Workshop leert: koeien afmesten kan lonen
Melkveehouders besteden vaak nog weinig aandacht aan het afmesten van
hun afgemolken koeien. Er zijn echter wel degelijk mogelijkheden de
classificatie en daarmee de opbrengst van uitstootkoeien te
verbeteren. Dit blijkt uit onderzoek van Praktijkonderzoek van de
Animal Sciences Group en LEI in samenwerking met De Groene Weg
slachterij en de Natuurweide.
Het onderzoeksproject, gefinancierd door
stichting Agro Keten Kennis, was er op gericht verbetering te brengen
in de afzet van biologisch rundvlees. Er is in Nederland namelijk een
overaanbod van biologisch rundvlees terwijl tegelijkertijd vlees wordt
geïmporteerd. Een belangrijke reden hiervoor is dat de kwaliteit van
het aanbod van Nederlandse slachtkoeien niet in overeenstemming is met
de vraag. Biologische vlees wordt relatief veel in de vorm van
vleeslappen verkocht. Om die te produceren zijn dieren van minimaal
classificatie R nodig. Deze zijn in Nederland weinig beschikbaar.
Nederlandse koeien met minimaal classificatie P+ worden vooral
gebruikt voor het maken van draaiproducten (gehakt, vleeswaren etc.).
Voor P- en P0 koeien wordt geen biologische toeslag betaald terwijl in
2003 nog wel 11% van de aangeboden biologische koeien in deze
classificatie viel. Het aanbod van koeien kan dus nog beter worden
afgestemd op de vraag vanuit de markt.
Joyce van Delen van Praktijkonderzoek analyseerde het aanbod van
biologische koeien bij De Groene Weg in 2003. Ras, leeftijd en
lactatielengte van de dieren bleken van invloed op de classificatie.
Dit zijn geen kenmerken die een veehouder makkelijk kan veranderen.
Daarnaast blijkt echter dat op bedrijven die vergelijkbaar zijn qua
ras, leeftijd en lactatielengte nog verschillen worden gevonden van 71
kilo slachtgewicht en 2,2 subklasse bevleesdheid. Een veehouder kan
met een bewuste afmeststrategie dus wel degelijk iets bereiken. Een
Holsteinkoe die bijvoorbeeld na twee maanden afmesten 30 kilo
slachtgewicht is gegroeid en in classificatie is gestegen van P+ naar
O0 wordt in deze periode ruim EUR 150,-- meer waard, zo rekende de
onderzoekster voor. Dat is ongeveer EUR 2,50 per dag. Uiteraard zal
een veehouder voor zijn eigen bedrijf de inschatting moeten maken of
dit opweegt tegen de kosten.
Naast het afmesten kan een veehouder de slachtopbrengst ook verhogen
door bij de afvoer van koeien rekeningen te houden met het
seizoenseffect van het prijsverloop. In januari liggen de prijzen
namelijk het laagst en in de zomer (ongeveer week 30-35) het hoogst.
Tenslotte hebben dubbeldoelrassen gemiddeld een betere classificatie
en dus hogere slachtopbrengst dan Holstein Friesians. Echter de
raskeuze is sterk afhankelijk van de bedrijfsstrategie.
Om veehouders te informeren over de resultaten van het project
organiseerde Natuurweide onlangs op Aver Heino een workshop. Naast de
theorie kwam ook de praktijk aan de orde. Een specialist van De Groene
Weg gaf aan de hand van een aantal koeien instructie. Zo wees hij op
kenmerken waaraan een veehouder kan beoordelen of een koe
afmestpotentie heeft. Ook mogelijkheden om koeien af te mesten en het
juiste afvoermoment werden bediscussieerd.
Een folder met een samenvatting van de resultaten van het project is
te bestellen bij het secretariaat van Natuurweide, dat is
ondergebracht bij Agro Eco (tel: 0318 420 405).
---
© Praktijkonderzoek - Animal Sciences Group - Wageningen UR. Laatst
bijgewerkt: 07-12-2004 10:07.
Mail vragen en opmerkingen over de Praktijkonderzoek Website naar:
webmaster.po.asg@wur.nl
Praktijkonderzoek Veehouderij