GroenLinks

Groenen in Istanbul: Turkije houdt Europa een spiegel voor

20 oktober 2004

De discussie over de Turkse toetreding tot de EU is onlosmakelijk verbonden met een veel algemener debat, namelijk over Europa zelf. Dat concludeerden deelnemers aan een debat tijdens de Turkije-conferentie van de groene fractie in Istanbul. Het debat, over Turkije en de waarden en grenzen van de EU, werd geleid door GroenLinks europarlementariër Joost Lagendijk.

In een eerste discussieronde bespraken deelnemers in welke mate de Islam 'EU-compatible' is. In het verleden haalden conservatieve politici als reden van hun twijfels over een Turks EU-lidmaatschap vaak de religie aan: een lidstaat met meer dan 70 miljoen moslims zou de hele Unie op haar kop zetten. Nu blijkt dat het juist een 'moslim-democratische' regering gelukt is om Turkije zodanig te hervormen dat de Europese Commissie aanbeveelt om te beginnen met toetredingsonderhandelingen, lijkt dit argument aan kracht te hebben ingeboet.

Wendy Asbeek Brusse van de Nederlandse Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid stelde dat in Turkije niet de Islam, maar de relatie tussen de Islam en de Staat het probleem is. De andere deelnemers gingen hierop door. Esat Korkmaz, de vertegenwoordiger van de Alevietische gemeenschap, een Islamitische minderheid in Turkije, hekelde het feit dat door de monolithische benadering van godsdienst in Turkije (de door de staat gecontroleerde Islam wordt bevoorrecht boven andere stromingen en andere godsdiensten) religieuze minderheden te weinig vrijheid genieten.

De journalist Rusen Cakir voegde daaraan toe dat de angst dat Turkije in een soort Iran zou veranderen en de sharia zou invoeren totaal ongegrond is: omdat de Turkse samenleving in de jaren `20 de keuze gemaakt heeft voor het westerse model, is er vandaag de dag nog maar één richting die Turkije op kan, en dat is de richting van Europa. Waarop Joost Lagendijk, voorzitter van de Turkije-delegatie in het Europees Parlement concludeerde: het is niet, zoals velen vrezen, de invloed van de Islam op de staat die een probleem is, maar de te grote invloed van de staat op de Islam in Turkije. De staat moet in de toekomst meer ruimte laten aan diversiteit, ook op het gebied van religie.

Een tweede panel hield zich bezig met de aloude vraag naar de grenzen van Europa. Het debat steeg echter al snel uit boven het gebruikelijke gesteggel over de geografische afbakening van het Europese continent. Johannes Voggenhuber, Lid van het Europees Parlement voor de Oostenrijkse groenen, stelde dat de continue uitbreiding van de Europese Unie de betekenis van de Unie zelf uitholt. Immers, de 'Republiek Europa' is een Unie van waarden, en de vooruitgang die we tot nu toe geboekt hebben met het Handvest van de Grondrechten van de Europese burgers komt in gevaar als we ongeremd doorgaan met uitbreiden.

De fractieleider van de Europese Groenen, Daniel Cohn-Bendit, antwoordde hierop met een vlammend betoog over de inhoud en de zin van de Europese Unie. "Natuurlijk wordt Europa anders met Turkije erbij. De Unie van vandaag is geheel anders dan die van 1989, die van 1989 geheel anders dan die van 1963: we definiëren elke keer weer opnieuw wat Europa is, en die constante verrijking is het mooie aan het Europese idee."

De Turkse professor Ahmed Insel voegde hieraan toe dat Europa een dynamisch concept moet blijven, en dat in het huidige debat vaak vergeten wordt dat niet alleen Turkije het probleem is, maar eigenlijk de EU zelf: "Weten jullie wel hoe moeilijk het is om aan die regels te voldoen? De EU denkt Turkije een cadeau te schenken, maar het schenkt zichzelf een groot cadeau door Turkije erbij te nemen." Waarop Joost Lagendijk concludeerde dat het debat over Turkije eigenlijk het debat is over Europa zelf.

«