Federale regering Belgie
Gebruik van informatica op douanegebied
(2004-10-15)
Persbericht van de Ministerraad
Op voorstel van de heer Karel De Gucht, Minister van Buitenlandse
Zaken, keurde de Ministerraad een voorontwerp van wet goed, houdende
instemming met internationale akten, meer bepaald met de overeenkomst
opgesteld op grond van artikel K. 3 van het Verdrag betreffende de
Europese Unie, dat over het gebruik van informatica op douanegebied
handelt.
De overeenkomst over het gebruik van informatica op douanegebied werd
met eenparigheid van stemmen door de Raad van de Europese Unie
aangenomen en op 26 juli 1995 te Brussel door de ambassadeurs van de
lidstaten van de Europese Unie ondertekend. Dezelfde dag heeft de Raad
de overeenkomst opgesteld en de lidstaten aanbevolen ze volgens hun
onderscheiden grondwettelijke regels aan te nemen (*).
De overeenkomst richt op het niveau van de Europese Unie een
geautomatiseerd informatiesysteem in, "Douane Informatie Systeem"
genaamd (DIS). Met het oog op de intensivering van de strijd tegen de
fraude, zal het concrete gegevens bevatten over niet
gecommunautariseerde materies, zoals onder andere drugs, wapens en
militair materieel.
In de praktijk bestaat het DIS uit een centrale gegevensbank bij de
Commissie van de Europese Unie die in elke lidstaat door middel van
terminals toegankelijk is. Het gaat dus om een gemeenschappelijk
gegevensbestand dat nationale gegevens bevat en waartoe elke lidstaat
rechtstreeks toegang heeft door middel van terminals op haar
grondgebied. Ze bevinden zich hoofdzakelijk op de belangrijkste
plaatsen van binnenkomen en uitgaan, en in de grote zee- en
luchthavens.
Inhoudelijk bevat het systeem uitsluitend gegevens, ook
persoonsgegevens, die noodzakelijk zijn om het doel van het DIS te
verwezenlijken: bijdragen tot het voorkomen, onderzoeken en vervolgen
van ernstige overtredingen van nationale wetten. De gegevens zijn
onderverdeeld in volgende zes categorieën die onder de vorm van
gestandaardiseerde schermen worden voorgesteld: goederen,
vervoermiddelen, bedrijven, personen, trends met betrekking tot fraude
en beschikbaarheid van deskundigheid.
De overeenkomst heeft bovendien een zeer strikt juridisch kader
geschapen, om de persoonlijke vrijheden te beschermen.
Gegevens in de categorieën goederen, vervoermiddelen, bedrijven en
personen mogen uitsluitend in het systeem worden ingevoerd voor
welbepaalde handelingen, zoals waarneming, onopvallende of gerichte
controles.
Rechtstreekse toegang tot gegevens in het douane-informatiesysteem is
voorbehouden aan de nationale douaneadministraties. Andere nationale
of internationale autoriteiten kunnen echter toegang krijgen, wanneer
ze eveneens voor de doeleinden bevoegd zijn die in de overeenkomst
omschreven zijn. Voor elke autoriteit moet worden aangegeven tot welke
gegevens en voor welke doeleinden ze toegang kan hebben. De lidstaten
kunnen echter met eenparigheid van stemmen toegang verlenen aan
internationale organisaties, zoals EUROPOL.
De lidstaten mogen gegevens die uit het douane-informatiesysteem zijn
verkregen, eveneens voor administratieve of andere doeleinden
gebruiken, als ze de voorafgaande toestemming verkrijgen van de
lidstaat die de gegevens in het systeem heeft ingevoerd en als ze de
voorwaarden die de lidstaat eventueel gesteld heeft in acht nemen.
Onder hetzelfde voorbehoud kunnen gegevens verkregen uit het DIS
eveneens worden doorgegeven voor gebruik door andere dan de aangewezen
nationale autoriteiten, aan derde landen en aan internationale
organisaties die de gegevens wensen te gebruiken.
De overeenkomst stelt een Comité in dat uit vertegenwoordigers van de
nationale douaneadministraties bestaat. Bij de werkzaamheden ervan
wordt de Commissie betrokken. Het Comité is verantwoordelijk voor de
tenuitvoerlegging en de juiste toepassing van de Overeenkomst, en voor
de goede werking van het douane-informatiesysteem wat de technische en
operationele aspecten betreffen. Op nationaal vlak moet elke lidstaat
een bevoegde douaneautoriteit aanwijzen die moet waken over de goede
werking van het DIS op haar grondgebied.
Het invoeren van gegevens in het systeem vindt plaats overeenkomstig
de wetgeving van de lidstaat die de gegevens verstrekt. Het gebruik
van gegevens vindt plaats overeenkomstig de wetgeving van de lidstaat
die de gegevens gebruikt. Het systeem wordt in elke lidstaat beschouwd
als een nationaal gegevensbestand dat is onderworpen aan de nationale
wetgeving inzake gegevensbescherming en aan de eventueel stringentere
bepalingen over de overeenkomst.
De werkzaamheden met betrekking tot de goedkeuring van de
overeenkomst, het akkoord en de protocollen die erop betrekking
hebben, worden aangevat.
Eens het operationeel is als gegevensbestand, zal het DIS een
waardevol instrument zijn voor de versterking van de
douanesamenwerking in de strijd tegen de fraude en zulks met respect
voor het privé leven.
(*) op 27 november 1995 in het Publicatieblad van de Europese
Gemeenschappen nr. C 316 gepubliceerd