Gemengde gevoelens bij CG-Raad
Kabinet wil artikel 1 Grondwet niet veranderen
Minister De Graaf van Binnenlandse Zaken heeft een nota geschreven waarin
hij pleit voor handhaving van de tekst van artikel 1 van de Grondwet. Hij
wil daarin niet de discriminatiegrond 'handicap' opnemen. De CG-Raad is
bijzonder teleurgesteld over dit standpunt, maar ziet wel een aantal
lichtpuntjes in de manier waarop de minister tot zijn conclusie is gekomen.
De Chronisch zieken- en Gehandicapten Raad pleit al sinds 1999 voor de
opname van de grond 'handicap' in artikel 1 van de Grondwet. In dat artikel
wordt bepaald, dat 'allen die zich in Nederland bevinden, in gelijke
gevallen gelijk worden behandeld. Discriminatie wegens godsdienst,
levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan
ook, is niet toegestaan.' Voorzitter Jan Troost van de CG-Raad heeft zich
lang verheugd op het moment waarop hij de grond 'handicap' zou kunnen
uitbeitelen in de stenen bank voor het gebouw van de Tweede Kamer.
Motie
Tweede Kamerlid André Rouvoet (ChristenUnie) diende in december 2001 een
motie in om artikel 1 van de Grondwet uit te breiden met de grond 'handicap
en chronische ziekte'. Die motie werd in 2002 door een meerderheid van de
Tweede Kamer aangenomen. In reactie op deze motie werd door het kabinet-Kok
toegezegd om een nota hierover aan de Kamer te sturen. Wegens de val van het
kabinet Kok-II en van het kabinet-Balkenende-I liet die nota lange tijd op
zich wachten.
Minister de Graaf van Binnenlandse Zaken heeft uiteindelijk in augustus 2004
een nota geschreven, waarin hij pleit voor het handhaven van het huidige
artikel 1 van de Grondwet. Hij wil het begrip 'handicap' dus niet opnemen,
evenmin als seksuele geaardheid, leeftijd of nationaliteit.
Teleurstelling
Bij de CG-Raad is met gemengde gevoelens kennis genomen van de nota van De
Graaf. De CG-Raad is zwaar teleurgesteld dat het kabinet artikel 1 niet wil
veranderen. In de praktijk houden, zo blijkt uit onderzoek van de Commissie
Gelijke Behandeling, rechters wel degelijk rekening met het wel of niet
genoemd worden van de gronden in artikel 1.
Verdacht
Aan de andere kant vindt de CG-Raad dat de manier waarop De Graaf tot de
uitkomst in zijn nota is gekomen, tot enige tevredenheid aanleiding geeft.
De minister constateert overduidelijk dat de grond 'handicap' zonder meer
als 'verdacht' dient te worden gezien. Dit versterkt de rechtsbescherming
die artikel 1 geeft voor de grond 'handicap'. Het doel van de CG-Raad lijkt
hiermee min of meer bereikt. Dat 'handicap' niet apart als grond in artikel
1 genoemd is, kan niet meer als argument gebruikt worden om geen bescherming
tegen uitsluiting te bieden. Als de grond 'handicap' in het geding is, moet
er dus net zo streng als bij ras of geslacht worden getoetst, ook door de
rechters.
De CG-Raad pleit ervoor om de Wet gelijke behandeling op grond van handicap
of chronische ziekte (WGBh/cz) zo spoedig mogelijk uit te breiden met de
terreinen 'goederen en diensten'. Op die manier kan ervoor worden gezorgd
dat de rechtsbescherming van mensen met een handicap of chronische ziekte in
de praktijk wordt vergroot.
(Geplaatst: 5 oktober 2004)
---
Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland