ST. CHRISTIAAN HUYGENS-PRIJS
Minister Van der Hoeven reikt wetenschapsprijs uit.
Persinformatie
Minister Maria van de Hoeven reikt de Christiaan Huygens
Wetenschapsprijs uit aan de Argentijnse dr. Amina Helmi.
Bekendmaking laatste nieuws van de Cassini-Huygens ruimtemissie
Donderdag 28 oktober 2004 zal de minister van O C en W, mevrouw Maria
J.A. van der Hoeven, de Christiaan Huygens Wetenschapsprijs uitreiken
aan Dr. Amina Helmi. Zij ontvangt deze prestigieuze prijs voor haar
cum laude verdedigde dissertatie: The formation of the Galactic
Halo.
De foto van de uitreiking wordt op 28 oktober aan u aangeboden via het
ANP net.
Tijdens de uitreiking zal de heer Niek de Kort, astronoom, het laatste
nieuws bekendmaken van de intrigerende Cassini-Huygens missie van ESA
en NASA. Het Cassini ruimtevaartuig bevindt zich inmiddels in een baan
rond de planeet Saturnus. De Huygens sonde zal verder vliegen naar de
grootste maan van Saturnus: Titan.
Onder embargo tot 28/10 ontvangt u hierbij de laudatio van dr. Amina
Helmi, die zal worden uigesproken door prof. dr. G.K. Miley,
voorzitter jury Christiaan Huygens wetenschapsprijs 2004.
---
Op verzoek is mevrouw dr. Amina Helmi beschikbaar voor een
interview.
Voor nadere inlichtingen:
Drs. A.A.H.C. Van Onzenoort, telefoon 070 386 33 87
Laudatio voor Dr. Amina Helmi ter gelegenheid van de toekenning van de
Christiaan Huygens Wetenschapsprijs 2004 op 28 oktober 2004 te
Voorburg, opgesteld door een door de Koninklijke Nederlandse Akademie
van Wetenschappen ingestelde jury.
Meneer de voorzitter en overige bestuursleden van de Stichting
Christiaan Huygensprijs, mevrouw de minister, dr. Helmi en familie,
dames en heren,
Het is mij een eer en genoegen om namens de jury uiteen te mogen
zetten waarom de Christiaan Huygens Wetenschapsprijs voor 2004
toegekend wordt aan dr. Amina Helmi en om u iets te vertellen over
haar werk.
Ten eerste wat achtergrondinformatie. De Christiaan Huygens-Prijs
wordt sinds 1998 jaarlijks toegekend aan een onderzoeker die een
dissertatie heeft geschreven, welke op vernieuwende en hoogstaande
wijze bijdraagt aan de wetenschap. Het betreft steeds één van de vier
vakgebieden die zich mede door het werk van Christiaan Huygens hebben
kunnen ontwikkelen. Zo komt elke vier jaar is de ruimtewetenschap aan
de beurt.
De jury wordt ingesteld door de Koninklijke Nederlandse Akademie van
Wetenschappen en bestaat dit jaar uit de hoogleraren Bleeker, Van den
Heuvel, Schilizzi en mijzelf, als voorzitter.
Van de meer dan 60 wetenschappers die in de afgelopen vier jaar in de
sterrenkunde zijn gepromoveerd, zijn er dit jaar zes genomineerd voor
de prijs. Het is dan ook geen verrassing dat deze zes genomineerde
proefschriften alle van uitzonderlijk hoge kwaliteit blijken te zijn
en dat vier van de zes zijn bekroond met de kwalificatie cum laude,
een onderscheiding die vanwege de zeer strenge voorwaarden slechts
zelden wordt toegekend in de sterrenkunde. De onderwerpen van de
proefschriften bestrijken een breed gebied van opwindend onderzoek.
Het was zonder enige uitzondering een genoegen om deze proefschriften
te lezen.
Wij behoefden slechts éénmaal in vergadering bijeen te komen. Van
tevoren had ieder jurylid op basis van de zes proefschriften een eigen
voorkeurslijst gemaakt. Het doet mij een groot genoegen u te kunnen
zeggen dat wij allen, onafhankelijk van elkaar, Amina Helmi als eerste
genomineerd hadden. Onze vergadering duurde daardoor maar kort en
resulteerde in een unaniem besluit.
Zoals zo dikwijls het geval is met de moderne sterrenkunde, houdt het
onderzoek van dr. Helmi zich eigenlijk bezig met de geschiedenis van
ons allen. Omdat het Heelal zo verschrikkelijk groot blijkt te zijn,
en licht heel lang onderweg is, is de astronoom de ultieme historicus
en archeoloog. Een van de fundamentele historische vragen binnen de
astrofysica betreft de vorming en evolutie van sterrenstelsels.
Theoretische modellen voorspellen dat eerst een veelheid van kleine
sterrenstelsels gevormd werd, die vervolgens met andere kleine
sterrenstelsels botsten en zo samensmolten tot grotere stelsels. Maar
komt dit scenario overeen met de waarnemingen?
Er zijn twee manieren om de geboorte van sterrenstelsels te bestuderen
middels waarnemingen. De eerste is de meest bekende manier, namelijk
door grote optische- en radiotelescopen te gebruiken als tijdmachines
om de gedaante en andere eigenschappen van zeer verre sterrenstelsels
te bekijken als functie van de tijd. Deze benadering heeft het ons de
laatste twee decennia mogelijk gemaakt zwakke sterrenstelsels waar te
nemen die al bestonden toen het heelal nog slechts tien procent van
zijn huidige leeftijd had. Die methode heeft ons fundamentele nieuwe
inzichten in de kindertijd van het Heelal gegeven. Verre
sterrenstelsels blijken in waarnemingen inderdaad een meer
ongelijkmatig oppervlak te hebben dan sterrenstelsels in het huidige
Heelal. Dit geeft aan dat zij regelmatig botsen of samensmelten zoals
men op basis van het theoretische beeld ook verwacht.
De tweede observationele manier om de evolutie van sterrenstelsels te
bestuderen, werd door dr. Helmi aangewend en is te vergelijken met een
archeologische zoektocht. Dichtbijgelegen sterrenstelsels worden
onderzocht op de overgebleven resten van de processen die tot hun
vorming hebben geleid. Dr. Helmi heeft deze techniek gebruikt om de
vroege kinderjaren van onze eigen Melkweg te bestuderen. Omdat wij
dichtbijgelegen sterrenstelsels en ook ons eigen stelsel in veel meer
detail kunnen onderzoeken dan wazige, ver verwijderde sterrenstelsels,
vullen de twee benaderingswijzen elkaar aan bij het ontrafelen van de
kosmische geschiedenis.
Met een gedetailleerde studie van sterren in de Melkweg heeft dr.
Helmi het indrukwekkende bewijs geleverd dat ons eigen sterrenstelsel
in zijn eerdere ontstaan ook opgebouwd is uit botsingen en
samensmeltingen met kleinere sterrenstelsels. Hoe kon zij dat
vaststellen? Tussen 1989 en 1993 heeft de Europese HIPPARCOS satelliet
heel precies de plaatsen en de beweging gemeten van 120.000 sterren in
de nabije omgeving van de Zon. Dr. Helmi gebruikte deze gegevens om te
zoeken naar de fossielen van kleine ingevallen stelsels die de
bouwstenen van onze Melkweg konden zijn. Haar zoektocht werd met
succes bekroond, toen zij twee groepjes oude sterren ontdekte die
vrijwel met dezelfde, maar van het gemiddelde afwijkende, snelheid
door de schijf van de Melkweg bewogen. Na de nauwkeurige HIPPARCOS
metingen te hebben vergeleken met computermodellen, kon dr. Helmi
concluderen dat de twee groepen sterren inderdaad een
gemeenschappelijke oorsprong hebben en deel uitmaken van het restant
van een satellietmelkwegstelsel, dat al heel lang geleden uiteen was
gevallen. De nu ontdekte sterrengroepjes lijken het eerste fossiele
bewijs te zijn dat onze eigen Melkweg eveneens is opgebouwd uit de
restanten van vele kleine sterrenstelsels.
Laat mij nu de criteria noemen aan de hand waarvan de jury haar
oordeel heeft gevormd en laat mij u vertellen waarom het proefschrift
van dr. Helmi zo hoog bij ons heeft gescoord. Als meest belangrijk
geldt dat het proefschrift van hoge wetenschappelijke kwaliteit is en
'baanbrekende resultaten' bevat. De jury is het er unaniem over eens
dat het proefschrift van dr. Helmi inderdaad baanbrekend genoemd kan
worden. De inhoud geeft ons fundamentele nieuwe inzichten in de
vorming van sterrenstelsels. De kwaliteit van het werk was van
dusdanig goede kwaliteit en belang dat het voor publicatie
geaccepteerd werd in het prestigieuze tijdschrift Nature, in de vorm
van een artikel met dr. Helmi als eerste auteur.
Naast die wetenschappelijke uitmuntendheid zijn er verscheidene andere
criteria waarmee de jury rekening heeft gehouden. Een ervan is dat het
wetenschappelijke resultaat een belangrijke uitstraling naar de
maatschappij moet hebben. De Sterrenkunde vervult een unieke functie
in de maatschappij. Het boeit een groot publiek en krijgt veel
aandacht in de kranten en andere media. Het verhaal van de evolutie
van ons Heelal en van onze herkomst is inspirerend en kan jonge mensen
stimuleren om een exacte studie te kiezen.
Dr. Helmi's boek - getiteld 'The formation of the Galactic halo'- is
daarbij ook nog prachtig geschreven. Ik zal u twee citaten voorlezen.
Het eerste komt uit het begin van het proefschrift: Every now and then
an astronomy professor will tell his or her graduate student that this
is the right time to embark on the seemingly simple but yet ambitious
task of trying to unveil how our own Galaxy, the Milky Way, formed.
With similar words, this is what Simon White told me during a meeting
in Munich in March 1997. Dit zou evengoed het begin hebben kunnen zijn
van een aflevering van Inspector Morse. Verder, citeer ik van blz.
115: 'By means of computer simulations and analytic calculations (yes!
Good old 'pen and paper' science!) we found that the galaxies
destroyed during the Milky Way infancy should be detectable as ghostly
sheets of stars moving on or near parallel orbits.' Wetenschap moet
een genot zijn. Voor dr. Helmi is dit duidelijk het geval.
We hebben nog een criterium meegewogen, namelijk het verloop van de
carrière van de kandidaat na het behalen van de doctorsgraad. Sinds
haar promotie in juni 2000 in Leiden heeft dr. Helmi postdoctorale
posities bekleed aan het Observatorio de La Plata, het Max Planck
Institut für Astrophysik in Garching en de Universiteit van Utrecht.
Vaste aanstellingen zijn binnen de sterrenkunde een zeldzaamheid. Dat
dr. Helmi zich drie jaar na haar promotie een vaste positie heeft
weten te verwerven, in dit geval aan de Rijksuniversiteit Groningen,
is hoogst ongebruikelijk en belooft een indrukwekkende toekomstige
carrière binnen de astronomie.
Tenslotte ben ik ervan overtuigd dat Christiaan Huygens blij zou zijn
met onze keuze om dr. Helmi deze prijs toe te kennen. Dr. Helmi heeft
de methoden van de klassieke mechanica gebruikt om de banen te
traceren van de door haar waargenomen fossielen. De klassieke
mechanica was een van Huygens' grote liefdes. Hij was het die als
eerste de regels voor centrifugale kracht, slingers en elastische
botsingen formuleerde. Huygens was een volkomen wetenschapper, een
ontwikkeld mens en zowel praktisch als theoretisch uitvinder. Hij zou
de veelheid en verscheidenheid aan grote telescopen en andere
vernuftige instrumenten die door moderne sterrenkundigen zijn
ontwikkeld, zoals bij voorbeeld de HIPPARCOS satelliet, hebben
bewonderd.
Het is nu tijd voor gelukwensen. Namens de jury wil ik de
prijswinnares van harte feliciteren. Ook haar ouders wens ik van harte
geluk met een zo uitzonderlijk getalenteerde dochter. Mijn waardering
en felicitaties gaan eveneens uit naar de twee promotores van dr.
Helmi: professor Tim de Zeeuw en professor Simon White. Ook gaat onze
dank uit naar het Europese Ruimtevaart Agentschap, niet alleen omdat
de ESA deze prijs sponsort, maar ook en vooral omdat het de HIPPARCOS
satelliet heeft gebouwd en gelanceerd, een van de meest
verdienstelijke wetenschappelijke investeringen die van essentieel
belang is geweest voor het werk van dr. Helmi.
Namens de jury van de Christiaan Huygens Wetenschapsprijs 2004, Prof.
Dr. G. K. Miley, voorzitter
De Cassini-sonde bij de planeet Saturnus
Christiaan Huygens had, zoals bekend, vele kwaliteiten. Eén daarvan
was die van wetenschappelijk onderzoeker die de kunst verstond om, bij
het opstellen van verklaringen en theorieën over fenomenen in de
natuur, zich te laten leiden door waarnemingen. Zo is de naam van
Huygens voor altijd verbonden aan de planeet Saturnus omdat hij de
eerste was die de 'oren' die de planeet leek te hebben in het
telescopisch beeld van die jaren, correct interpreteerde als een dunne
ring die de planeet omgeeft.
In de actualiteit van vandaag is de naam van Huygens opnieuw verbonden
aan Saturnus. Deze keer vanwege een fascinerende ruimtemissie die de
naam draagt Cassini-Huygens en het resultaat is van een samenwerking
tussen de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA en de Europese
ruimtevaartorganisatie ESA. De Europese bijdrage bestaat in hoofdzaak
uit een capsule die, zeer binnenkort, een gewaagde afdaling zal maken
in de atmosfeer van de grootste maan van Saturnus: Titan. Beschermd
door een hitteschild vliegt deze sonde met een enorme snelheid de
atmosfeer in, remt af, en daalt daarna met behulp van
parachutesystemen naar het oppervlak. De missie van Huygens is in veel
opzichten een reis in de tijd, een vlucht naar het analogon van de
oer-aarde. Immers, de huidige omstandigheden op Titan vertonen een
gelijkenis met die zoals ze miljarden jaren geleden op onze latere
thuisplaneet voorkwamen. Een atmosfeer met stikstof en methaan, waarin
organische moleculen voorkomen. Mogelijk bereikt de Huygens-sonde
intact het mysterieuze oppervlak dat vrijwel continu aan het oog
onttrokken is door dichte wolken en nevel die in de atmosfeer hangen.
Hoe zal het Titan-landschap er uit zien? Komen er meren voor van
vloeibaar methaan? Via een radioverbinding zendt de Huygens-sonde zijn
bevindingen naar het moederschip, de Cassini, genoemd naar een andere
prominente, historische onderzoeker van het Saturnus-systeem. De
gegevens worden later doorgezonden naar de aarde, als een boodschap
uit ons verre verleden.
Het Cassini-toestel bevindt zich inmiddels in een baan om de planeet
Saturnus. Dagelijks stromen indrukwekkende beelden en metingen binnen
die een adembenemende kijk geven op het intrigerende ringenstelsel,
het zeer gevarieerde pallet van manen en natuurlijk het wervelende
wolkendek van de planeet zelf, alwaar winden met superorkaankracht de
regie voeren over het patroon van vlekken en wolkenbanden.
In deze korte bijdrage aan het Programma schetst astronoom Niek de
Kort de achtergronden van deze intrigerende missie, alsmede enkele
recent verkregen resultaten en de laatste stand van zaken rond de
voorbereiding van de Huygens-missie, die begin januari 2005 gaat
plaatsvinden.
28 okt 04 12:00