De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk: DN. 2004/2975
datum: 28-10-2004
onderwerp: Vragen Kamerlid Ormel TRC 2004/6123
Bijlagen:
Geachte Voorzitter,
Hierbij geef ik u antwoord op de vragen van het lid Ormel (CDA) mede
namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de
eikenprocessierups van 27 augustus jl.
1
Heeft u kennisgenomen van het artikel 'Chaos bij bestrijding van
rupsen' in De Gelderlander van 3 juli jl.?
Ja.
2
Bent u van mening dat de haren van de eikenprocessierups een risico
voor de volksgezondheid kunnen opleveren? Zo ja, welke risico's zijn
daarbij in het geding? Zo neen, waarom niet?
De rups kan met zijn brandharen overlast veroorzaken. Deze brandharen
kunnen door de wind worden verspreid. De brandharen van de
eikenprocessierups kunnen gemakkelijk de oppervlakkige lagen van huid,
ogen en bovenste luchtwegen binnendringen. De brandharen kunnen kleine
pijnlijke wondjes veroorzaken en scheiden bij binnendringen een stof
af die een overgevoeligheidsreactie kan veroorzaken. De irriterende
eigenschappen van de haren kunnen enkele jaren behouden blijven.
De reacties zijn zeer divers en verschillen sterk van persoon tot
persoon. Algemene klachten kunnen zich voordoen zoals koorts, algehele
malaise, duizeligheid en braken. Daarbij zijn ook lokale effecten op
de huid, in het oog en bij de bovenste luchtwegen te zien.
Huideffecten bestaan vooral uit een pijnlijke rode huiduitslag met
hevige jeuk, waarbij ook bultjes, pukkeltjes en met vocht gevulde
blaasjes kunnen ontstaan die kunnen gaan ontsteken. Brandharen die in
de ogen terechtkomen veroorzaken meestal een heftige reactie van het
oogbindvlies of het hoornvlies, in sommige gevallen gevolgd door een
ontsteking. In enkele gevallen dringen de brandharen dieper door in
het oog en moeten operatief worden verwijderd.
Inademing van de brandharen kan luchtwegklachten veroorzaken. In
eerste instantie lijken deze op een verkoudheid, soms vergezeld van
keelpijn en kortademigheid. In bepaalde gevallen ontstaan cara-achtige
verschijnselen en een pseudo-allergische bronchitis.
3
Kunt u een overzicht geven van het vóórkomen van de
eikenprocessierups? In welke gebieden van Nederland vormt deze rups
een probleem? Sinds wanneer komt de eikenprocessierups ook boven de
grote rivieren voor?
De rups komt voor in de gehele provincie Noord-Brabant en Limburg en
in grote delen van de provincie Gelderland en Utrecht, met een zeer
grillig verspreidingspatroon. Als een soort 'hoefijzer' rondom de
Veluwe heeft de populatie zich op dit moment in Utrecht en Gelderland
verspreid. De eerste vondsten (kleine populaties) boven de grote
rivieren zijn uit 2001.
Het Bureau Medische Milieukunde GGD'en Brabant/Zeeland doet onderzoek
om de problematiek en de aanpak van de eikenprocessierups van het
afgelopen jaar in beeld te brengen. De provincies Noord-Brabant,
Gelderland en Limburg en het ministerie van VWS financieren mede het
onderzoek, dat onder meer informatie moet geven over het
verspreidingspatroon van de eikenprocessierups.
4
Is het u bekend, dat gemeenten de bestrijding van deze rups op zeer
verschillende wijze aanpakken?
Ja, dat is mij bekend. Uit het onderzoek van het bovengenoemde bureau
wil ik een inzicht krijgen over de aard en omvang van de verschillende
aanpakken. Overigens wijs ik u erop, dat er sprake is van grote lokale
en regionale verschillen in het voorkomen van de rups. Een verschil
van aanpak is daarom niet onverwacht. Het is bovendien de bevoegdheid
van de gemeenten om zelfstandig een bestrijdingsregime op te stellen.
De Plantenziektenkundige Dienst heeft geconstateerd dat er op diverse
locaties rijkelijk met chemische middelen is gespoten, teneinde de
verspreiding van deze rups te beperken. Hierbij is gebruik gemaakt van
middelen die niet specifiek zijn en die de groei van populaties van
andere vlindersoorten nadelig hebben beïnvloed. Ik heb daarom aan het
Kennisinstituut Alterra de vraag voorgelegd of onderzoek naar
biologische bestrijding oplossingen zou kunnen bieden.
Er is gebleken dat lokaal de populatie gedecimeerd kan worden door
parasitering van de rupsen. Onderzoek naar differentiatie in het
parasiteringspercentage in samenhang met de plaatselijke
omstandigheden, waaronder beheer van bermen, kan misschien leiden tot
aanbevelingen, die een verminderd gebruik van bestrijdingsmiddelen tot
gevolg hebben.
5
Kunt u inzicht geven in de kosten van bestrijding? Acht u het reëel
dat gemeenten de kosten van bestrijding dragen?
Op dit moment is nog geen kostenindicatie te geven. Dit wordt wel
meegenomen in het eerder genoemde onderzoek door het Bureau Medische
Milieukunde GGD'en Brabant/Zeeland.
6
Wat is de rol van provinciale overheden bij de bestrijding van de
eikenprocessierups?
De bestrijding van de eikenprocessierups is in eerste instantie een
lokale verantwoordelijkheid. De gemeenten worden hierin ondersteund
door de Plantenziektenkundige Dienst. Provincies zijn verantwoordelijk
voor de fietspaden en dergelijke, die onder hun beheer vallen.
De provincie Noord-Brabant heeft het eerder genoemde Bureau opdracht
gegeven voor de organisatie van een themamiddag voor gemeenten over de
problematiek van de rups. Hiertoe heeft het Bureau een publieksfolder
en een ondersteunende folder voor gemeenten over de aanpak en
beheersing van de plaag uitgebracht. Daarnaast heeft het Bureau in de
maanden mei en juli een ondersteunende rol vervuld voor het
beantwoorden van vragen van gemeenten en burgers.
7
Acht u het in het belang van de volksgezondheid nodig om te komen tot
een landelijk gecoördineerd bestrijdingsprogramma? Zo ja, welke
stappen kunnen worden verwacht? Zo neen, waarom niet?
Voordat ik mij een definitief oordeel vorm over de wenselijkheid van
een landelijk gecoördineerd bestrijdingsprogramma, wacht ik de
uitkomsten van het onderzoek van het Bureau Medische Milieukunde
GGD'en Brabant/Zeeland af.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit