VVD



Nieuws

7 okt 2004 - Vragen over de aanslag op de
Nederlandse militairen in het zuiden van Irak

In het zuiden van Irak is op donderdag 7 oktober een aanslag gepleegd op Nederlandse militairen. Een konvooi van acht voertuigen werd aangevallen in de stad Ar-Rumaythah. VVD-Tweede-Kamerlid Hans van Baalen wil van de ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie onder andere weten wat de precieze omstandigheden waren rondom deze aanval. Hieronder treft u de vragen.

Vragen van het lid Van Baalen (VVD) aan de ministers van Buitenlandse zaken en Defensie over een aanslag op Nederlandse militairen in Ar-Rumaythah, Zuid-Irak

1. Heeft u kennisgenomen van het bericht over de aanslag op Nederlandse militairen aan de rand van Ar Rumaythah op donderdag 7 oktober 2004, zoals vermeld op de internet-krant van De Telegraaf?

2. Kunt u aangeven wat de precieze omstandigheden rondom deze aanval waren? Gaat het om hetzelfde deel van de stad als bij de aanslag van 14 augustus j.l.? Zijn er aanwijzingen dat de dezelfde daders hierbij betrokken waren? Is het wederom waarschijnlijk dat de daders van buiten Al Muthanna afkomstig waren?

3. Hoe was het in dit concrete geval gesteld met de informatievoorziening van de Nederlandse militairen? Waren reeds inspanningen verricht om in Ar Rumaythah weer een eigen Nederlandse informatiepositie te verwerven? Waren er aanwijzingen dat opnieuw een aanslag in deze stad op handen was? Zo ja, waren terzake inlichtingen door de lokale Iraakse autoriteiten aan de Nederlandse troepen verstrekt?

4. Hoe ontwikkelt zich de relatie met de lokale bevolking en de inlichtingenpositie van het Nederlandse contingent sinds de aanslag van 14 augustus j.l.? Zijn er sindsdien duidelijke resultaten geboekt met betrekking tot de verbetering van de inlichtingenpositie?

5. Vormt deze nieuwe aanslag een extra prikkel om de Iraakse autoriteiten in Al Muthanna onder druk te zetten om extremisten aan te pakken?

7 oktober 2004