| |Nr. |2004-531 | | |Arnhem|7 december 2004| | |, | |RECONSTRUCTIEPLAN ACHTERHOEK/LIEMERS VASTGESTELD
In de totstandkoming van het reconstructieplan Achterhoek/Liemers is weer een belangrijke fase afgerond. Het college van Gedeputeerde Staten heeft op grond van de ingediende bedenkingen en opmerkingen een aantal wijzigingen in het ontwerpplan opgenomen. De meeste voorstellen uit het ontwerpplan zijn ongewijzigd door GS vastgesteld en op een aantal punten is het ontwerpplan nog aangepast. Het reconstructieplan kan nu voor vaststelling aan Provinciale Staten (23 februari 2005) worden voorgelegd. Tijdens een extra vergadering van de statencommissie Landelijk Gebied op 19 januari 2005 krijgen de indieners van een bedenking de gelegenheid om hun inbreng kort toe te lichten.
Het reconstructieplan Achterhoek/Liemers is, naast de reconstructieplannen voor de Gelderse Vallei/Utrecht Oost en de Veluwe, een van de drie reconstructieplannen in Gelderland. Aanleiding voor de reconstructieplannen was dat er een oplossing moest komen voor de problematiek dat in (intensieve) landbouwgebieden de functies wonen, werken, recreatie, natuur en landschap elkaar te vaak in de weg zitten. Met als gevolg dat economisch belangrijke sectoren als landbouw en recreatie zich onvoldoende kunnen ontwikkelen, terwijl ook de kwaliteit van natuur, landschap, waterbeheer en waterkwaliteit, cultuurhistorie, milieukwaliteit en leefbaarheid onvoldoende verbetert. Om deze gestapelde problematiek op een samenhangende manier aan te pakken heeft het Rijk na de varkenspestepidemie van 1997 de Reconstructiewet in het leven geroepen met als doel niet alleen een oplossing te zoeken voor de intensieve veehouderij door concentratie van intensieve veeteelt in aparte gebieden, maar ook het realiseren van een vitaal platteland. In de komende 12 jaar zal het reconstructieplan worden uitgevoerd.
Belangrijkste wijzigingen
GS hebben besloten om de varkensvrije zone niet meer in het plan op te nemen. In landbouwontwikkelingsgebieden zal het plaatsen van windmolens in principe niet mogelijk zijn. Ook wordt het nader concretiseren van de zoekgebieden waterberging als een nadere planuitwerking geschrapt, terwijl het ontwikkelen van een neventak zal worden toegestaan in sturende/zoekgebieden waterberging. De waterbergingsgebieden Duivense Broek en Eefde West krijgen de aanduiding waterberging volgens het WHP (Waterhuishoudingsplan) met een inrichtingsopgave en het gebiedje Duiven Zuid zal van de kaart worden gehaald als waterbergingsgebied.
Planschade
Aansluitend op de vele vragen en opmerkingen die gegeven zijn over planschade hebben GS besloten dat de schade voor wat betreft de zonering ten behoeve van de intensieve veehouderij overeenkomstig de afspraak met de minister naar billijkheid zal worden vergoed. Planschade is schade die betrokkenen ondervinden als gevolg van het plan. Dit zal met name kunnen voorkomen in extensiveringsgebieden, waar de natuur voorrang krijgt boven intensieve veehouderijen. Als er sprake is van planschadekosten, dan komen deze voor rekening van het Rijk. De planschade als gevolg van de sturende waterberging zal worden geregeld conform de afspraken die hierover in het kader van het WHP zijn gemaakt tussen de provincie en het waterschap.
Na de besluitvorming door PS in februari is de planvorming van de reconstructie bijna ten einde. Dan volgt nog goedkeuring door het Rijk, waarna de daadwerkelijke uitvoering gaat beginnen. Voor de eerste twee jaar hoopt de provincie op korte termijn een uitvoeringsprogramma vast te stellen en daarover met het Rijk afspraken te maken over de rijksfinanciering. Ook andere partijen in het gebied zullen daartoe bijdragen moeten leveren.