DUITSLAND INSTITUUT AMSTERDAM
Turkse jongeren steunen Europese samenwerking
Het Duitsland Instituut bij de Universiteit van Amsterdam (DIA)
onderzocht in het voorjaar van 2004 hoe Turkse jongeren van 15 en 16
jaar uit Nederland en Duitsland aankijken tegen de Europese Unie en de
toetreding van Turkije. De resultaten van het onderzoek worden op 25
oktober 2004 aangeboden aan staatssecretaris Atzo Nicolaï van
Buitenlandse Zaken en gepubliceerd op www.duitslandweb.nl. Aan het
onderzoek werkten zowel Turkse jongeren als jongeren van Nederlandse,
Duitse en bijvoorbeeld Marokkaanse, Libanese, Poolse en Surinaamse
afkomst mee.
Het onderzoek van het DIA laat zien dat het Europese ideaal wel
degelijk leeft onder Turkse en autochtone jongeren in de
multi-etnische stad in Nederland en Duitsland. Jongeren identificeren
zich weliswaar in eerste instantie met de stad waarin ze wonen, maar
zowel Turkse als autochtone jongeren hechten meestal even veel aan
Europa als aan Nederland of Duitsland. Turkse jongeren identificeren
zich verder ook sterk met Turkije.
Voor de eenwording van Europa - als politiek proces - bestaat brede
steun onder jongeren in de multi-etnische stad. Meer dan driekwart van
de jongeren in Nederland en Duitsland is voorstander van een
intensievere Europese samenwerking. Turkse jongeren gaan zelfs nog
verder in hun steun dan hun autochtone leeftijdsgenoten. Bijna de
helft van hen vindt dat Den Haag en Berlijn eventueel bereid moeten
zijn een deel van hun macht in te leveren als dat bijdraagt aan een
sterkere Europese Unie.
Turkse jongeren staan in meerderheid positief tegenover de Turkse
toetreding tot Europa. Van hen vindt bijna de helft dat Turkije daar
ook klaar voor is. Ze gaan er vanuit dat toetreding tot de Europese
Unie de politieke en economische ontwikkeling van Turkije ten goede
zal komen.
Volgens autochtone jongeren daarentegen is Turkije nog niet klaar om
toe te treden tot de Europese Unie. Opvallend is vooral dat een grote
meerderheid van de jongeren in beide landen vindt dat het feit dat de
bevolking van Turkije overwegend islamitisch is, geen argument mag
zijn om van toetreding af te zien.
Uit het onderzoek blijkt dat Turkse jongeren in de Duitse
multi-etnische stad op het gebied van taalbeheersing en ook wat hun
oriëntatie op de Turkse gemeenschap betreft achterblijven bij hun
Nederlandse leeftijdsgenoten. Maar Turkse jongeren in Nederland
blijken zich net zo sterk te oriënteren op Turkije als Turkse jongeren
in Duitsland. Zij identificeren zich meer met Turkije dan met
Nederland of Duitsland.
Opmerkelijk is echter dat de beheersing van de taal en een sterke band
met het land van herkomst geen belemmering vormen voor de
'maatschappelijke integratie' van Turkse jongeren in de Nederlandse en
Duitse samenleving. Oftewel, Turkse jongeren zijn niet minder 'goede'
burgers dan hun autochtone leeftijdgenoten. Zo hebben Turkse jongeren
over het algemeen meer vertrouwen in de verschillende maatschappelijke
instituties dan autochtone jongeren. Turkse jongeren in Nederland
lezen zelfs vaker de krant dan autochtone jongeren.
Het beschrijvend sociaal-wetenschappelijk onderzoek werd uitgevoerd in
het kader van een afstudeeronderzoek in samenwerking met de
Universiteit Utrecht en met financiële ondersteuning van het
Ministerie van Buitenlandse Zaken.