Daarnaast komen er trainingen voor
leidinggevenden voor het managen van integriteit. Eerder is al
besloten om de ambtseed in te voeren.
Het begin dit jaar nieuw ingevoerde inkoop- en aanbestedingsbeleid
past ook in het integriteitbeleid. Kern van het nieuwe inkoopsysteem
is dat over iedere inkoop op basis van functiescheiding door minimaal
twee personen wordt beslist (het zogenoemde vier-ogenprincipe).
---