2-12-2004
Tilburg wil nieuw Centrum voor Beeldende Kunst
Nieuw cursusaanbod kunstzinnige vorming bepaald door de vraag
Naar aanleiding van het faillissement van de Tilburgse Kunststichting
is onderzoek gedaan naar de mogelijkheden van een vernieuwend
cursusaanbod op het gebied van kunstzinnige vorming.
De heer R. van Gurp heeft in dit verband de afgelopen maanden met een
groot aantal organisaties en personen van binnen en buiten de stad
gesproken. Kort geleden heeft hij zijn verkenning afgerond en
aangeboden aan het college. Het college heeft afgelopen dinsdag
besloten om de aanbevelingen uit het rapport voor een groot deel over
te nemen.
De belangrijkste conclusie die het college trekt naar aanleiding van
de verkenning is dat de gemeente een rol heeft bij het realiseren van
een aanbod kunstzinnige vorming, dat tegemoet komt aan de vraag in de
stad. Marktwerking alleen schiet op dit terrein tekort. Wethouder
Backx: 'De gemeente wil met name sturen door het beschikbaar stellen
van faciliteiten en door het ondersteunen van de vraag. De exploitatie
van het cursusaanbod is een verantwoordelijkheid van de
cursusaanbieders zelf.'
Nieuw Centrum voor Beeldende Kunst
Het college streeft nadrukkelijk naar de realisatie van een nieuw
Centrum voor Beeldende Kunst in Tilburg. Uit de verkenning komt naar
voren dat er vanuit de stad behoefte is aan een of meer centrale
cursusplekken in de stad, ook gezien het belang van dergelijke plekken
voor het culturele klimaat en de uitstraling van de stad. Er wordt
echter niet gedacht aan een nieuw cursushuis.
Insteek bij een nieuw Centrum voor Beeldende Kunst is het leggen van
verbindingen met andere functies. Het Centrum voor Beeldende Kunst
moet een multifunctioneel centrum worden op een centrale plek in de
stad. Het is daarbij niet de bedoeling om hiervoor een organisatie op
te tuigen met de nodige overhead. Het nieuwe centrum moet een
samenwerkingsverband worden van meerdere disciplines op het gebied van
beeldende kunst. Te denken valt hierbij aan een gemeenschappelijke
frontoffice voor cultuureducatie (CIST) cursusaanbod, architectuur
(CAST), kunst in de openbare ruimte (KORT) en atelierbeleid. Tevens
zou er zeker in relatie tot de aanwezigheid van cursusruimtes
samenwerking gezocht moeten worden met de kunstvakopleidingen in de
stad. Daarnaast zou het centrum kunnen voorzien in de behoefte aan
meer werkateliers en zou ruimte vrijgemaakt kunnen worden voor de
nieuwe kunstuitleen en voor het organiseren van exposities. Op de
langere termijn wordt het centrum een plek toegedicht in de Spoorzone.
Samenwerking
Voor de podiumkunsten wordt gepleit voor een hechtere samenwerking
tussen instellingen als Factorium, De Muze, de Vorst, theaters Tilburg
en Zaal 16. Het cursusaanbod op het terrein van de podiumkunsten
vertoont thans een te versnipperd beeld en is voor de potentiële
cursist allerminst duidelijk.
Wethouder Backx: 'De cursist staat centraal en het cursusaanbod dient
zich te richten op de potentiële cursist. Het is niet onze taak om
cursussen te ondersteunen waarvoor geen belangstelling is. De vraag
dient bepalend te zijn voor het in de stad aanwezige cursusaanbod. Dat
aanbod dient flexibel te zijn, te reageren op de vraag en in te spelen
op nieuwe ontwikkelingen in de stad. Vanuit die optiek willen we de
vraag ondersteunen middels de inrichting van een centrale
frontoffice.' Het centraal stellen van de vraag betekent impliciet
terughoudendheid ten opzichte van subsidiëring van het aanbod.
Uitgangspunt is dat cursussen in principe kostendekkend worden
uitgevoerd.
Aanstaande maandag 6 december wordt het rapport van de heer Van Gurp
in de raadscommissie Maatschappij behandeld. Nadere uitwerking van de
aanbevelingen vindt plaats in de nieuwe cultuurnota.
Gemeente Tilburg