Opinie 40: 'Kabinet toont uit onzekerheid teveel leiderschap'
Nederland maakt roerige tijden mee. De ene na de andere schokkende
gebeurtenis zorgt voor opschudding in de samenleving en voor onrust in
de politiek. Om te voorkomen dat de burger het vertrouwen in de
politiek verliest, proberen politici met ferme taal leiderschap en
daadkracht te tonen. De ene minister doet nog hardere uitspraken dan
de andere. Maar daar maakt de politiek het zichzelf alleen maar
moeilijker mee, meent Henk te Velde, hoogleraar Politieke cultuur in
de moderne tijd aan de RUG. "Met dit spierballenvertoon schiet het
kabinet veel te ver door."
Sinds Pim Fortuyn in 2002 de Nederlandse politiek op de kop zette,
heerst er een structurele onzekerheid in de Nederlandse politiek, zegt
historicus Henk te Velde. De kiezers zijn onberekenbaar, is het
gevoel. "Na Fortuyn zijn politici er niet meer volledig zeker van dat
ze weten wat er in de samenleving leeft. De band tussen politiek en
samenleving is niet langer vanzelfsprekend."
Verzuiling
Tijdens de verzuiling was de band tussen burger en politiek evident,
en in de jaren daarna berustte het gezag van de politiek erop dat de
politici de zaken van het land regelden. Zoals bij Lubbers en Kok.
"Dat is nu veranderd," constateert de historicus. Twee kritiekpunten
van de burger liggen daaraan ten grondslag. De politiek zou niet meer
naar de samenleving luisteren en niet doortastend genoeg optreden om
de echte problemen in de samenleving aan te pakken. Dit leidt tot een
dilemma: leiders willen wel luisteren, maar leiders die teveel
luisteren verliezen aan daadkracht.
In zijn pogingen om leiderschap te tonen schiet het kabinet echter te
ver door, vindt Te Velde. Twee recente ontwikkelingen illustreren dit.
Neem de verhouding tussen overheid en vakbeweging in het conflict over
de hervorming van het prepensioen. Bewindslieden waren resoluut: de
mensen moesten de hervormingen gewoon accepteren. Minister Hoogervorst
van Volksgezondheid zei hierover dat die maatschappelijke onzekerheid
niet alleen bijzondere eisen stelt aan de presentatie, maar ook aan de
vastberadenheid van het kabinet en dat zwalkend beleid die onzekerheid
eerder zal voeden dan wegnemen. Korte tijd nadat de minister dit
gezegd had haalde de regering na forse demonstraties echter bakzeil.
Ook na de moord op cineast Theo van Gogh werd duidelijk hoe het
kabinet zich gedwongen voelde doortastend over te komen. Dus spraken
de ministers Zalm en Verdonk meteen van een oorlogssituatie. Met een
escalatie van de situatie tot gevolg, terwijl goed leiderschap dat
juist moet voorkomen. Te Velde: "Juist doordat het kabinet te snel een
ferm standpunt inneemt, ontneemt het zichzelf de mogelijkheid echt
adequaat te reageren. Want als het kabinet na die harde taal dan toch
moet toegeven, geeft dat burgers het gevoel dat de regering zwabbert.
Terwijl de politici dat juist willen voorkomen."
Curriculum Vitae
Prof.dr. Henk te Velde (1959) is hoogleraar Politieke cultuur van de
Westerse wereld in de moderne tijd aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Hij studeerde Geschiedenis en promoveerde op het liberalisme en
nationalisme in Nederland. Te Velde is auteur van het boek Stijlen van
leiderschap. Persoon en politiek van Thorbecke tot Den Uyl (2002).
Rijksuniversiteit Groningen