Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 2509 LV Den Haag der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33

Uw brief Ons kenmerk
d.d. 1 oktober 2004, 107-04-SZW Proj. Walvis/SUB/04/69516

Onderwerp Datum
rol Algemene Rekenkamer bij Wfsv-proces 8 oktober 2004

In uw brief van 1 oktober 2004, kenmerk 107-04-SZW, geeft u aan geïnformeerd te willen worden over de resultaten van de consultatie van de Algemene Rekenkamer. Tevens verzoekt u mij aan te geven of er bij nader inzien toch onderzoek door de Algemene Rekenkamer wenselijk is op enkele specifieke punten. Naar aanleiding van uw verzoeken bericht ik u, mede namens de Staatssecretaris van Financiën, het volgende.

Ik heb u tijdens de behandeling van de Wet financiering sociale verzekeringen (Wfsv) toegezegd mijn oor bij de Algemene Rekenkamer te luisteren te leggen, om gebruik te maken van de expertise van de Algemene Rekenkamer die in de loop der jaren met soortgelijke projecten is opgebouwd.
Vanaf begin september zijn er gesprekken gevoerd met de Algemene Rekenkamer. Doel van deze gesprekken was invulling te geven aan de mogelijke rol van de Algemene Rekenkamer in dit project.

In de gevoerde gesprekken heeft de Algemene Rekenkamer aangegeven zich te oriënteren op hun mogelijke rol. Daarbij is aan de Algemene Rekenkamer de suggestie meegegeven te adviseren vanuit praktijkervaringen van andere Algemene Rekenkameronderzoeken naar soortgelijke projecten. Ten aanzien van uw verzoek om de Algemene Rekenkamer onderzoek te laten doen op enkele specifieke punten ben ik van mening dat er ten opzichte van de Tweede Kamerbehandeling van de Wfsv geen nieuwe inzichten zijn gebleken. Ik zie thans dan ook geen aanleiding voor een dergelijk onderzoek. Wel is de Algemene Rekenkamer gevraagd inzicht te geven in de toetspunten die gebruikelijk worden gehanteerd bij toetsing achteraf van soortgelijke projecten als Walvis en de Samenwerking UWV en Belastingdienst. Ik zie de reactie van de Algemene Rekenkamer met belangstelling tegemoet.

2

Na ontvangst van de reactie van de Algemene Rekenkamer zal ik, met de Staatssecretaris van Financiën, bezien of en op welke wijze invulling kan worden gegeven aan de rol van de Algemene Rekenkamer in dit project. Indien de Algemene Rekenkamer voor 1 december 2004 zijn reactie geeft, zal ik u daarover bij het aanbieden van de eerste halfjaarrapportage informeren.

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(mr. A.J. de Geus)