ChristenUnie


Bijdrage debat Algemene Financiële Beschouwingen 2005 Dinsdag 5 Oktober 2004 - 20:00

Bron: ongecorrigeerd stenogram

André Rouvoet: Mijnheer de voorzitter. Ik dank de collega's voor hun collegialiteit en soepelheid.

Volgens de Miljoenennota denkt het kabinet met zijn hervormingsagenda "de geloof-waardigheid van de politiek te vergroten en het vertrouwen van de kiezers te herwinnen." Dat het vertrouwen van de kiezers in een deftig stuk als de Miljoenennota ter sprake komt, heeft vermoedelijk alles te maken met het economische belang ervan. De Macro Economische Ver-kenning bevatte hierover een opmerkelijke passage: tegenover de negatieve bestedingseffec-ten op korte termijn staan positieve vertrouwenseffecten van de betere vooruitzichten op lan-gere termijn, maar "vooralsnog lijkt de stemming onder burgers en bedrijven meer bepaald te worden door onzekerheid over de gevolgen van de diverse maatregelen voor de eigen situa-tie, mede gevoed door spanningen tussen het kabinet en de sociale partners". Wordt hier niet een fundament onder de visie van het kabinet ter discussie gesteld? Wordt de theorie over positieve vertrouwenseffecten niet keihard ingehaald door de praktijk? Burgers die ondanks alle bezuinigingen nog geld overhouden, kiezen voor sparen in plaats van besteden, zo bleek uit recent CBS-onderzoek. Het kabinetsbeleid lijkt in de breedte het herstel van de economie eerder te frustreren dan te bespoedigen. Graag een reactie.

Vertrouwen moet je winnen en dat hebben de coalitiefracties vorige week geprobeerd door enkele scherpe kantjes van het beleid af te vijlen. Dat is op zichzelf genomen winst, al is daarmee het vertrouwen in de politiek nog niet terug. Kabinet en vakbeweging zullen over hun schaduw moeten springen om weer aan tafel te gaan zitten. Mijn fractie wil dat bevor-deren. Daar lag voor ons de kern van de gezamenlijke oppositieoproep twee weken geleden. Vanmiddag gaf de minister bij het vragenuurtje een tweeslachtig signaal: hij staat open voor alles en iedereen, zelfs zonder voorwaarden vooraf, maar wil over VUT en prepensioen niet meer praten. Ik erken dat er al één en ander ten goede is veranderd. Denk aan de verruiming van de overgangsregeling naar 56 jaar, niet 55 jaar, ten opzichte van de oorspronkelijke plannen en aan de passage en de motie van de heer Herben over slijtende beroepen. Dat een en ander ten goede is veranderd, zou ook de vakbeweging moeten willen erkennen. Maar het onderwerp buiten de orde verklaren, zoals de minister vanmiddag deed bij het vragenuurtje, verhindert ieder zinvol gesprek. Ons standpunt is: waar twee vechten hebben twee schuld. Kabinet noch vakbeweging zijn zonder fouten geweest. Beiden moeten ertegen waken in een uitzichtloze prestigestrijd te belanden. Daarom is mijn oproep aan het kabinet: vraag de voorzitter van de SER daarom aan het werk te gaan om een gezamenlijke gespreksagenda op te stellen. Het in gang gezette wetgevingstraject kan geen argument zijn om niet te onderhandelen, want daar kan te allen tijde worden ingegrepen met een nota van wijziging. Ik reken dan ook op meer beweging in dit debat en krijg graag een reactie.

Over de coalitievoorstellen zou ons nog een brief bereiken. De dekking van de motie-Verhagen stuit voor mijn fractie op groeiende bezwaren. Waar het grijze kenteken voor particulieren door het kabinet geleidelijk zou worden afgebouwd, valt voor particulieren door het coalitievoorstel per 1 januari al direct de bijl. Mijn fractie zou particulieren liever nog een of twee jaar de gelegenheid geven hun financiën daarop aan te passen. Ik reken op sympathie bij de collegas en kom bij de behandeling van het Belastingplan zeker hierop terug met concrete voorstellen.

Daarom doe ik ook tijdens dit debat een poging om sympathie te verwerven voor twee voorstellen uit het plan van de ChristenUnie voor het inkomensbeeld 2005. Die voorstellen beogen een bijdrage te leveren aan het financieel en economisch herstel. Allereerst de solida-riteitsdag. In de zomer opperden diverse bewindslieden de gedachte dat Nederlanders langer moeten werken. D66-minister Brinkhorst onderbouwt dit door Nederlanders verwend en lui te noemen. Je kunt het natuurlijk ook anders aanpakken door een duidelijk doel te verbinden aan langer werken. Ik verwijs naar het Franse voorbeeld, waar werknemers nationaal zijn opge-roepen om een dag meer te werken bij gelijkblijvende betaling, om zo heel direct bij te dragen aan de betaalbaarheid van de ouderenzorg. Zon direct beroep op de solidariteit motiveert werknemers aanmerkelijk beter dan de benadering van minister Brinkhorst. In ons inkomens-plan hebben wij ons met ons voorstel voor een solidariteitsdag noodzakelijkerwijs beperkt tot de publieke sector, omdat een dag langer werken uit solidariteit, zoals de minister vorige week al aangaf in zijn rol van waarnemend minister-president, in de marktsector de inzet vergt van de sociale partners. Ik hoop dan ook dat het klimaat tussen kabinet en sociale part-ners weer dusdanig verbetert, dat dit pleidooi wordt opgepikt. De effecten van een dergelijke solidariteitsdag zijn veelbelovend: behalve dat er meer handen aan het bed, meer leraren voor de klas en meer politieagenten op straat komen, blijkt uit pagina 28 van de Macro Econo-mische Verkenning2005 dat het effect op het bruto binnenlands product en het EMU-saldo gunstig zal zijn.

De minister noemde dit vorige week al een interessante gedachte. Ik hoop dat ik hem er deze week toe kan bewegen zich in enigerlei vorm voor een solidariteitsdag in te zetten. Op dat punt zal ik in tweede termijn, afhankelijk van de reactie van de minister, het indienen van een motie overwegen.

Voorzitter. Het andere punt betreft de stimulans voor werkgevers om oudere werkne-mers in dienst te houden of te nemen. Ook hierop reageerde de minister positief. Ik wil hem vragen of hij samen met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de Kamer een brief wil sturen waarin hij ingaat op de belemmeringen die werkgevers ervaren bij het in dienst nemen of houden van oudere werknemers. Verder vragen wij hem hierbij de door ons voorgestelde afdrachtsvermindering voor oudere werknemers te betrekken. Mijn fractie zou het streven van de minister om het vervroegd uittreden te ontmoedigen, ondersteunen, zij het dat wij kritiek hebben op de wijze waarop dit nu gebeurt. Daarover hebben wij echter in de afgelopen weken uit-en-ter-na met elkaar gesproken. Als de minister het vervroegd uittreden wil ontmoedigen, kan hij echter niet voorbijgaan aan de moeite die het ouderen kost om een geschikte baan te vinden en om aan het werk te blijven. Met andere woorden, er zal gestimuleerd moeten worden.

Voorzitter. Bezuinigen was dit jaar ook het devies bij de opstelling van de Miljoenen-nota. Dat bleek uit de omvang ervan. Zij was maar liefst honderd pagina's dunner dan vorig jaar. Er bereikten ons ook andere signalen. In Trouw stond de afgelopen week dat de Belas-tingdienst door eigen fouten en door fouten in het aangifteprogramma te weinig geld binnen-haalde. Verder begrijp ik dat bij de Belastingdienst recent het budget Bijzondere beloningen weer actief is gemaakt, terwijl dat aanvankelijk was bevroren. Hierdoor is ineens, als ik het goed begrijp: geforceerd, 30% van alle medewerkers van de Belastingsdienst in aanmerking komen voor een kwart tot twee maandsalarissen extra. Het zou daarbij gaan om een bedrag van zeker 25 mln. Mijn vraag is of dit klopt en of dit alleen bij de Belastingsdienst speelt. Mijn belangrijkste vraag aan de minister is: hoe legt u dat nu uit na alle verhalen over de broekriem aanhalen door iedereen en na het debat dat wij hebben gehad over de uitwassen bij de beloning van ambtenaren van O, C en W en over de mogelijke uitwerking daarvan op andere departementen? Op deze vragen krijg ik van de kant van de bewindslieden graag klip en klaar antwoord.

Voorzitter. Ik rond af. Per 2005 moeten alle ondernemers verplicht elektronisch aan-gifte doen. Het is dan onacceptabel dat het aangifteprogramma de huidige monopoliepositie van Windows ondersteunt. Het is zeer wenselijke dat het platform onafhankelijk wordt. Maak het programma, zo is opnieuw mijn oproep aan het adres van de staatssecretaris, toegankelijk voor Mac en Linux-gebruikers.

Ten slotte: de oproep van de heer Crone over de hypotheekrenteaftrek is aan het adres van mijn fractie zeer wel besteed, maar dat wist hij al.

---