groei politie
Extra geld voor snellere groei politie
10 december 2004
Minister Remkes (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) maakt
extra geld uit de politiebegroting vrij om al in de jaren 2005 tot en
met 2007 meer politiemensen aan te stellen dan eerder gepland. In
totaal gaat het in de jaren 2005-2007 om respectectievelijk 10,5 mln,
12,1 en 14,5 miljoen euro. Dit geld komt bovenop de 10 miljoen euro
per jaar die de Tweede Kamer tijdens de algemene politieke
beschouwingen voor de politiesterkte had uitgetrokken. In totaal is
voor de jaren 2005-2007 dus 67,1 miljoen euro extra beschikbaar. Met
dit geld wordt de groei van de politie versneld. Het einddoel voor
2010 blijft onveranderd op 54.500 politiemensen, waarbij de aspiranten
meetellen voor zover ze daadwerkelijk bij de korpsen actief zijn.
---
Het versnellen van de groei van de politie gebeurt in de eerste plaats
door afspraken te maken met enkele korpsen die volgens de
oorspronkelijke prognoses zouden moeten krimpen. Deze korpsen kunnen
maatregelen nemen die voorkomen dat politiemensen vertrekken, of
kunnen overtollig personeel van andere korpsen over nemen. Op deze
manier moet het mogelijk zijn eind 2007 ongeveer 220 meer
politiemensen in dienst te hebben dan eerder was gepland.
In de tweede plaats kunnen voor sommige aspirant-politiemensen de
opleidingen verkort worden, waardoor zij eerder volledig beschikbaar
komen voor de korpsen. Dit geldt bijvoorbeeld op de hoogste
opleidingsniveaus (bachelor en master) voor studenten die al een
(verwant) hbo- of universitair diploma hebben. Maar vanaf volgend jaar
moeten individuele vrijstellingen op alle opleidingsniveaus mogelijk
zijn op basis van eerder verworven kennis en ervaring. Ook bekijkt de
Politieacademie of een kortere opleiding voor voormalig
Defensiepersoneel mogelijk is.
In de derde plaats worden de korpsen in staat gesteld om te stimuleren
dat meer politiemensen kiezen voor uitbreiding van hun werkweek naar
38 uur (i.p.v. 36 uur). Met al deze maatregelen moeten eind 2007 circa
360 voltijdplaatsen gewonnen kunnen worden.
De tijdelijke daling van het aantal politiemensen die minister Remkes
eerder voorspelde voor 2004, heeft zich in de eerste helft van dit
jaar inderdaad voorgedaan. Tussen 31 december 2003 en 30 juni 2004
daalde het aantal politiemensen met 441 (van 53.466 naar 53.025). In
deze cijfers tellen de aspiranten mee voor het deel dat ze
daadwerkelijk bij de korpsen actief zijn. Zonder de aspiranten mee te
tellen gaat het om een daling van 513 (van 52.035 naar 51.522). De
totale daling van de sterkte in heel 2004 kan pas eind 2004 exact
worden bepaald.
De lichte dip dit eerste half jaar komt door het nieuwe
politieonderwijs, dat in 2002 van start is gegaan. In plaats van na
anderhalf jaar, komen politiemensen pas na gemiddeld drieëneenhalf
jaar volledig beschikbaar voor de korpsen.
Minister Remkes had voor dit jaar geld beschikbaar om 350 mensen die
bij Defensie hun baan verliezen, een baan te bieden bij de politie.
Omdat nu nog niet duidelijk is wie bij Defensie zijn baan verliest of
behoudt, was de animo voor een overstap nog niet overweldigend.
Desondanks worden het er dit jaar ruim 300. Remkes is tevreden over
dit resultaat.
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties