Toespraak CDS Berlijn bij de afsluiting van de vlag- en opperofficierendag
22-10-2004 15:21:00
Toespraak Chef Defensiestaf generaal Berlijn ter afsluiting van de
Vlag- en Opperofficierendag op 22 oktober 2004
Wil afsluiten met mijn gedachten over waar het volgens mij de komende
periode vooral om zal gaan:
Ik wil graag beginnen met het intrappen van een open deur, door te
stellen dat onze samenleving niet meer met militaire middelen in haar
voortbestaan wordt bedreigd. Defensie lijkt voor velen alleen nog
nodig om de belangen van de BV Nederland in de wereld te beschermen of
zeker te stellen. En natuurlijk vindt men de samenleving - dat
allemaal belangrijk. Net zo belangrijk overigens als onderwijs,
gezondheidszorg, de fileproblematiek, het milieu en de HSL. Verstaat u
mij niet verkeerd. Ik ken de problemen van onze zorginstellingen. En
net als u sta ik veel te vaak in de file en maak ik mij zorgen over de
kwaliteit van ons onderwijs. En natuurlijk zijn al die zaken
belangrijk. Maar zo is het dus: wij moeten in tegenstelling tot
vroeger tijdens de Koude Oorlog meer concurreren met de andere
prioriteiten van de samenleving. De samenleving wordt niet bedreigd en
kan andere zaken voorrang geven. Gelukkig wel zou ik zeggen, maar wat
betekent dit voor ons? Wat doe je als organisatie als je wordt
geconfronteerd met meer concurrentie dan in het verleden? Ik verklap
het alvast: daarin zit mijn boodschap, die ik vandaag bij u wil
achterlaten.
Om onze taken uit te kunnen blijven voeren zijn wij afhankelijk van
een aantal zaken. Wij moeten ontwikkelingen blijven volgen en ons
voortdurend aan blijven passen aan de veranderende wereld. Willen wij
collegas uit kunnen blijven zenden en risicos van hen blijven vragen,
dan dient onze krijgsmacht over de beste spullen te blijven
beschikken, de meest realistische training kunnen bieden, haar
organisatie gevuld houden etc. En dit kost geld, veel geld. Onze
samenleving moet dus in ons willen blijven investeren. Maar als die
samenleving investeert dan zal zij steeds de afweging met andere
prioriteiten maken. En vraagt u zich eens af: wanneer zou die
samenleving in de krijgsmacht willen investeren en wanneer niet? Ik
denk dat mensen in zaken willen investeren indien ze er het nut van in
zien, de organisatie als een efficiënte, betrouwbare eenheid zien,
waarvan men het gevoel heeft dat het geld aan de juiste zaken wordt
besteed en wanneer men het gevoel heeft er niet door te worden
belazerd. Laat ik het anders stellen: ergert u zich bijvoorbeeld ook
aan het bericht in de krant over een ziekenhuis, dat slecht draait,
omdat het management het onderling niet eens is? Of een stadsbestuur
dat een extreem duur kunstwerk aanschaft in plaats van investeert in
belangrijke noodzakelijke nutsvoorzieningen. Nou ik wel, en ik denk
dat wij ons dienen te realiseren dat onze samenleving ook met dit
soort ogen naar Defensie kijkt. Besteden wij ons geld aan zaken die
echt nodig zijn? Spreken wij als Defensie met één stem? Ziet men ons
als één team of gaan wij rollen bollend, ruzie makend over straat? Hoe
is ons imago wat dit betreft? Ik ben bang dat wij op dit gebied nog
wel wat kunnen verbeteren. Ik denk dat ik kan stellen dat het beeld
van Defensie is dat wij vaak erg verdeeld zijn, elkaar beconcurreren.
Vroeger konden wij ons dat wellicht nog permitteren, tegenwoordig is
dat een zekere gang naar mislukking. Hoe komt dat eigenlijk zo?
Ik denk dat cultuur en cultuurverschillen hierin een belangrijke rol
spelen. Verstaat u mij niet verkeerd: ik ben van de school die cultuur
belangrijk vindt. Een sterke groepscultuur maakt de groep hecht en
voorspelbaar. Men weet wat men van de groep mag en kan verwachten en
andersom. Zon hechte eenheid maakt dat mensen betrokken, gemotiveerd
zijn en goed willen presteren. So far, so good. Het gaat echter fout
als die beroepstrots, de cultuur van de groep, zo sterk wordt dat men
niet meer bereid of in staat is om die eenheid in een groter geheel te
laten functioneren, als men het groepsdenken zo sterk maakt dat haast
alles daarbuiten vervaagt of niet meer meetelt. Ik denk dat wij binnen
Defensie die cultuur van die eenheid, waarvan men in het begin van de
carrière deeluitmaakt,langmeedragen.Ookalswijallangnietmeer
deel uitmaken van die groep. Een cavalerist blijft een cavalerist, een
vlieger een vlieger, een marinier een marinier etc. Het gebeurt nogal
eens dat die sterke groepscultuur, die dus positief en goed is en er
voor zorgt dat mensen goed functioneren in hun eenheid, ontaard in met
oogkleppen op alleen nog geloven in het eigen krijgsmachtdeel. En dan
gaat het fout. Althans voor de samenleving. Niet een goede defensie is
dan het hoogste doel, maar het korps, de KM, de KL, het Wapen of de
KLu. En hier zit de samenleving echt niet op te wachten. Dit moet dus
anders. Een organisatie die geconfronteerd wordt met meer concurrentie
moet betere kwaliteit leveren en iets aan zijn imago doen. En hoe gaan
wij hier in de voorliggende periode dan mee om? Ik wil u vertellen wat
ik in de komende periode in dit licht als belangrijke aandachtspunten
zie.
De samenleving mag van ons verwachten dat wij op basis van een heldere
visie op de taken het juiste materieel aanschaffen. Dus geen hobby
horses meer. Als wij schepen, vliegtuigen of tanks kopen doen wij dat
omdat wij, Defensie, die nodig hebben en niet omdat wij dat wel mooie
dingen vinden. Als wij eenheden uitzenden doen wij dat omdat deze
eenheden gevraagd worden en nodig zijn en niet omdat wij zelf de vraag
hebben ingestoken. Als een bepaald krijgsmachtdeel scoort, juichen de
andere krijgsmachtdelen mee en gaan zij niet in de media hun gram
halen door er op te wijzen dat het allemaal niets voorstelt. En dat
zou ook mogen gelden voor onze gewaardeerde medewerkers b.d. Als wij
als samengestelde eenheid gaan, laten wij het hele team mee genieten
van de lof en houden wij de words of praise niet alleen voor een
bepaald deel van het team.
Valt u iets op? Nee? Ik denk dat de vrijwillige voetbal coaches onder
u iets van herkenning moeten voelen. Wat ik hier beschrijf zijn
namelijk niet meer dan de gedragsregels van een eenheid die zich zelf
ziet als team en daar ook zijn kracht uit haalt. Neemt u eens het
beeld in gedachten van een goeddraaiend voetbal team. Om te winnen is
men het op de eerste plaats onderling eens over de te volgen strategie
en houdt men zich in het veld aan de opdrachten van de coach en speelt
men elkaar de bal toe in plaats van alleen maar zelf aan de bal te
willen zijn. Als de backs een goede actie plegen dan juichen ook de
spitsen. Spitsen realiseren zich dat zij ook de andere spelers nodig
hebben om te kunnen winnen. De individuele spelers weten hoe ze de bal
het beste aan de andere spelers moeten aanspelen, zodat deze collegas
het beste er hun werk mee kunnen doen. Waar het dus om gaat is het aan
de dag gaan leggen van goed team gedrag. En daar heeft het ons als
Defensie volgens mij aan ontbroken.
Wat moeten wij dus gaan doen de komende periode? Wat is
dus goed? Goed zijn bijvoorbeeld collega´s die gelegenheden benutten
om de gezamenlijkheid binnen Defensie te benadrukken. Goed is
transparante besluitvorming. Goed zijn collega´s die bijdragen aan een
atmosfeer waarin alle spelers zich gewaardeerd voelen. Goed zijn ook
de collega´s die de moeite nemen om aan anderen uit te leggen wat hun
bijdrage is aan het grotere geheel. En goed zijn bijvoorbeeld ook
collega´s die zich wat bescheiden opstellen, waardoor het teamdenken
de ruimte krijgt en Defensie naar buiten toe het imago krijgt van een
hechte transparante organisatie, die op basis van visie en goede
argumenten besluiten neemt. Een organisatie die solidair en sportief
is en waarop de samenleving kan vertrouwen. Behoud je cultuur maar
wijs afgunst en onbegrip af als niet professioneel en niet in het
belang van onze Defensie en dus ook niet in het belang van onze
samenleving.
Ik sluit af met de stelling dat alleen zo Defensie het draagvlak kan
behouden in de samenleving om verzekerd te blijven dat die samenleving
wil blijven investeren in onze organisatie.
Heren, ik hoop dat deze dag ertoe heeft bijgedragen dat wij de komende
periode met meer focus tegen onze mooie organisatie aankijken en dat
wij wat dat betreft de klokken hebben gelijk gezet.
Nieuws
Nieuwsberichten