VVD



Nieuws

5 okt 2004 - Kamervragen over de verkoop van
alcohol en tabak in tax free shops

Aanvullende schriftelijke vragen van de leden Dezentjé Hamming en Schippers (beiden VVD) inzake de antwoorden op kamervragen over de verkoop van alcohol en tabak in tax free shops (2030417830).

1. Welke nieuwe verzwaring van de administratieve lasten treden er op voor luchthavens, indien aparte slijterijvergunningen aangevraagd moeten worden en bouwkundige aanpassingen moeten plaatsvinden, en extra personeel in dienst moet worden genomen? Deelt u onze mening dat dergelijke zaken grote gevolgen hebben voor de betreffende luchthavens, afgezien van het feit dat het niet zeker is dat het infrastructureel mogelijk is een aparte ruimte te bouwen voor de verkoop van sterke drank?

2. Welk nut wordt gediend, indien al deze aanpassingen plaatsvinden? Deelt u de mening dat een doel van Drank- en Horecawet is dat jongeren onder de 18 jaar geen sterke drank kunnen kopen en dat uit de jarenlange praktijk blijkt, dat op luchthavens geen verkopen plaatsvinden aan jongeren onder de 18 jaar, terwijl bij twijfel juist daar bij uitstek op leeftijd kan worden gecontroleerd aan de hand van een identiteitsbewijs, dat iedere potentiële koper bij zich heeft?

3. Deelt u de mening dat reeds tientallen jaren op luchthavens sterke drank verkocht wordt in de winkels en dat nu niet meer zou kunnen geschieden? Leidt de aangepaste wetgeving niet tot onnodige kosten, zeker omdat deze winkels tot 2 jaar geleden gewoon nog slijterijvergunningen verkregen? Is het de werkelijke bedoeling van de wetgeving dat de aparte ruimtes gecreëerd worden of dat geen sterke drank verkocht wordt aan personen onder de 18 jaar?

4. Om welke redenen meent Nederland een uitzonderingspositie in deze in te nemen ten opzichte van de rest van de Europese Unie, terwijl het juist de bedoeling is op vele gebieden de wetgevingen binnen de EU te harmoniseren?

5. Is de Minister bereid in de Drank- en Horecawet een uitzondering vanwege de bijzondere positie van de luchthavens op te nemen?

6. Klopt het dat toegezegd is een onderzoek uit te voeren over de stand van zaken rond deze verkopen (brief van de minister van VWS aan KLM Ground Services van 15 oktober 2003)? Worden in dit onderzoek ook inkomensderving, verbouwings- en extra exploitatiekosten en personele lasten betrokken? Kunnen de resultaten van dit onderzoek aan de Tweede Kamer toegezonden worden? Op welke termijn verwacht u dit onderzoek af te ronden?

7. Waarom wordt niet het toegezegde onderzoek afgewacht? Deelt u onze mening dat voorkomen moet worden dat thans kostbare verbouwingen verricht worden dan wel dat de verkoop van sterke drank gestaakt worden, terwijl uit de resultaten van het onderzoek zou kunnen blijken dat een uitzonderingspositie voor drank op luchthavens in de volgende wetswijziging meegenomen dient te worden? Indien ja, wanneer kan de Kamer over de positie van luchthavens duidelijkheid verkrijgen?

5 oktober 2004