VVD



5 okt 2004 -

Inbreng Eric Balemans bij debat over primair en voortgezet onderwijs

Op maandag 4 oktober werd er in de Tweede Kamer gesproken over het primair en voortgezet onderwijs. Met name de koers werd besproken. Onder de link hieronder treft u de inbrengen van VVD-Tweede-Kamerlid Eric Balemans. Downloads
Koers Primair Onderwijs.doc

Koers Voortgezet Onderwijs.doc

Koers Primair Onderwijs
Inbreng Eric Balemans (VVD)
Nota Overleg 4 oktober 2004

INLEIDING

Voorzitter,

Iedereen mag naar school: dat is het recht op onderwijs. Iedereen moet naar school: dat is de leerplicht. Naar de basisschool gaan is een van de belangrijkste stappen die een kind doet op weg naar zelfontplooiing en participatie in de samenleving. De school is allang niet meer het instituut dat alleen maar zorgt voor het leren rekenen, lezen en schrijven. De school is geen eiland maar is deel van de samenleving. Diezelfde samenleving komt met haar problemen en uitdagingen het schoolplein en het klaslokaal binnen. Dat vereist veranderingen in het onderwijs. Dus zou je zeggen: Koers PO?!

WAAROM DEZE KOERS PO?

In het voorjaar van 2003 kwam het Hoofdlijnenakkoord van het kabinet Balkenende II tot stand. In de onderwijsparagraaf staan de sleutelwoorden: deregulering, decentralisering, de overheid die kerndoelen stelt en zich richt op de onderwijsoutput, meer invloed van ouders docenten en leerlingen op de inrichting van het onderwijs.

De minister van OCW probeert met de nota Koers Primair Onderwijs een meerjarenplan uit te zetten voor het basisonderwijs in 2010. De rode draad daarbij is ruimte voor de school. Autonomie en deregulering zijn daarbij de belangrijkste uitgangspunten voor het onderwijs in de komende periode. Er staan in Koers PO voorbeelden genoemd hoe die autonomie en deregulering vorm wordt gegeven. Lumpsum, herziening kerndoelen, vermindering regeldruk, innovatie en nog veel meer.

Concrete uitwerkingen van de genoemde voorbeelden is al in gang gezet of wordt binnenkort door de Tweede Kamer besproken.

Dat overziend vraagt de VVD zich af waarom er weer een nota moest worden geschreven? De richting is toch al twee jaar duidelijk: autonomie en deregulering. De uitwerking staat niet of nauwelijks concreet in de Koers PO, dat komt nog. Daar wacht ik met veel grotere spanning op dan ik heb uitgekeken naar het debat van vandaag.

Is de Koers PO een papieren tussenstap tussen Hoofdlijnenakkoord en concrete maatregelen? Waarom is die eigenlijk nodig?

INHOUD VAN KOERS PO

Toch nog een aantal inhoudelijke opmerkingen van de VVD dan kan de minister die in ieder geval meenemen bij de concrete maatregelen in de komende tijd.

Autonomie
Meer autonomie, decentralisatie en deregulering juicht iedereen toe. Verantwoordelijkheid daar leggen waar die het best gedragen en uitgevoerd kan worden is een goed liberaal beginsel. Volgens de besturen organisaties worden voor het PO 66 maatregelen in korte tijd in het vooruitzicht gesteld. Veel maatregelen met een krap tijdspad. Is dat niet de scholen overvragen? Is dat niet het afschuiven van verantwoordelijkheid van de regering naar het veld? Is dat niet gewoon als over de schutting gooien? Wat blijft er dan over van autonomie?

Scholen en school besturen zijn verschillend met betrekking tot het beleidsvoerend vermogen. Niet iedereen kan alles aan en dat betekent voor de VVD dan ook dat er variatie moet kunnen bestaan tussen scholen en schoolbesturen als het gaat om autonomie en verantwoordelijkheid. De VVD mist op dit punt de mogelijkheid van maatwerk in de Koers PO. Concreet is mijn vraag waarom wel maatwerk al het gaat om de inhoud van het onderwijs aan het kind en niet als het gaat om maatwerk voor de school?

Hoeveel regels en maatregelen worden er eigenlijk afgeschaft? 30% minder regels is de doelstelling. Hoever bent U eigenlijk al? Hoe gaat U de bureaucratie rondom de indicatiestellingen aanpakken?

Rol schoolbestuur
Dan de rol van het schoolbestuur, die meer is dan alleen maar de ondersteuning van het management. Wat de VVD betreft regelen scholen en hun besturen zelf de onderlinge verhoudingen als het gaat om verantwoordelijkheden en verantwoording. Hoe kijkt de minister hier tegen aan?

Scholen kunnen ook heel goed zelf innoveren. Er is in deze geen interventie of regie van de overheid nodig. De door de overheid gesubsidieerde innovatiemanager is duur en overbodig. Wat die nu weer precies moet gaan doen is mijn fractie niet duidelijk. Mijn suggestie aan de minister is dan ook dat die makelaar er niet moet komen en dat het geld gewoon in de lumpsum gestopt wordt. Wat is de reactie van de minister op mijn suggestie?

Innovatiemakelaar
Het idee van de innovatiemakelaar is wel in een ander opzicht verhelderend en daarmee een punt van zorg in de ogen van de VVD fractie. Autonomie om te innoveren, maar via een innovatiemakelaar en niet zelf. Dat zegt de minister. Het lijkt wel of de minister steeds heen en weer wordt geslingerd tussen autonomie geven aan de voordeur en aan de achterdeur weer toch even weer iets dichtregelen. De kunst van het loslaten zit blijkbaar nog niet in de vingers. Is dat niet ook de kritiek en de angst van het veld? Is Uw eigen stelling: "OCW stelt wat er moet gebeuren, maar niet hoe" daarmee niet ondergraven?

Rol lokale overheid
Scholen staan midden in de wijk, in de gemeente en in de Nederlandse samenleving. Als we dat met elkaar eens zijn, moet er dan ook geen rol weggelegd zijn voor de lokale overheid? Er zal naar de mening van de VVD een duidelijke wisselwerking moeten zijn tussen de lokale overheid en de scholen. Datzelfde geldt overigens ook voor de wisselwerking tussen scholen en Jeugdzorg, sociaal maatschappelijk werk en Justitie.

TOT SLOT

Voorzitter,

Voor de VVD fractie is de Koers PO vooral een papieren tussenstation tussen Hoofdlijnenakkoord en echt concreet merkbare implementatie van de gedachten op de werkvloer. Ik hoop dat er niet nog meer tussenstations komen want dan schiet het echt niet op.

Samengevat

- De VVD is voor autonomie, decentralisatie en deregulering.
- De VVD tegen een innovatiemakelaar.

- De VVD wil dat scholen en schoolbesturen zelf hun onderlinge verhoudingen regelen.
- De VVD vraagt van de minister een duidelijk tijdspad waarbij maatregelen ook gespreid in de tijd worden ingevoerd opdat scholen niet opeens alles op hun bord hebben liggen.

Laatst kreeg ik een brief van een ondernemer uit Overijssel. Hij eindigde de brief met woorden naar mijn hart: "Niet kakelen maar eieren leggen". Het zou een mooi devies zijn voor het ministerie van OCW.

Koers Voortgezet Onderwijs
Inbreng Eric Balemans (VVD)
Nota Overleg 4 oktober 2004

INLEIDING

Voorzitter,

Vanochtend heb ik al aangegeven waarom de VVD kanttekeningen stelde bij het fenomeen van nota's als Koers PO, Koers VO en ook Koers BVE als weer een tussenstation van Hoofdlijnenakkoord naar concrete beleidsmaatregelen. In dat perspectief zijn het vooral weer veel woorden waarbij we na afloop van dit debat vervolgens moeten wachten tot dat de minister de concrete maatregelen voorlegt aan de Tweede Kamer.

WAAROM KOERS VO?

Mijn fractie heeft de indruk dat de minister de Koersdocumenten vooral gebruikt om enerzijds aan te geven dat ze met het onderwijsveld heeft gesproken. Dat is prima en noodzakelijk voor het krijgen van maatschappelijk draagvlak. Anderzijds heeft de VVD de indruk dat de minister dit debat met de Kamer vooral kan gebruiken om ideeën op te doen en alvast af te tasten wat de Kamer denkt en zou willen. Ik begrijp dat wel maar het politieke draagvlak kan de minister pas krijgen als er concrete maatregelen worden voorgesteld en dat is ook nog niet het geval met de nota Koers Voortgezet onderwijs.

In procedurele zin is het dus zeer de vraag of dit wel de meest effectieve wijze van opereren is. Ik zie veel liever een minister die pro-actief ideeën heeft, ze bespreekt met het veld en daarna direct omzet in concrete voorstellen aan de Tweede Kamer zonder nota's als tussenstations. Dat lijkt mijn fractie vooral meer papier en bureaucratie op te leveren gevolgd door een debat dat in het luchtledige dreigt te blijven hangen. Duidelijkheid en daadkracht moeten niet verzanden in papier. Veel van de plannen en gedachten wachten nog op een concrete uitwerking.

INHOUD KOERS VO

Voorzitter,

Ook ten aanzien van Koers VO zal ik een aantal opmerkingen maken over de inhoud van de richting waaraan de minister denkt.

Autonomie
Ook met betrekking tot de Koers VO juicht de VVD de vergroting van de autonomie en de deregulering toe. Bij mijn bezoeken aan scholen stuit ik veel te vaak op grote onzekerheden bij docenten en schooldirecteuren over wat de nota nu gaat concreet gaat betekenen. Aan de ene kant ruimte voor de scholen met bijvoorbeeld lumpsum en aan de andere kant toch nadere regels stellen met bijvoorbeeld oormerken van het geld. Voor het VO worden concreet 82 maatregelen overwogen. Het blijft ook in de ogen van de scholen hinken op twee gedachten. Over de verantwoordelijkheidsverdeling worden evenmin expliciete uitspraken gedaan. Hoe gaan die er eigenlijk uit zien?

Branche organisatie
De bestuurlijke verhoudingen zijn niet duidelijk. Wie is nu verantwoordelijk voor wat? De minister lijkt te willen komen tot een branche organisatie. Is het niet vreemd dat juist de overheid het initiatief neemt om tot een branche organisatie? Dat is een unicum in Nederland en bepaald geen overheidstaak. Wat moet ik me daar nu bij voorstellen? Wordt dat nu weer een extra bestuurlijke laag tussen scholen, schoolbesturen en het ministerie in? Daar ziet de VVD helemaal niets in. Kan de minister aangeven hoe de bestuurlijke verhoudingen er uit gaan zien en wat ieders verantwoordelijkheid en bevoegdheid zal zijn?

Examenregeling

Aanpassing van de examenregeling is voor de VVD bespreekbaar. Daarbij blijft het wel noodzakelijk dat het centraal schriftelijk examen. Experimenteren met spreiding van examens kan interessant zijn. Dat geldt ook voor een tweede mogelijkheid voor het afleggen van een centraal schriftelijk examen bijvoorbeeld in januari. Een dergelijke mogelijkheid betekent dat een zeer goede leerling al in januari klaar kan zijn met de opleiding in plaats van in juni. Hij boekt dan een half jaar winst. Maar ook de minder goede leerling kan er baat bij hebben. Hij kan in januari examen afleggen als hij het niet heeft gered in mei/juni van het jaar daar aan voorafgaand. Deze leerling verliest dus slechts een half jaar in plaats van een heel jaar. Het grootste obstakel zit echter in de aansluiting op het vervolgonderwijs. Aanpassing van de examenregeling heeft weinig zin als je vervolgens gedwongen bent om een half jaar thuis te zitten alvorens verder te kunnen. Wat is de visie van de minister? Wat betekent dat voor de aansluiting op het vervolgonderwijs?

Aansluiting vervolgonderwijs (doorlopende leerlijn) De doorlopende leerlijn is een begrip dat te pas en te onpas wordt gebruikt. In de Koers wordt geen heldere definitie of kader aangegeven. Meer vrijheid in de inrichting van het onderwijsaanbod met ruimere kerndoelen is een goed idee. Het maakt het niet gemakkelijker om de doorlopende leerlijn te verbeteren. Bovendien zegt de minister dat ze de kerndoelen PO en VO zoveel mogelijk op elkaar afstemt, maar die bieden juist meer ruimte voor variatie. Ze zijn dus moeilijker op elkaar af te stemmen. Hoe gaat de minister de verbetering van de doorlopende leerlijn dan wel realiseren?

Inrichting van het VMBO
Het VMBO staat hoog op de politieke agenda. En terecht. De brandbrief van de 200 VMBO directeuren bewijst dat het water hen aan de lippen staat. Het is hard nodig om de leerlingen hun talenten optimaal te laten benutten. Geen theorie als dat niet nodig is, maar veel sterker inzetten op praktijkgericht onderwijs. Meer flexibilisering en meer overlaten aan het veld. Juist in het VMBO is het nodig om de autonomie en deregulering snel en daadkrachtig door te voeren. Komt de minister op korte termijn met bijvoorbeeld een deltaplan met concrete maatregelen voor het VMBO? Kan dit ook betekenen dat er weer een duidelijker smoel wordt gegeven aan de opleiding te vergelijken met de vroegere ambachtschool en MAVO?

Onderwijsnummer
Naast de brandbrief van VMBO directeuren kreeg de Tweede Kamer vorige week ook een brandbrief over de invoering van het onderwijsnummer in het VO. De boodschap was duidelijk. Van klantvriendelijkheid, luisteren naar scholen en terugdringen van de bureaucratie is geen sprake. Scholen met invoeringsproblemen krijgen buitenproportionele sancties opgelegd, zelfs als de oorzaak bij de overheid (IBG) ligt. Het proces is niet meer beheersbaar, zo stellen zowel leveranciers als gebruikersorganisaties. Wat is de reactie van de minister op deze brandbrief?

Kleine scholen
De VVD is voorstander van kleine scholen, waar kinderen geen nummer maar een individu zijn. Daar zal de regering meer werk van moeten maken. Voor nieuwe scholen betekent dat gewoon kleinschaliger bouwen. Voor bestaande grote scholen kan dat ook betekenen dat de inrichting van de gebouwen zo wordt vorm gegeven dat leerlingen hun eigen plek en herkenbare plaats hebben binnen het geheel. Het ROC Tilburg is daar een mooi voorbeeld van: kleinere gebouwen die met loopbruggen en pleintjes met elkaar verbonden zijn. Dan kan een leerling een individu zijn en geen nummer. Wat gaat de minister doen om dat te realiseren?

TOT SLOT

Voorzitter,

Ook de Koers VO is voor de VVD fractie vooral een papieren tussenstation tussen Hoofdlijnakkoord en concrete maatregelen.

We zijn er nog lang niet gelet op de vele knelpunten die er nog liggen. Er wordt veel gevraagd van scholen en schoolbesturen. Dat is op zich niet erg. Het wordt wel problematisch voor de scholen en schoolbesturen als alles tegelijkertijd over hen heen gestort wordt. Die druk moet van de schouders van de scholen en schoolbesturen gehaald worden. Kan de minister aangeven hoe haar planning en tijdschema er uitziet? Hoe ziet de prioriteitenlijst van de plannen ten opzichte van elkaar er uit?

De VVD zit nu niet meer te wachten op nota's. De VVD verwacht daadkracht en concrete maatregelen.