15-10-2004, NOS, Met het oog op morgen, Radio 1, 23.07 uur
VICE-MINISTER-PRESIDENT ZALM, NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE
MINISTERRAAD, OVER COALITIEVOORSTEL TIJDELIJKE ONTHEFFING
MINIMUMLOON
CARASSO:
Geldt voor u ook wat voor minister De Geus geldt: volwaardig werk voor volwaardig loon?
ZALM:
Ja, het minimumloon dat we nu hebben, daar zijn geen voornemens van het kabinet betreft om
dat te gaan verlagen.
CARASSO:
Dat is ook niet het voornemen van de coalitie. Wat mogelijk ter discussie staat is: kan iedereen
er aanspraak op maken. Wat is daarom volgens het kabinet volwaardig werk?
ZALM:
Er zijn nu al mogelijkheden dat als mensen in de bijstand zijn geraakt, of in de WW zijn
geraakt, om ze tijdelijk ook ergens aan de slag te helpen beneden minimumloon. Maar dat kan
alleen maar op tijdelijke basis, zoals dat ook past in de groei naar een volwaardige baan.
CARASSO:
De coalitie denkt aan een periode van twee jaar, gecombineerd met een leertraject. Noem je dat
een volwaardige baan?
ZALM:
Dat hangt een klein beetje van het traject af, maar dat moeten we nog maar eens verder met
elkaar bespreken. Er zijn nu al mogelijkheden om zelfs onbetaald ergens een stage te doen om
te kijken of het later misschien een baan zou kunnen worden. Dan werkt je zelfs voor nul.
Werken met behoud van uitkering heet dat dan. Er zijn ook mogelijkheden om met een
gedeeltelijke beloning te werken.
CARASSO:
Waar liggen dan die grenzen wat het kabinet betreft?
ZALM:
Wat het kabinet betreft is dat permanent werk beneden minimumloon absoluut niet kan.
CARASSO:
Maar twee jaar wel?
ZALM:
Dat moeten we maar eens kijken of dat in sommige gevallen van nut is. Twee jaar vind ik wel
een lange periode. Maar dat je, om iemand weer volwaardig aan de slag te krijgen, met een
tijdelijke ontheffing van het minimumloon komt, dat dat van nut kan zijn, dat hebben we nu
ook al in het bestaande beleid.
CARASSO:
Dus eigenlijk is dit voorstel een beetje onzinnig?
ZALM:
Ik vermoed dat de coalitie vindt dat we daar misschien nog wel meer mogelijkheden voor
zouden moeten creëren. Nou, daar willen we wel over in gesprek. Maar niet over een algemene
loslating van het minimumloon.
CARASSO:
Zou het helpen, denkt u, om mensen zo aan het werk te krijgen?
ZALM:
Voor sommige individuen kan dat helpen. Niet naar mijn gevoel dé grote oplossing voor dé
problemen in Nederland, maar als je daarmee een mens op een gegeven moment meer kans
geeft om weer een normale baan te krijgen, dan is dat altijd iets om naar te kijken.
CARASSO:
En is het kabinet dan bereid om het loon van die werknemers aan te vullen?
ZALM:
Dat zijn ook mogelijkheden. We hebben in Nederland een sociaal minimum, dus we hebben
ook een bijstandsnorm en we hebben ook minimumuitkeringen in de WW, dus we hebben een
inkomensniveau wat gegarandeerd moet worden.
CARASSO:
De oppositie vond de antwoorden van De Geus te vaag, vond dat hij te weinig afstand nam
van de coalitie. Ze dienden een motie van wantrouwen in. Schok u daarvan?
ZALM:
Ja, het is meer een soort publiciteitsstunt dan dat dat nu echt serieus moet worden genomen.
CARASSO:
Maar de Geus wordt langzamerhand wel door iedereen als kwaaie pier gezien. Begint dat toch
niet een probleem te vormen?
ZALM:
Nou, in ieder geval probeert de oppositie dat beeld natuurlijk verder te versterken, en daar was
die motie voor bedoeld. Maar ja, dat zij dan zo.
CARASSO:
Maar kan dat geen lastige gevolgen hebben op termijn? Ook iemand als Robin Linschoten
heeft veel kritiek - een kroonlid van de SER - de vakbonden, hij wordt door iedereen als de
kwaaie pier gezien.
ZALM:
Er zijn zelfs mensen die niet bij gesprekken geweest zijn en precies weten wat er gezegd is,
menen ze. Ik denk dat je niet zo snel met je oordeel moet klaar staan als je een oordeel geeft
van een gesprek waar je nooit zelf bij bent geweest. Dat speelde in dit geval.
CARASSO:
Even over het proces, de gang van zaken rondom dit voorstel van de coalitiefracties. Ik heb
begrepen dat u niet door de VVD-fractie bent ingelicht van te voren. U heeft het in de krant
gelezen. Vindt u dat vervelend?
ZALM:
Nee hoor, dat vind ik geen enkel probleem. Dat past in een dualistisch systeem.
CARASSO:
U dacht niet: waar komen ze nu weer mee, nu dit weer?
ZALM:
Dat is democratie, dat het parlement de regering controleert en soms ook met eigen ideeën
komt. Ik vind dat allemaal prima.
CARASSO:
Daar heeft het kabinet geen last van?
ZALM:
Nee. Als we echt iets onaanvaardbaar vinden, dan zullen we dat wel zeggen.
CARASSO:
Toch worden ministers als Hoogervorst en De Geus in een lastig parket gebracht, dat zag je
ook aan het debat van gisteravond. Dat kan het kabinet toch niet leuk vinden.
ZALM:
Het is natuurlijk nooit goed hè, of alles wordt van te voren geregeld in een achterkamer, dan
zeg je: oh, wat een kleffe boel, achterkamertjespolitiek. Dan gaat het op deze manier, van dat
partijen met iets komen en niet van te voren hebben gecheckt bij het kabinet van vinden jullie
dat wel goed...
CARASSO:
U vindt dat wel verfrissend?
ZALM:
Ik vind dat betrekkelijk normaal ja. Zo hoort een parlement te functioneren. Zo zou ik het zelf
ook doen als ik daar in dat parlement zat, denk ik.
CARASSO:
Toch als je kijkt naar de verhoudingen met de sociale partners, het kabinet hoopt voorzichtig
die verhouding te verbeteren. Nu zei De Geus gisteravond in het debat: het is niet goed voor
het klimaat met de sociale partners. Dat wordt dus veroorzaakt door de fracties van de coalitie
in de Tweede Kamer. Daar kunt u toch niet blij mee zijn?
ZALM:
Iedereen heeft gescheiden verantwoordelijkheden. Het kabinet en de partners hebben
onderling een probleem, maar ik geloof niet dat de partners ons kwalijk zullen nemen dat de
Tweede Kamer iets doet. Wij willen met de sociale partners weer in gesprek, dat is ook iets
voor de regering, niet voor het parlement. Dan lijkt mij sterk dat wij een probleem krijgen als
de Kamer iets zegt wat de vakbeweging niet zint. Het gaat de vakbeweging om de relatie met
het kabinet
CARASSO:
Toch zei De Geus: het is niet goed voor het klimaat.
ZALM:
Nee, voor het klimaat is het niet goed, en de timing had misschien wat anders gekund. Ik blijf
er bij dat een Tweede Kamer en een fractie moet kunnen zeggen wat ze vinden.
CARASSO:
Dus de volgende keer als het kabinet-Verhagen, zoals Marijnissen het noemt, weer een plan
heeft, dan vindt u het goed dat gewoon in de krant te lezen?
ZALM:
Ik hoef niet persé overal over te worden ingelicht. Dat vind ik niet nodig. Het is aan de andere
kant wel onze verantwoordelijkheid, als het plan ons niet zint, dan ook te zeggen: daar doen we
niet aan mee. Dat is dan ons recht weer.
CARASSO:
Tot nu toe nog niet gebeurd hè?
ZALM:
Nee, ik vond eerlijk gezegd die wijzigingen die men heeft voorgesteld rond de begroting,
waarbij met name de vpb-verlaging op een andere manier gefinancierd is, ook niet zo'n slecht
voorstel. Dus daar had ik ook weinig moeite mee. En dat men bij Onderwijs zegt: die
voorstellen, laat Onderwijs nu bij de begroting helemaal in tact, dat vond ik ook niet de
grootste ramp die mij overkomen is. Men had ook keurig alles netjes gedekt.
CARASSO:
U leert nog wat van ze.
ZALM:
Iedereen mag, als het goed gedekt is, altijd met goede voorstellen komen.
(Letterlijke tekst, ongecorrigeerd, WI)
Ministerie van Algemene Zaken