GroenLinks

Ondertekening Europese Grondwet: niet vechten maar praten

29 oktober 2004

Vandaag ondertekenen de regeringsleiders van de vijfentwintig EU-landen en van de kandidaat-lidstaten Roemenië, Bulgarije en Turkije in Rome de Europese Grondwet. Dat gebeurt in dezelfde zaal, de Sala degli Orazi e Curiazi, waar in 1957 het oprichtingsverdrag van de Europese Gemeenschap werd ondertekend.

Permanente vredeszone
De locatie voor de ceremonie is goed gekozen: zij herinnert aan de oorspronkelijke doelstelling van de Europese integratie - oorlog voorkomen door economische vervlechting. Die doelstelling is geslaagd. De `permanente vredeszone' beslaat inmiddels een groot deel van het Europese continent en blijft zich uitbreiden.

Burgers niet langer buitengesloten
Tegelijk markeert de ondertekening van de Europese Grondwet een breuk: het zwaartepunt van de integratie verschuift van economische naar politieke eenwording. De Europese Grondwet maakt gevoelige onderwerpen als misdaadbestrijding tot een Europese zaak. Zij geeft de Europese Unie een heuse minister van Buitenlandse Zaken. Zij legt ook vast dat de burgers niet langer kunnen worden buitengesloten: de Europese Grondwet bevat bindende klassieke en sociale grondrechten, verbetert de toegang tot de rechter, introduceert het wetgevingsinitiatief voor burgers en versterkt de positie van Europese en nationale volksvertegenwoordigers. Waar de grondleggers van de EU nog bang waren dat hun vredesproject bij een raadpleging van de burgers stuk zou lopen op de klippen van haat en wantrouwen, zullen over de Europese Grondwet in minstens tien lidstaten referenda worden gehouden.

Referendum
De ondertekening van de Grondwet is dan ook niet het einde van het debat over de toekomst van Europa, maar het begin van de `hete fase' in het publieke debat. Ook de Nederlandse burgers zullen zich volgend jaar, op initiatief van GroenLinks, in een referendum kunnen uitspreken over de Europese Grondwet.

Gestuntel en foute grappen
De grootste smet op de ondertekeningsceremonie vormt haar gastheer, Silvio Berlusconi. Hij heeft zijn rol allerminst verdiend. In december 2003 verprutste de Italiaanse premier en toenmalig EU-voorzitter met grootspraak, gestuntel en foute grappen de eerste poging van de Europese regeringsleiders om het eens te worden over de Europese Grondwet. De Ierse regering moest de schade repareren. Onder haar voorzitterschap werd in juni 2004 alsnog een akkoord bereikt.

Buttiglione
Er schuilt dan ook een zekere rechtvaardigheid in het feit dat de ondertekening niet de Silvio Superstar Show wordt die Berlusconi voor ogen stond. Alle aandacht in Rome zal uitgaan naar de pogingen van Berlusconi's collega's om hem te bewegen de Italiaanse kandidaat voor de Europese Commissie terug te trekken. De reactionaire visie van Rocco Buttiglione op homo's en vrouwen vormt de belangrijkste reden waarom het Europees Parlement afgelopen woensdag aankomend Commissievoorzitter José Barroso dwong om zijn Commissarissenteam terug te trekken. Ook op andere regeringsleiders, waaronder premier Balkenende, zal druk worden uitgeoefend om een wisseling van eurocommissaris of portefeuille te aanvaarden.

Bevoegdheden Europarlement verdubbeld
Het belang van een sterk parlement voor de controle op de Europese machthebbers - Commissie én regeringsleiders - is deze week onderstreept. Het feit dat de Europese Grondwet de wetgevende bevoegdheden van het Europarlement verdubbelt en zijn invloed op de benoeming van de Commissievoorzitter vergroot vormt dan ook een sterk argument vóór deze Grondwet.

Rol van de instellingen inzichtelijk gemaakt
De democratische krachtmeting tussen Commissievoorzitter, nationale regeringen en Europarlement over de samenstelling van de nieuwe Europese Commissie heeft voor veel burgers inzichtelijker gemaakt wat de rol is van de verschillende instellingen van de Europese Unie. Dat is mooi meegenomen nu hun volgend jaar gevraagd wordt een oordeel te vellen over de Europese Grondwet.

Vreedzame conflictbeheersing
Maar eerst moeten Berlusconi, Balkenende en Barroso bewijzen dat het Europese model van vreedzame conflictbeslechting functioneert. De Europeanen zijn eraan gewend geraakt om problemen op te lossen door te onderhandelen en de stemmen te tellen. Soms komt daar wat duw- en trekwerk aan te pas. Soms loopt de nationale trots een deuk op. Maar alles is beter dan vechten. Dat was de les die de grondleggers van de Europese Unie trokken uit de verschrikkingen van de twintigste eeuw. Die les blijft geldig.

«