ERNST AND YOUNG
ERNST & YOUNG: stijging groothandelsprijzen detailhandel
Nieuw rapport Ernst & Young beschrijft prijsontwikkelingen in de
sectoren Kleding, Voedingsmiddelen en Drank, en Woninginrichting in
twaalftal landen
ROTTERDAM (14 OKTOBER 2004) - Volgens het vandaag door Ernst & Young
gepubliceerde Global Pricing Trends Report wordt de detailhandel in
een groot aantal landen na een periode van bijna 5 jaar van deflatie
of geringe inflatie geconfronteerd met een stijging van de inflatie.
Uit het rapport blijkt dat bulkgoedprijzen op de goederenmarkt
halverwege 2004 zijn gaan stijgen, waardoor ook de groothandelsprijzen
omhoog gingen. Hans Beeftink van Ernst & Young, zegt hierover het
volgende: 'Als gevolg van forse stijgingen van de olieprijzen zijn de
consumentenuitgaven gedaald en is de inflatie gestegen, waardoor
verkoopmarges steeds kleiner zijn geworden. De belangrijkste vraag is
nu wanneer en in welke mate de detailhandel haar prijzen verhoogt'.
'De reactie van de detailhandel op de inflatie is afhankelijk van een
aantal factoren', aldus Beeftink. 'Allereerst is de kracht van de
economie waarin de detailhandelaar actief is belangrijk. Een zich
herstellende of krachtige economie is beter in staat prijsstijgingen
op te vangen dan een zwakke economie. Een tweede factor betreft de
operationele efficiency van de detailhandelaar. Zij die een grote mate
van efficiency tot stand gebracht hebben zijn beter opgewassen tegen
hogere inflatie. Om de meest effectieve beslissingen omtrent
prijsstellingen te kunnen nemen dienen detailhandelaars op de hoogte
te zijn van de verhoudingen op zowel de wereldwijde als regionale
markten waarin zij actief zijn'.
Het rapport van Ernst & Young, opgesteld op basis van economische
gegevens, marktinformatie en informatie van de overheid over een
periode van 6 jaar, betreft een momentopname in de ontwikkelingen
gedurende 5 jaar op het gebied van wereldwijde detailhandels- en
consumentenproducten, alsmede macro-economische ontwikkelingen die hun
weerslag hebben op prijsstellingen in drie van de grootste
consumentensectoren, te weten kleding, voedingsmiddelen en drank, en
woninginrichting. De detailhandelseconomieën van de 12 betreffende
landen worden hierin als volgt gekarakteriseerd:
- Succes in Europa: Verenigd Koninkrijk (V.K.), Spanje
- Stabiele Groei: Canada, Australië
- Structurele Hervorming: Duitsland, Frankrijk, Nederland,
Zwitserland
- Transformatie: Japan, Zuid-Afrika, Israël
- Ommekeer: Verenigde Staten (V.S.)
Het rapport concludeert tevens dat de economie van de V.S. het meest
afhankelijk is van de omzet in de detailhandel: ruim 3 biljoen dollar
is afkomstig van de sector detailhandel. Japan is op afstand tweede
met een omzet van 938 miljard dollar, gevolgd door Duitsland, het
V.K., en Frankrijk, met omzetten variërend van 334 tot 367 miljard
dollar.
Het rapport omschrijft de volgende ontwikkelingen met gevolgen voor de
wereldwijde detailhandel en consumentengoederenproducenten als de
belangrijkste:
- Koopjesjagers: Als gevolg van de wereldwijde nadruk op spaarzaamheid
is de massahandel in voedingsmiddelen en kleding het populairste
segment in de detailhandel geworden. Dit gaat ten koste van
winkelwarenhuizen in meer ontwikkelde landen. Zelfs de Japanners
- normaal gesproken gek op merknamen - gaan steeds vaker op
koopjesjacht als gevolg van de langdurige economische recessie in hun
land.
- Overheidsregelgeving: In een groot aantal landen is regelgeving van
kracht die ziet op arbeidsomstandigheden, openingstijden, en
detailhandelsuitbreiding. De impact van strenge wetgeving op het
gebied van 'big stores' en hypermarkten in zowel Duitsland als
Frankrijk is enorm.
- Wereldwijde uitbreiding en consolidatie: In Europa en Japan is de
wereldwijde uitbreiding, met name via overnames, van megadetaillisten
aan de orde van de dag. Hierdoor worden deze markten verder
geconsolideerd. De belangrijkste consolidatie vond plaats in de V.S.,
waar de concurrentie in sommige sectoren van vijf naar drie
toonaangevende spelers is teruggebracht.
- Concurrentie en overcapaciteit: De concurrentie in de wereldwijde
detailhandel is zeer groot als gevolg van het feit dat de
winkeloppervlakte te groot is en het aantal consumenten te klein. Deze
tendens is met name merkbaar in de V.S., Israël en Zwitserland.
- 'Channel blurring': De concurrentie in sommige landen is dermate
hevig dat detailhandelaars in één bepaalde sector zich op het
grondgebied van andere sectoren gaan begeven. De bekendste voorbeelden
betreffen die in de voedingsmiddelensector in Canada en de V.S. Naast
de traditionele supermarkten worden voedingsmiddelen tevens verkocht
in 'supercenters', 'warehouse clubs', 'dollar stores', 'big box
retailers', en drogisterijen.
- Prijsdeflatie in de kledingsector: Van de 12 landen die in het
rapport worden besproken heeft alleen Spanje in de afgelopen 5 jaar
geen prijsdeflatie gekend. De hoogste prijsdeflatie op het gebied van
kleding werd genoteerd in Israël, Zuid-Afrika, het V.K., Nederland, en
Zwitserland. Opgemerkt dient te worden dat deze deflatie niet het
gevolg is van de economische situatie, maar van een aantal andere
factoren:
- De groei van de lage lonen arbeidsmarkt in opkomende landen
- Productiviteitsverbeteringen bij producenten dankzij technologische
vooruitgang
- Overcapaciteit en de groei van het winkelaanbod met laaggeprijsde
huismerken
Voor meer informatie of exemplaren van Ernst & Young's Global Pricing
Trends Report kunt u contact opnemen met:
Toby Ellson
010 406 53 64
06 290 84 762
15 okt 04 11:37