Brabanders: betrokken en sociaal
TILBURG, 20041201 -- De onderlinge betrokkenheid van Brabanders is nog steeds groot, zo blijkt uit de monitor die het PON Instituut voor advies, onderzoek en ontwikkeling in Noord-Brabant, Tilburg heeft uitgevoerd. Deze monitor wordt periodiek uitgevoerd ter ondersteuning van het provinciaal en gemeentelijk sociaal beleid in Noord-Brabant. De publicatie Met elkaar; Sociale participatie in Noord-Brabant geeft een samenvatting van de uitkomsten uit de monitor.
In de publicatie gaan de onderzoekers in op ontwikkelingen in het vrijwilligerswerk, de mantelzorg, buurtparticipatie, het aangaan van sociale contacten en lidmaatschappen. Ook bespreken ze het gebruik van 'nieuwe media' zoals internet en e-mail. De traditionele verschillen in onderlinge betrokkenheid tussen stad en platteland lijken kleiner te worden. Het gebruik van het internet en e-mail heeft niet geleid tot een verschraling van sociale contacten maar juist tot een toename daarvan. Dit zijn twee opvallende conclusies uit de 2e monitor sociale participatie in Noord-Brabant. De eerste monitor dateert uit 1999.
Betrokkenheid niet meer vanzelfsprekend
De uitkomsten schetsen een beeld van een provincie waarin de onderlinge betrokkenheid nog steeds groot is. In Brabant ligt het niveau van deelname aan vrijwilligerswerk nog steeds hoog, verlenen mensen nog veel mantelzorg en zijn er veel sociale contacten, maar dat is geen garantie voor de toekomst. Enkele voorbeelden: het aantal vrijwilligers is de afgelopen vijf jaar met 3% gedaald van 39% naar 36%. Ook doen mensen minder vaak vrijwilligerswerk voor meer dan één vereniging: 48% tegenover 68% in 1999.
Een ander opvallend gegeven is dat de bereidheid om voor andere mensen te zorgen kleiner is, naarmate deze mensen verder van de directe kring afstaan: 83% van de Brabanders is zonder meer bereid om voor partner of kinderen te zorgen, terwijl dit percentage voor buren, vrienden en bekenden op 43% ligt. In het licht van de toename van het aantal alleenstaanden is dit een belangrijk resultaat.
De onderzoekers constateren verder dat het percentage mensen dat zich actief inzet voor de buurt is gedaald van 39% in 1999 naar 29% in 2004. Ook zijn er groepen zoals eenoudergezinnen en mensen met een laag inkomen, die niet kunnen deelnemen aan het maatschappelijk verkeer zoals ze dat zelf zouden willen, en die zich regelmatig eenzaam voelen. Daar staat tegenover dat veel mensen nog steeds volop bereid zijn om zich actief in te zetten voor anderen en dat zij zeer veel contacten met elkaar onderhouden. De vanzelfsprekendheid ervan is echter verdwenen. Er zijn nieuwe strategieën nodig om mensen te binden, zo concluderen de onderzoekers.
Meer informatie
De publicatie Met elkaar; Sociale participatie in Noord-Brabant is voor 10,- euro te bestellen bij het PON 013) 535 15 35 o.v.v. PON-publicatie 04-25.
Ingezonden persbericht