VERENIGING VNO-NCW

VNO-NCW positief over Industriebrief

DEN HAAG, 6 oktober 2004 - De ondernemingsorganisatie VNO-NCW is zeer te spreken over de herwaardering door het kabinet van onze industrie en de betekenis ervan voor een succesvolle toekomst van onze economie. Dat zegt VNO-NCW vandaag in een reactie op de door staatssecretaris Van Gennip van Economische Zaken gepresenteerde Industriebrief.

VNO-NCW waardeert het bijzonder dat het kabinet, met het ministerie van Economische Zaken voorop, zich krachtiger gaat inzetten om bedrijven ruimte te geven om uit te kunnen blinken. De industriebrief bevat goede actiepunten ter verbetering van het industriebeleid. Nu komt het aan op concrete en snelle uitvoering van de plannen.

De brief geeft blijk van de juiste visie op het te voeren industriebeleid. De markt, de bedrijven bepalen waarin zij zich specialiseren en waar zij hun onderzoeksinspanningen op richten. De overheid - kabinetsbreed met een coördinerende rol voor EZ - zorgt voor de goede randvoorwaarden, waarbinnen de industrie kan floreren. Het ministerie van Economische Zaken moet hiertoe wat positie en instrumentarium betreft goed worden toegerust.

Voorop staat het (verder) ter hand nemen van een excellent industrieel vestigingsklimaat in Nederland. Want dat klimaat is niet op orde zoals de Industriebrief terecht constateert.
Dat betekent doorgaan op de weg naar betere kennisoverdracht tussen universiteiten en hogescholen enerzijds en bedrijven anderzijds, minder belastende regelgeving, een flexibeler arbeidsmarkt, betere aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt met daarin speciale aandacht voor het vmbo, goede verbindingen en een concurrerend fiscaal stelsel.

De industrie in Nederland is in zijn internationale concurrentiestrijd zeker niet gediend met de verhoging van de energie-ecotaks in de mate zoals die nog steeds in de kabinetsplannen vastligt. Dat geldt ook voor eventuele beperking van de overheidsprikkels die industriële vernieuwingen moeten uitlokken.

De Industriebrief bevat volgens VNO-NCW een aantal bijzonder aansprekende actiepunten:


- De heroprichting van sectorale aanspreekpunten bij het ministerie van EZ.


- Géén nationale kop meer op nieuwe Europese regels en die wegnemen bij al bestaande.


- Verdere toepassing van de succesvolle TTI-formule (privaatpublieke samenwerking) om te komen tot kansrijke zwaartepunten in het publieke onderzoek.


- Verdere verlaging van de vennootschapsbelasting en onderzoek naar een extra verlaging van het tarief voor inkomsten uit onderzoek en ontwikkeling ('kennisbox').


---------------------