Informatie voor de pers. Vrije Universiteit Amsterdam.
19/10/2004
---
Dubbeloratie psychologie: over internethulp en bewijsgebaseerde hulpmethoden
Twee psychologiehoogleraren houden donderdag 21 oktober hun oratie.
prof. dr. Pim Cuijpers, hoogleraar klinische psychologie vertelt in
zijn lezing Psychische ziekten van alledag over kortdurende hulp,
begeleide zelfhulp en internetbehandeling. Deze behandelingen helpen
bij veel psychische stoornissen, bijvoorbeeld burnout, en kunnen in
veel gevallen intensievere zorg vervangen, met name bij minder
ernstige stoornissen. Begeleide zelfhulp en internetbehandeling moeten
daarom beter toegankelijk worden voor mensen die er baat bij kunnen
hebben.
Het idee van Cuijpers zou veel geld kunnen besparen. Dat geldt ook
voor de plannen van prof. dr. Jack Dekker, bijzonder hoogleraar
Evidence-based psychologische Interventies in de geestelijke
gezondheidszorg. Recent Australisch onderzoek heeft aangetoond dat
wanneer mensen die een beroep doen op de geestelijke gezondheidszorg
alleen "evidence based" behandelingen zouden krijgen, de kosten in de
Australische geestelijke gezondheidszorg aanzienlijk zouden dalen en
de gezondheidswinst flink zou toenemen. Men zou mensen met
bijvoorbeeld angst, depressie of een psychiatrische stoornis dus
zoveel mogelijk behandelingen moeten geven waarvan de positieve
effecten in goed opgezet onderzoek (lees: gerandomiseerde trials)
aannemelijk zijn gemaakt. Om deze manier van werken in de Nederlandse
geestelijke gezondheidszorg te bevorderen, heeft de stichting Mentrum
Geestelijke Gezondheidszorg een bijzondere leerstoel ingesteld op de
VU: Dekker vult hem in; in zijn oratie licht hij de werkwijze verder
toe.
De ziektelast veroorzaakt door psychische stoornissen is enorm, zo
laat Cuijpers zien. Depressie heeft wereldwijd inmiddels na AIDS de
hoogste ziektelast. In Nederland zijn drie van de zes aandoeningen met
de hoogste ziektelast psychische stoornissen: angststoornissen,
alcoholverslavingen en depressie. Jaarlijks kampt een op de vijf
Nederlanders met een van deze veelvoorkomende stoornissen en ze kosten
de samenleving jaarlijks minstens zes miljard euro. Er zijn inmiddels
diverse effectieve behandelingen beschikbaar die naar schatting de
helft van de ziektelast van deze stoornissen kunnen verminderen.
Gezien de goede resultaten van deze behandelingen, is het
onwaarschijnlijk dat er snel betere behandelingen komen die de
ziektelast aanzienlijk verder kunnen terugdringen. Waar nog wel veel
van te verwachten valt, is preventie. Ook gezien de grote aantallen
ligt preventie voor hand. Zo is jaarlijks het aantal nieuwe gevallen
van depressieve stoornissen in Nederland maar liefst bijna 300.000.
Verder komen er steeds betere preventieve interventies beschikbaar.
Onderzoek laat zien dat preventieve maatregelen bij hoogrisicogroepen
ongeveer een kwart van alle nieuwe stoornissen kunnen voorkómen of
uitstellen.
De andere orator Dekker vertelt in zijn oratie wat evidence-based
hulpverlening inhoudt. De cyclus van kennis ontwikkelen, delen, wegen
en gebruiken is daarbij een belangrijk uitgangspunt. Als eerste gaat
het erom de interventies te onderzoeken op bruikbaarheid en nut.
Daarna moet men de onderzoeksbevindingen van collega-onderzoekers in
de nationale en internationale literatuur afwegen. Dat gebeurt
natuurlijk al in de reguliere geestelijke gezondheidszorg, maar door
de vele mogelijkheden van internet komt deze fase van
kennisverzameling in een geheel nieuw daglicht te staan.
Aan de hand van praktijkvoorbeelden licht Dekker met name de tweede
fase van de evidence-based werkwijze nader toe. Zo waren onderzoekers
op zoek naar de beste behandeling voor chronisch psychiatrische
patiënten, die meestal lijden aan schizofrenie en vaak een beroep doen
op de geestelijke gezondheidszorg. Het is nog maar vijftien jaar
geleden dat we begonnen met de "ontmanteling" van grote gestichten ver
weg in de duinen. Was het toen "evidence-based" om zulke grootscheepse
verhuizingen van de duinen naar de stad te starten? Verder komt
stedelijkheid als risicovolle omgeving voor mensen met een
psychiatrische stoornis en/of kwetsbaarheid aan de orde, net als de
beste keuze van een psychologische interventies bij depressieve
patiënten.
Dekker bespreekt ook hoe we de Evidence-Based Psychologie (EBP) in de
geestelijke gezondheidszorg kunnen implementeren. Allereerst, aldus
Dekker, door systematisch onderzoek te blijven doen naar de
effectiviteit van onze behandelings- en begeleidingsinterventies.
Naast de eigen onderzoeksprojecten (de ontwikkelingsfase van kennis)
is er de andere belangrijke manier om systematisch gebruik te leren
maken van onderzoeksbevindingen van anderen (de fase van kennis
wegen). Dekker bepleit de oprichting van een EBP-groep die klinische
vragen van behandelaren probeert te vertalen in vragen die op internet
zijn op te zoeken en de antwoorden weegt op toepasbaarheid en
bruikbaarheid voor de individuele cliënt.
Vrije Universiteit Amsterdam