Persbericht
Rode Kruis lanceert Wereldrampenrapport 2004
Gemeenschappen zijn weerbaarder dan hulporganisaties denken
Het Internationale Rode Kruis lanceerde vandaag, donderdag 28 oktober, zijn
jaarlijkse Wereldrampenrapport. Deze twaalfde editie van het
Wereldrampenrapport richt vooral de aandacht op de indrukwekkende manier
waarop mensen het hoofd bieden aan zelfs de ergste noodsituaties.
Volgens het Rapport moeten hulporganisaties zich minder richten op behoeften
en kwetsbaarheid maar meer peilen naar lokale sterktes en middelen. Wanneer
gemeenschappen niet worden betrokken in de rampenbestrijding en
rampenreductie, kan dit bovendien hun weerbaarheid tegenover risico's
ondermijnen.
Acties van buitenaf kunnen ook minder doeltreffend blijken dan velen denken.
In december 2003 snelden 34 search & rescue teams uit 27 landen naar Bam
(Iran) na de verwoestende aardbeving. Zij redden 22 mensenlevens.
Plaatselijke hulpdiensten van de Iraanse Rode Halve Maan haalden 157 mensen
levend vanonder het puin. Door te investeren in plaatselijk reactievermogen
blijven levens en geld gespaard.
Na de orkaan Jeanne vielen in Haïti 3.000 doden. In het eveneens arme
Cuba viel geen enkel dodelijk slachtoffer. Haïti heeft dan ook te
lijden onder overontbossing en een jarenlange politieke onstabiliteit.
Cuba kent geen degradatie van het milieu waardoor er sowieso minder
overstromingen zijn. Het land heeft ook goed uitgewerkte
evacuatieplannen zodat tijdens de orkaan honderdduizenden Cubanen naar
veiligere oorden werden gebracht.
Intussen brengt de ongeorganiseerde en razendsnelle verstedelijking
nieuwe gevaren voort. Zo zou volgens sommige bronnen de bevolking in
de steden in India per maand met 600.000 toenemen. Het gevolg: geen
drinkbaar water, geen sanitaire voorzieningen, geen afvalafhaling,
geen veilige bouwplaatsen Elk jaar sterven wereldwijd meer dan 2
miljoen mensen - waarvan veel kinderen - in sloppenwijken aan ziektes
ten gevolge van besmet drink- en afvalwater.
Rampen evolueren en er kunnen ook nieuwe rampen ontstaan. Denk maar
aan Frankrijk en andere Europese landen waar een temperatuur van 5 °C
meer (dan normaal) in de zomer van 2003 voor een humanitaire ramp
zorgde. Ongeveer 35.000 mensen zijn in stilte en eenzaamheid
overleden, aan hun lot overgelaten door afbrokkelende stelsels van
sociale zekerheid.
Het Wereldrampenrapport van het Rode Kruis bevat heel wat
cijfergegevens die een beeld geven van de laatste evoluties. Het goede
nieuws is dat het aantal doden sinds 1970 met 70 % is gedaald. Een van
de redenen hiervoor is zeker een betere rampenparaatheid. Denk maar
aan de waarschuwingssystemen via satellieten en schuilplaatsen voor
stormen in Bangladesh. Het slechte nieuws is dat het aantal rampen nog
steeds stijgt. Het aantal slachtoffers is sinds 1970 meer dan
verdrievoudigd. In 2003 werden 255 miljoen mensen getroffen door
rampen. De oorzaken die het Rapport aanhaalt zijn: de jaarlijkse
toename van de wereldbevolking met 70 miljoen, de snelle
verstedelijking, onaangepaste ontwikkelingspraktijken, de degradatie
van het milieu en de globale toename van extreme weersomstandigheden.
De weerbaarheid van de gemeenschappen vormt de sleutel tot het
beperken van de impact van rampen. Het is hoog tijd om komaf te maken
met het sprookje van het hulpeloze slachtoffer en de onfeilbare
hulpverlener, zegt Markku Niskala, secretaris-generaal van het
Internationale Rode Kruis. Hulporganisaties moeten hun aanpak grondig
herzien. Ze moeten kennis verwerven over wat mensen in staat stelt om
gevaren aan te pakken en te boven te komen. Hulp moet ook uitgaan van
de prioriteiten, kennis en middelen van de gemeenschap zelf.
Tegelijkertijd moeten gemeenschappen blijven investeren in
rampenreductie.
Mechelen, 28 oktober 2004
Rode Kruis Vlaanderen