Time : 12:06:12 PM
Date : Friday, October 15, 2004
Sender Name: Clinique Saint-Jean - Kliniek Sint-Jan
Werelddag van de menopauze (18/10/2004): de houding van gynaecologen tegenover hormonale substitutietherapie
de houding van gynaecologen tegenover hormonale substitutietherapie
De menopauze verwijst naar het definitief wegvallen van de
menstruatie door verlies van activiteit van de ovaria.
De menopauze veroorzaakt tal van min of meer ernstige ongemakken bij
de vrouw: warmteopwellingen, slaapstoornissen, stemmingsstoornissen,
verminderde libido, nachtelijk zweten en emotionele instabiliteit.
Dat zijn de acute climacterische symptomen.
Dan volgen andere symptomen die te wijten zijn aan het
oestrogeentekort: urinaire problemen (incontinentie en
blaasinstabiliteit) en stoornissen van de seksuele functie (droge
vagina).
Op lange termijn treden problemen op die te maken hebben met het
verouderen, meer bepaald osteoporose en hart- en vaatziekten.
Is een hormonale substitutietherapie al dan niet aangewezen?
Toediening van een hormonale substitutietherapie (HST) aan
gemenopauzeerde vrouwen vermindert die symptomen en verbetert de
levenskwaliteit. Die hormonen hebben ook een preventief effect op
osteoporose.
Een Amerikaanse studie uit 2002 (Women Health Initiative) heeft
echter aangetoond dat de combinatie oestrogenen-progestativa het
risico van borstkanker, cardiovasculaire problemen en trombose
verhoogt.
Een HST mag dan ook enkel worden voorgeschreven zolang dat nodig is
en in de laagste dosis die nog doeltreffend is.
De belangrijkste bekommernis van vrouwen bij een langdurige hormonale
behandeling is zeker de grotere kans op borstkanker. Veel studies
hebben inderdaad aangetoond dat de kans op ontwikkeling of versnelde
groei van borstkanker correleert met de duur van blootstelling aan
hormonen.
Een behandeling met oestrogenen alleen blijkt het minst riskant te
zijn, maar kan enkel worden overwogen bij vrouwen die geen baarmoeder
meer hebben. Zo niet moet de werking van de oestrogenen worden
tegengegaan door toediening van een progestativum om de kans op
endometriumkanker te verkleinen.
Ook de wijze van toediening kan van belang zijn.
Bij urogenitale klachten kan lokale (vaginale) toediening van
hormonen volstaan.
Bij een systemische behandeling is transdermale toediening te
verkiezen boven perorale toediening (minder kans op trombose).
Als men beslist een hormonale substitutietherapie voor te schrijven
om de levenskwaliteit te verbeteren, moet men dan ook regelmatig de
borsten (jaarlijkse mammografie) en de geslachtsorganen controleren
en eventuele cardiovasculaire problemen aanpakken.
Men moet uiteraard bijzonder voorzichtig zijn als er nog andere
risicofactoren zijn zoals roken en familiale antecedenten van
hartproblemen, trombo-embolie en borstkanker. Bij een gezonde vrouw
zal een hormonale behandeling in principe geen bijkomende aandoening
veroorzaken, maar bij vrouwen met een hoog risico ligt dat wel
anders.
Bestaan er alternatieven voor HST?
Ja, meer bepaald tibolon, SERM's en fyto-oestrogenen.
Tibolon is een synthetisch geneesmiddel dat een beschermende
oestrogene werking heeft op het bot en waarschijnlijk een neutraal
effect heeft op de borsten. Het heeft een gunstig effect op de
seksuele functie en de warmteopwellingen.
SERM's (selectieve oestrogeenreceptormodulatoren) hebben dezelfde
gunstige effecten op osteoporose als oestrogenen en verkleinen het
risico van borstkanker, maar hebben geen effect op de
warmteopwellingen.
Tot besluit, bij de behandeling van gemenopauzeerde vrouwen zullen we
eerder proberen de levenskwaliteit te verbeteren dan eventuele latere
bot- en hartproblemen te voorkomen. Er is dus geen enkele reden om
een HST langer te geven dan nodig is. Bovendien moeten behandelde
patiënten van dichtbij worden gevolgd, met een constante dialoog
tussen de arts en de patiënte en een herevaluatie van de voordelen en
risico's.
Naar een gesprek met Dr. Xavier De Muylder, Diensthoofd Gynaecologie
van de Kliniek Sint-Jan, bij wie u terecht kan voor meer inlichtingen
en informatie.
Meer informatie:
Kliniek Sint-Jan
Kruidtuinlaan 32
1000 Brussel
Dr. X. De Muylder
Dienst Gynaecologie
Diensthoofd Gynaecologie
Tel.: 02 221 99 42
Perscontact:
Mevr. Chantal De Witte
Tel.: 02 221 94 47
chdewitte@klstjan.be
URL: http://www.clstjean.be
http://www.klstjan.be